Misbruikt onder toezicht

De pleegouders M. uit het Brabantse dorpje Langenboom worden in april 2011 veroordeeld voor mishandeling en seksueel misbruik van hun pleegkinderen. De pleegouders beschikken over geen enkele pedagogische opleiding. De pleegmoeder blijkt zelfs zwakbegaafd. Toch krijgen ze van jeugdzorg in tien jaar tijd de verantwoordelijkheid over in totaal 77 kinderen. Hoe heeft dit kunnen gebeuren?

Door

Jos van Dongen en Annette Schätzle namens Zembla

Juryrapport

‘De diepmenselijke tragiek van de slachtoffers en betrokkenen wordt zonder sensatiezucht of inquisitie-trekjes in beeld gebracht.’

Misbruikt onder toezicht

Nogal wat onderzoeksjournalistiek wil zich kenmerken door het vooraf vaststellen van een eindconclusie, waarna vervolgens alle elementen die de hypothese ondersteunen breed worden uitgesmeerd en de argumenten die ze tegenspreken zorgvuldig worden geminimaliseerd of zelfs weggefilterd. ‘Misbruikt onder toezicht’ van Zembla is tot genoegen van de jury niet volgens dat stramien opgebouwd. Vertrekkend van één casus – een pleeggezin waar herhaaldelijk en langdurig lichamelijk en seksueel misbruik tegen de pleegkinderen werd vastgesteld – analyseert het programma de soms gebrekkige werking en informatiedoorstroming van de bevoegde diensten.

Met name het pijnpunt van een ontbreken van een centraal meldregister en een gemeenschappelijke evaluatie wordt aangetoond, waardoor de ene jeugdorganisatie nog steeds kinderen blijft plaatsen in een milieu dat door anderen reeds geruime tijd als volledig ongeschikt daarvoor werd bestempeld. Hierdoor krijgt het programma een maatschappelijke relevantie die het ene uitgelichte geval overstijgt.

De redactie heeft daarbij zwaar geïnvesteerd in het opsporen van talrijke geschreven documenten en getuigenissen, waardoor de problematiek vanuit alle facetten evenwichtig en zelfs vrij sereen wordt belicht, met respect voor het deontologische basisprincipe van woord en wederwoord. Zelfs het betrokken pleegoudergezin kreeg de hun versie van het verhaal te vertellen.

De jury apprecieerde ook hoe de diepmenselijke tragiek van de slachtoffers en betrokkenen zonder sensatiezucht of inquisitie-trekjes in beeld werd gebracht.