Deze nominatie bestaat uit 39 artikelen

 

Minister: Echt in de fout

Twee wethouders in Echt-Susteren hebben de Gemeentewet overtreden toen ze geld aan verenigingen gaven namens hun fractie. Dat schrijft Binnenlandse Zaken aan de burgemeester van die gemeente.

Door

Niki van der Naald en Roel Ophelders namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

De wethouders doneerden Essent-geld zonder officiële goedkeuring van de gemeenteraad of het college van burgemeester en wethouders. Bovendien ondertekenden ze de donatiebrieven namens hun partij. Dat is in strijd met de Gemeentewet, bevestigt minister Guusje ter Horst (PvdA) tegenover burgemeester Dieudonné Akkermans. Ze gaat ervan uit dat hij zelf de juiste maatregelen neemt om herhaling te voorkomen.

Op basis van de zogeheten ‘Sinterklaas-affaire’ wordt de ambtelijke organisatie in Echt-Susteren momenteel doorgelicht. Het onderzoek moet uitwijzen of ambtenaren beïnvloed zijn door bestuurders bij het goedkeuren van de besteding van driekwart miljoen Essent-dividend aan verenigingen. Dat bevestigen verschillende bronnen onafhankelijk van elkaar.

Intern liep al een onderzoek naar de wijze waarop de wethouders Peter Pustjens (CDA) en Jo Verheesen (Samenwerking) Essent-geld aan enkele verenigingen gaven. Burgemeester Akkermans heeft bij wijze van second opinion een bureau ingeschakeld, dat ook bekijkt of ambtenaren mogelijk onder druk zijn gezet door de politiek. Burgemeester Akkermans is wegens ziekte niet bereikbaar voor commentaar. De betrokken wethouders willen geen reactie geven op de brief van Ter Horst. De kwestie zorgde eind vorig jaar voor politieke commotie in Echt-Susteren. De oppositie verweet het CDA en de fractie Samenwerking ‘Sinterklaas te spelen met gemeenschapsgelden’.

 

CDA Echt bevoordeelde vrienden

Het CDA in Echt-Susteren heeft twee derde van het geld dat buiten de gemeenteraad om in het verenigingsleven is gepompt, gegund aan clubs waarin prominente CDA’ers een rol spelen.

Door

Niki van der Naald en Roel Ophelders namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Uit onderzoek van deze krant blijkt dat in zeker negen verenigingen die gemeenschapsgeld kregen, bestuursleden zitten die ofwel prominent CDA-lid ofwel volksvertegenwoordiger voor die partij zijn. Het CDA gaf dertigduizend euro aan in totaal achttien verenigingen. Twintigduizend euro ging direct naar clubs met leden uit de CDA-achterban.

Zo is op 3 juni 2008 door CDA-wethouder Peter Pustjens een brief gestuurd aan collega CDA-wethouder Jos Beckers, waarin deze in zijn hoedanigheid als bestuurslid van de plaatselijke zwemvereniging geld uit het door het CDA beheerde potje krijgt toebedeeld. Hoewel leden van de zwemvereniging zelf aangeven dat Beckers voor juni 2008 al bestuurslid was bij de club, claimt de wethouder dat hij dat pas na die tijd was en hij de brief nooit heeft gezien. „Hoe de naam van de wethouder op de brief terecht kon komen, weet hij ook niet”, zegt een gemeentewoordvoerster. Ook Pustjens zegt zich niets van de brief te herinneren. Het CDA wil niet reageren. Ook niet op de giften die gingen naar verenigingen waaraan CDA-fractievoorzitter Martijn van Helvert en CDA-raadslid Pierre Wolters direct verbonden zijn.

Het gaat om gemeenschapsgeld, afkomstig uit het dividend dat Echt-Susteren kreeg van de aandelen Essent. De drie coalitiepartijen bepaalden halverwege 2007 dat driekwart miljoen euro zou terugvloeien naar de gemeenschap. Twee partijen, het CDA en Samenwerking, gaven een deel van het geld rechtstreeks aan verenigingen, buiten de gemeenteraad om. De derde partij Algemeen Belang heeft geen giften aan verenigingen gegeven, maar – via de raad – het geld aan infrastructuur in de gemeente besteed. Het CDA heeft tot nu toe geweigerd inzicht te verschaffen in de toekenningsprocedure van de gelden. Bij de giften vermeldden de twee coalitiepartijen nadrukkelijk dat het om gestes van hun fractie ging. Het geld is onder vermelding van de partijnaam op de rekening van verenigingen gezet en de wethouders Pustjens en Jo Verheesen (Samenwerking) tekenden donatiebrieven namens hun fractie.

Elzinga: giften moeten terug
Het gemeenschapsgeld dat door coalitiepartijen aan verenigingen in Echt-Susteren is gegeven, moet terug omdat het onrechtmatig verdeeld is.

Dat zegt hoogleraar staatsrecht Douwe Jan Elzinga, die aan de basis stond van het lokale duale stelsel zoals Nederland dit sinds 2002 kent. Hij spreekt van ‘Caribische praktijken’ in Echt-Susteren en noemt de gang van zaken ongekend in Nederland. „Het maakt niet uit in welke constructie de coalitiepartijen dit gegoten hebben, en of ze het achteraf hebben rechtgebreid. Dat coalitiepartijen gemeenschapsgeld opsplitsen en het vervolgens via allerlei geledingen van de partij willekeurig en zonder voor de raad heldere criteria mogen verdelen, is echt bizar.” De burgemeester moet het besluit ter vernietiging voordragen aan de Kroon, zegt Elzinga. Hij vindt het onbegrijpelijk dat burgemeester Dieudonné Akkermans dat nog niet heeft gedaan.

 

Giften Echt waren illegaal

De giften van coalitiepartijen CDA en Samenwerking aan het verenigingsleven in Echt-Susteren waren stuk voor stuk illegaal.

Door

Niki van der Naald en Roel Ophelders namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

In totaal werd bijna 55.000 euro aan gemeenschapsgeld, afkomstig uit Essent-dividend, niet volgens de geldende subsidieregels gedoneerd. Vooral het CDA gaf geld aan verenigingen zonder criteria of verantwoording. De bestuurders overtraden daarmee niet alleen de Gemeentewet, maar ook de Algemene bestuurswet en de Grondwet waarin het gelijkheidsbeginsel is vastgelegd. Dat blijkt uit een intern onderzoek dat burgemeester Dieudonné Akkermans afgelopen weken heeft laten verrichten naar aanleiding van de ‘Sinterklaas-affaire’. Samen met het college doet hij komende donderdag een voorstel om de gemeenteraad de giften achteraf alsnog formeel te laten goedkeuren.

Volgens Akkermans is er sprake geweest van een collectieve systeemfout in zowel het bestuurlijke als het ambtelijke apparaat. Hij ziet de kwestie als overtreding van de spelregels zoals die enkele jaren geleden met het ministerie van Binnenlandse Zaken en gemeenten zijn afgesproken. „Toen is ook afgesproken dat schending van de integriteit gemeld wordt en vermeld wordt in een openbaar register van Binnenlandse Zaken. Dat ga ik bij deze affaire ook doen voor de gemeente als geheel, niet voor individuele wethouders of ambtenaren.” Akkermans eist vanaf nu ook beter inzicht in alle nevenfuncties van wethouders en ambtenaren.

 

Eenzaam mea culpa

Fout op fout stapelde de gemeente Echt-Susteren in de kwestie rond de Essent- gelden, geeft burgemeester Dieudonné Akkermans ruiterlijk toe. Gisteren sprak hij het mea culpa uit, met de betrokken wethouders als grote afwezigen.

Door

Niki van der Naald en Roel Ophelders namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

U predikt transparantie. Waarom willen de wethouders dan vandaag geen verklaring afleggen?
„De wethouders staan ten dienste van de gemeenteraad en hebben daarom gekozen om eerst in de raad verantwoording af te leggen. Dat zal komende donderdag gebeuren. Ik respecteer die keuze.”

Vindt u dat dit zonder consequenties kan blijven?
„Dit blijft niet zonder consequenties, we pakken dit namelijk zeer serieus op in openheid en transparantie. Laat één ding duidelijk zijn: er zijn in dit dossier ernstige fouten gemaakt in verschillende fases van het proces. Drie wetten zijn daarbij overtreden: de Grondwet, de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet. Niet voor niets hebben we hier grondig onderzoek naar laten doen, ook door externen. We hebben niets te verbergen. Het Essent-geld wordt op deze manier leergeld.”

Waarom draagt u het besluit niet ter vernietiging voor bij de Kroon, als drie wetten zijn geschonden?
„Dat zou zeker een overweging zijn als er ook daadwerkelijk een besluit zou liggen, maar die besluitvorming ontbreekt op wezenlijke punten. Wat dat betreft gaat hoogleraar Elzinga wel erg kort door de bocht; ik heb echt wel onderzocht of dat een optie was, maar het ligt veel gecompliceerder dan het lijkt. Hier zit geen slapende burgemeester die de afgelopen tijd heeft zitten suffen. Vernietiging was simpelweg niet mogelijk.”

De procedure is dermate strijdig met de wet dat zelfs de wetgever er niet op berekend is?
„Er is fout op fout gestapeld, daar lopen we niet voor weg. Daarom heb ik deze kwestie ook bij het ministerie van Binnenlandse Zaken gemeld. We gaan daarbij geen naam en rugnummers noemen, de gemeente Echt-Susteren is in zijn geheel in de fout gegaan.”

Eerder verschuilden de wethouders zich wat betreft procedurefouten achter een ‘ambtelijk advies’. Is dit nu ook intern vastgesteld?
„Wat betreft de brieven die in strijd met de wet door wethouders onder vermelding van hun fractie zijn ondertekend, geldt dit wel. De brieven zijn door ambtenaren geschreven en op die manier aan wethouders voorgelegd, die vervolgens hun handtekening hebben gezet.”

Is er politieke druk uitgeoefend op de ambtenaren om deze brieven op deze manier op te stellen?
„Daar is uit ons interne onderzoek niets van gebleken. We hebben ook niet specifiek onderzocht hoe het kon dat ambtenaren uiteindelijk die brieven op deze, foute wijze konden opstellen.”

De zwartepiet komt dus bij de ambtenaren te liggen?
„Nee, want er is sprake van collectief systeemfalen. Het heeft ook geen zin om individuele ambtenaren als schuldige aan te wijzen of te ontslaan. Wel zullen we kritisch naar onze organisatie kijken en deze op cruciale posities verstevigen.”

Maakt Echt-Susteren zijn naam als het politieke ‘Texas van Limburg’ wederom waar?
„Die benaming is net als oude koffie en oude liefde. Die moet je niet willen opwarmen. Er zijn meerdere oorzaken voor dat falen. Die neem je niet zomaar direct weg door een wethouder of ambtenaar weg te sturen. Het zit veel dieper. Het heeft te maken met de algehele bestuurscultuur in deze gemeente. Met het kritiek durven hebben op een collega. Met scherp blijven en regels naleven. Daar moet nog flink aan gewerkt worden.”

Onder welke noemer schaart u deze affaire? Cliëntelisme?
„Dat woord neem ik niet voor mijn rekening. Net zo min als dat ik uitlatingen over deze kwestie wil doen in de hoedanigheid van voorzitter van het CDA Limburg. Ik constateer net als uw krant dat er dwarsverbanden lopen tussen het gemeentebestuur en het verenigingsleven. Daar is an sich niets mis mee. Als mocht blijken dat bestuurders hun positie hebben misbruikt om gelden naar eigen geledingen te laten vloeien, dan is dat zeer kwalijk. Maar het initiatief om het geld op deze manier te verdelen lag in eerste instantie bij de raad, in juni 2007. We hebben naar die dwarsverbanden tot nu toe verder geen onderzoek gedaan.”

U heeft na de bewogen raadsvergadering in december 2008 met wethouder Pustjens en CDA-gedeputeerde Herman Vrehen rond de tafel gezeten. Tijdens uw nieuwjaarstoespraak was u vol lof over de wethouders. Bent u teruggefloten? „Absoluut niet. Het klopt dat we rond de tafel hebben gezeten. Dat gebeurt wel vaker. Dat ik wethouders complimenteer tijdens de nieuwjaarstoespraak is een gewoonte van mij. Deze affaire was eens, maar nooit weer.”

 

Wethouders ontsnappen aan hoofdelijke aansprakelijkheid, zegt hoogleraar
De bij de verdeling van de Essent-gelden betrokken wethouders in Echt-Susteren mogen van geluk spreken dat de hoofdelijke aansprakelijkheidsregeling voor politici in 2002 is afgeschaft, zegt hoogleraar staatsrecht Douwe Jan Elzinga. „Voorheen konden bestuurders met hun privé-vermogen aansprakelijk worden gesteld voor financiële schade die ze hebben veroorzaakt. Dat kwam in de praktijk weliswaar zelden voor, maar gezien de aard van de situatie in Echt-Susteren hadden de wethouders hier voor in aanmerking kunnen komen, indien verenigingen zelf het geld niet meer kunnen terugstorten.” Elzinga kan gezien worden als geestelijk vader van de huidige spelregels van de gemeentepolitiek. Met de naar hem vernoemde commissie bereidde hij in de aanloop naar 2002 de invoering van het duale stelsel in de gemeentepolitiek voor, dat de rollen van wethouders en raadsleden duidelijker moest afbakenen. Een missie die wat Echt-Susteren betreft mislukt lijkt. „Maar dat wethouders en raadsleden hier samen namens hun partij optrekken, is nog het minst erge. De manier waarop deze hele giftenronde juridisch geregeld is, is gewoon onbestaanbaar. Dat coalitiepartijen zichzelf budgetten toedelen om naar eigen inzicht te besteden, is ongekend in Nederland, ongeacht de manier waarop dit in de raad is gebracht.”

De enige wijze waarop de fracties verenigingen legaal hadden kunnen steunen, was volgens Elzinga door het geld in de gemeentelijke subsidiepot te storten en vervolgens de raad op de invulling te laten toezien. Nu dit niet gedaan is, rest er volgens Elzinga nog maar één scenario: het besluit moet door de Kroon vernietigd worden. Gevolg: de verenigingen moeten het geld terugstorten naar de gemeente. Volgens burgemeester Akkermans is dit juridisch onhaalbaar.

 

Sinterklaas woont in Echt-Susteren

Twee wethouders die buiten het zicht van de raad gemeenschapgeld doneren aan veelal bevriende verenigingen. En die gift vervolgens namens hun partij overmaken op de rekening van de betreffende clubs. Dat is niet alleen in strijd met de Gemeentewet, het riekt naar ouderwetse vriendjespolitiek, zeggen vriend en vijand. De Sinterklaas-affaire toont structurele systeemfouten in de gemeente Echt-Susteren aan, stelt burgemeester Dieudonné Akkermans. Een reconstructie.

Door

Niki van der Naald en Roel Ophelders namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Alsof presentator Gaston van de Postcodeloterij met een in gouden cellofaan verpakte cheque de bühne op klimt. Dat gevoel bekruipt Peter Ruijten op 10 november 2007, na afloop van een gezamenlijk concert van ‘zijn’ harmonie St. Caecilia met zangvereniging het Vriendenkoor in het atrium van het gemeentehuis in Echt.

‘Gaston’ is in dit geval CDA-raadslid Pierre Wolters. Vanuit het publiek bestijgt hij het podium en overhandigt ‘als verrassing’ een kartonnen, symbolische cheque met CDA-logo ter waarde van 2500 euro. Het geld is een bijdrage voor de stokoude vaandels die het Vriendenkoor al eerder heeft laten restaureren met behulp van sponsoren. De Vriendenkoorvlag kan weer fier wapperen. Met dank aan de christen- democraten.

Harmonie-lid Ruijten, tevens fractievoorzitter van oppositiepartij VVD in Echt-Susteren, is net als enkele andere aanwezigen in de zaal ‘stomverbaasd’ over de partijdonatie. Toch ziet hij op dat moment nog geen aanleiding om aan de bel te trekken. Hij gaat er naar eigen zeggen van uit dat de gift uit de partijkas van het CDA komt. In werkelijkheid is de donatie van tweeënhalf duizend euro afkomstig uit de pot van driekwart miljoen euro Essentdividend die de gemeente in 2007 kreeg uitgekeerd. Dat niemand direct de link met dat Essent-geld legt, is omdat de gemeenteraad behoudens een motie in juni 2007, geen enkel voorstel heeft zien langs komen voor de concrete besteding van de tonnen overschot.

De massale verontwaardiging over de politiek getinte donatie van gemeenschapsgeld aan verenigingen die in veel gevallen een band hebben met het CDA danwel lijst Samenwerking laat op dat moment nog meer dan een jaar op zich wachten. Tijdens de algemene beschouwingen, eind 2007 in de gemeenteraad, wordt door het CDA weliswaar kort gerefereerd aan de Essent-gelden die in juni van dat jaar via een motie zijn vrijgekomen. Maar meer dan de mededeling dat de gelden aan ‘knelpunten in onderwijs en welzijnswerk’ besteed worden, krijgt de gemeenteraad niet te horen. Op 24 augustus 2008 zien enkele leden van oppositiefractie Democraten Echt-Susteren op advertenties van wielerronde ‘Kernen Omloop Echt-Susteren’ dat het evenement gesponsord wordt door Lijst Samenwerking. Die partij heeft weliswaar in november 2007 via een oproep in het lokale Waekblaad alle verenigingen in de gemeente eerder laten weten dat ze 250.000 euro Essent-geld te besteden had en belangstellenden zich konden melden. Maar een concrete verantwoording aan de gemeenteraad over welke organisatie geld kreeg en op basis van welk criterium heeft de raad nooit onder ogen gezien. De verkapte sluikreclame voor de partij van wethouder Jo Verheesen leidt wederom tot gefronste wenkbrauwen bij collega-volksvertegenwoordigers die de posters langs de weg zien hangen. Ook burgemeester Dieudonné Akkermans is verbaasd over de sponsoring van een evenement door een politieke partij. „Ik dacht, verhip. Doen ze dat hier zo?”, zegt hij nu.

Pas in november 2008, een week voor het BCL Treffen in Nieuwstadt, komt de aap echt uit de mouw. Op de BCL-posters die her en der in Echt en Susteren hangen, prijken niet alleen de hoofden van artiesten Big Benny en ‘De Alpen Rebellen’, onderaan staat tussen het rijtje van weldoeners als TV Limburg, de Rabobank, de gemeente Echt-Susteren en de provincie Limburg nog een opmerkelijke sponsor: ‘CDA Echt-Susteren’. Pas uit een later gepubliceerde lijst met donaties blijkt dat het Jeugd BCL Treffen, dat op zaterdag 22 november 2008 gehouden wordt, een bijdrage van vijfduizend euro heeft gekregen namens het CDA. De gemeente Echt-Susteren sponsorde het carnavalstreffen zelf ook al met een bijdrage van vijfduizend euro. De bewuste poster is voor meerdere oppositieraadsleden in de gemeente aanleiding om aan de bel te trekken bij het college van B en W. GroenLinks, VVD en Democraten Echt-Susteren vermoeden dat de wethouders tegenover de verenigingen voor Sinterklaas hebben gespeeld met het Essent-dividend.

Ook intern bij het CDA gaat op dat moment toch wel een belletje rinkelen, zo vertellen bronnen binnen die partij achteraf aan deze krant. De posters met CDA-logo worden her en der verwijderd. Ook programmaboekjes met reclame voor het CDA, ruimschoots verspreid over de stehtisches in het feestpaviljoen bij de sporthal, verdwijnen rap in de prullenbak. Wie de posters op deze wijze liet afdrukken, daarover geeft de organisatie geen duidelijkheid. De PR-man van het BCL-treffen in Nieuwstadt is in ieder geval Peter Pustjens alias ‘De Pusj’. Hij is tevens de CDA-wethouder die samen met zijn collega-bestuurder Verheesen van Samenwerking dan al een jaar lang bezig is om enkele verenigingen aan te schrijven met de blijde boodschap dat ze zijn uitgekozen voor een extraatje namens een van de twee partijen. Net zoals alle andere donatiebrieven stuurt Pustjens in zijn hoedanigheid als wethouder op 21 augustus dus ook een bericht aan de stichting BCL Treffen 2008, waar hij zelf bestuurslid van is. Hoewel de oppositiefracties stukje bij beetje meer informatie opvragen over de besteding van de Essent-gelden, hangt er nog steeds een grote mistwolk over wat langzaam uitgroeit tot de ‘Sinterklaas-affaire’. Op basis van de geruchten en de opgevraagde donatiebrieven die de wethouders namens hun fractie tekenden – iets dat in aperte strijd is met de gemeentewet – gaat burgemeester Akkermans op eigen onderzoek uit.

Vrehen: geen invloed op Essent-geld
De oppositie in Echt-Susteren wijst ook met een beschuldigende vinger naar gedeputeerde Herman Vrehen. Die zou als prominent CDA’er in verenigingen zitten, die van datzelfde CDA geld toegeschoven kregen. Weer een voorbeeld van CDA- eentweetjes met subsidiegeld, aldus de oppositie.

Vrehen reageert verontwaardigd op de suggestie. Het feit dat hij lid is van Les Amis Réunis, de harmonie die 500 euro van het CDA kreeg voor het Elsene-concours, vindt hij totaal niet relevant. „Ik ben lid van die harmonie. Mag dat, ja?”

Vrehen zat ook in het bestuur van de stichting BCL Treffen 2008 in zijn woonplaats Nieuwstadt, die 5000 euro kreeg van het CDA. Hoewel de website van het CDA in Echt-Susteren sinds 4 november 2008 meldde dat Herman Vrehen ‘druk bezig is om sponsoren te werven’, ontkent de gedeputeerde dat hij actief bedrijven, organisaties en dus ook het CDA Echt-Susteren, waar hij ook bestuurslid van is, als weldoener heeft benaderd. „Ik snap ook niet hoe dat op die website terechtkwam. Ik heb me alleen bezig gehouden met het comité van aanbeveling van het BCL Treffen. Ik wist dat er Essent-gelden beschikbaar waren in Echt-Susteren, ja. Maar ik heb daar geen beroep op gedaan via de wethouder.”

De vermelding van Vrehen als sponsorwerver is gisteren van de CDA-website verwijderd.

 

Sint-affaire schaadt CDA

De ‘Sinterklaas-affaire’ in Echt-Susteren dijt langzaam maar zeker uit tot een kwestie die het Limburgse CDA hard treft.

Door

Niki van der Naald en Roel Ophelders namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

CDA-gedeputeerde Herman Vrehen krijgt een integriteitsonderzoek aan zijn broek, omdat hij lid is van twee verenigingen die profiteerden van de illegale giften die CDA-wethouder Peter Pustjens zonder toestemming van de gemeenteraad verdeelde. Om de schijn van belangenverstrengeling te voorkomen stapt Vrehen op als bestuurslid van het lokale CDA en verbreekt hij tijdelijk de banden met het verenigingsleven. Vrehen is bovendien lopende het onderzoek ontheven van zijn functie als toezichthouder op de financiële handel en wandel van Echt-Susteren. Vrehen zegt blij te zijn dat zijn vermeende rol bij de affaire wordt onderzocht, omdat hij er van overtuigd is dat hem niets te verwijten valt. Hij betreurt het dat de kwestie het CDA schade berokkent.

De affaire heeft ook voor CDA-fractievoorzitter Martijn van Helvert consequenties. Omdat hij er niet in is geslaagd zijn partijgenoot Pustjens tot opstappen te dwingen, ziet hij geen andere mogelijkheid dan zelf zijn biezen te pakken. Hij treedt per direct terug als fractievoorzitter en geeft ook zijn raadszetel op.

Gouverneur Léon Frissen kondigde gisteren niet alleen een integriteitsonderzoek aan naar Vrehen, hij was ook voor zijn doen bijzonder fel in de richting van de bij de affaire betrokken wethouders. Frissen zei diep teleurgesteld te zijn in de ‘rechtstatelijke gevoelens’ van de betrokken gemeentebestuurders.

Wethouder Peter Pustjens, die bij de verdeling van de Essent-gelden drie wetten overtrad, houdt ondanks interne partijdruk vol niet voornemens te zijn op te stappen. Prominente CDA’ers, onder wie Kamerlid Ger Koopmans, deden gisteren vergeefse pogingen om hem in het belang van de partij om te praten. Pustjens weet zich tot op heden gesteund door een meerderheid van de CDA-fractie in Echt. Of Pustjens, die gisteren niet wilde reageren, morgenavond ook een meerderheid van de gemeenteraad achter zich krijgt, is n0g niet duidelijk. Wethouder Jo Verheesen (Samenwerking), die eveneens illegaal geld uitdeelde, zou intern al hebben gemeld zijn lot aan dat van Pustjens te verbinden.

 

De tol van de Sint-affaire

De Sinterklaas-affaire in Echt-Susteren heeft inmiddels persoonlijke gevolgen voor CDA-prominenten. Martijn van Helvert bedankte gisteren als fractievoorzitter. Gedeputeerde Herman Vrehen zette een streep door zijn functies in het lokale CDA-bestuur en verenigingen.

Door

Niki van der Naald en Roel Ophelders namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Blij en opgelucht. Zo voelde CDA-gedeputeerde Herman Vrehen zich naar eigen zeggen toen hij gisterochtend eindelijk persoonlijk bericht van gouverneur Léon Frissen kreeg over het integriteitsonderzoek dat naar hem uitgevoerd gaat worden. „Als de gouverneur er niet toe had besloten, had ik zelf wel aangestuurd op een onafhankelijk onderzoek. Al is het alleen maar om voor eens en altijd duidelijk te maken dat ik echt niet op de hoogte was van de giften die wethouders deden. En dat van belangenverstrengeling absoluut geen sprake is. Niet in mijn hoedanigheid als bestuurslid van het CDA Echt-Susteren. En niet in mijn hoedanigheid als lid van het verenigingsleven in mijn woonplaats Nieuwstadt.”

Frissen nam het besluit over een integriteitsonderzoek in overleg met andere gedeputeerden. Vrehen bleef bewust weg bij die vergadering, om te voorkomen dat de indruk zou ontstaan dat hij invloed heeft uitgeoefend op de afwikkeling van wat inmiddels de Sinterklaas-affaire is gaan heten. De gedeputeerde stelt dat de discussie over zijn integriteit als bestuurder hem niet in de koude kleren is gaan zitten. Dat is ook de reden waarom hij naar eigen zeggen gisteren heeft besloten om wél lid te blijven van het CDA in zijn woonplaats, maar zijn bestuursfunctie in de lokale partij op te geven. Ook heeft hij alle banden met het verenigingsleven ‘voorlopig doorgeknipt’.

Zo is hij komende tijd, in ieder geval gedurende het integriteitsonderzoek, ook niet meer actief als lid van harmonie Les Amis Réunis in Nieuwstadt, een van de verenigingen die uiteindelijk tegen alle subsidieverordeningen en wetten in een gift kreeg van wethouder Peter Pustjens. „Ik vind het jammer, want ik moet nu verdedigen dat ik hobby’s heb. Maar zowel de verenigingen als mijn familie hebben hier al genoeg last van gehad. Vandaar dat ik heb besloten om die knip nu te maken. En me in de toekomst dan maar meer op de versnellingsagenda van Limburg te richten. Alle schijn van belangenverstrengeling wil ik tegengaan.”

Dat de gedeputeerde het repressieve financiële toezicht op Echt-Susteren voorlopig ook niet mag uitoefenen van gouverneur Frissen, noemt Vrehen ‘begrijpelijk’. „Het repressief toezicht bestaat uit het achteraf kennisnemen van de jaarrekening en de begroting. Dat gebeurt eens per jaar. Als zelfs de accountants en de raadsleden afgelopen jaar niets wisten van de manier waarop die Essent-gelden zijn verdeeld, hoe had ik dat dan via de voordeur moeten ruiken? Ik snap dat Frissen voor de zekerheid tijdens het integriteitsonderzoek deze maatregel neemt. Het hoort erbij.”

De Sinterklaas-affaire had gisteren ook persoonlijke gevolgen voor fractievoorzitter Martijn van Helvert van het CDA Echt-Susteren. Van Helvert, tevens beleidsmedewerkers van CDA-gedeputeerde Noël Lebens, kwam ook voor in de lijst van politici die in verenigingen zaten die een illegale gift kregen van het CDA. Bovendien verliepen de contacten over de verdeling van de Essent-gelden ook via de fractievoorzitter, zo blijkt uit een intern onderzoek.

Toch bestrijdt Van Helvert dat hij daarom gisteren uit de gemeenteraad is gestapt. „Ik heb als fractievoorzitter alleen maar knelpunten aangedragen bij de wethouder. Dat is ook mijn taak als volksvertegenwoordiger. Maar ik heb niets met die belangenverstrengeling te maken. Ik wist ook niets van de manier waarop die donaties uiteindelijk zijn uitbetaald en gecommuniceerd.”

De CDA’er is opgestapt omdat hij naar eigen zeggen niet meer voldoende steun voelde van zijn fractie. Van Helvert deed afgelopen maandag voor de laatste keer een beroep op CDA-wethouder Peter Pustjens om uit eigen beweging op te stappen. „Ik heb hem al vanaf december gezegd dat hij stappen moest ondernemen. Het klopt dat ik aanvankelijk niet keihard over hem oordeelde in de openbaarheid. Ik wilde hem tijd gunnen om zich op zijn positie te beraden. Maar nu zo duidelijk blijkt dat er fouten zijn gemaakt en het imago van onze gemeente geschaad is, rest er volgens mij maar één maatregel: opstappen. Pustjens vindt dat hij de raad achter zich heeft en doet dat dus niet. Dat is waarom ik zelf dan maar weg ga.”

 

Wethouders weg

Peter Pustjens (CDA) en Jo Verheesen (Samenwerking), de wethouders die in Echt-Susteren illegaal gemeenschapsgeld uitdeelden aan verenigingen, zijn gisteren tijdens de gemeenteraadsvergadering opgestapt.

Door

Niki van der Naald en Roel Ophelders namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Het vertrek van Verheesen gebeurde tegen de zin van een meerderheid van de raad, die de wethouder het overtreden van drie wetten vergaf. Pustjens las aan het begin van de raadsvergadering een verklaring voor, waarin hij toegaf dat hij fout zat, hoewel hij bij zijn standpunt blijft dat de kwestie enorm is opgeblazen. „Getracht is om het beeld neer te zetten van een bananenrepubliek. Er is een show van gemaakt. Het zij zo.” Pustjens meldde dat hij ondanks interne partijdruk gewacht heeft met opstappen, omdat hij het correct vond om de gemeenteraad hier als eerste van in kennis te stellen.

Verheesen wachtte op de beoordeling van zijn functioneren door de raad, waarna hij zwaar onder vuur lag bij de oppositiepartijen. Door sterke verdeeldheid bij coalitiepartij Algemeen Belang was er echter geen raadsmeerderheid om hem weg te stemmen. Verheesen dankte de raad voor het vertrouwen, maar zei woensdag al de beslissing te hebben genomen om te vertrekken.

De oppositiepartijen richtten hun pijlen niet alleen op de betrokken wethouders, maar kraakten ook de rol van burgemeester Dieudonné Akkermans. „U bent ook een exponent van de verkeerde bestuurscultuur”, zei Marian Bruijsten van Democraten Echt-Susteren (DES). „U beweert dat u geen slapende burgemeester bent, maar in uw vorige gemeente (Voerendaal, red.) heeft zich onder uw bewind een van de grootste bouwfraudes van Limburg kunnen voltrekken.” Akkermans kondigde een nieuw integriteitsonderzoekaan. De illegale giften zullen juridisch worden rechtgebreid, zo besloot een raadsmeerderheid. Oppositiepartij VVD kondigde aan stappen te ondernemen om dit besluit te laten vernietigen.

Staatssecretaris Ank Bijleveld (Binnenlandse Zaken) vindt de affaire in Echt-Susteren schadelijk voor het aanzien van het openbaar bestuur.

 

‘Tot ziens allemaal!’

Óf ze zouden gaan was gisteravond niet de vraag. Wel hóe. ‘Ze’, dat waren de hoofdrolspelers in de Sinterklaas-affaire in Echt-Susteren: wethouders Jo Verheesen en Peter Pustjens. Gisteren werd hun bijltjesdag. Om met Pustjens te spreken: ,,Tot ziens allemaal!”

Door

Niki van der Naald en Roel Ophelders namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

“Steekpenningen. Hier neem aan.” GroenLinks-raadslid Evert Masthoff staat donderdagavond triomfantelijk met een zakje muntdrop op de trappen van het gemeentehuis. De oppositie is al voor aanvang van de bewogen raadsvergadering in een overwinningsroes.

Dat wethouders Peter Pustjens (CDA) en Jo Verheesen (Samenwerking) opstappen lijkt onvermijdelijk. Grote vraag van de avond is alleen hoe ze dat doen. Al na een kwartier vergaderen verbreken de bestuurders hun grote stilzwijgen rond wat inmiddels de Sinterklaas-affaire is gaan heten. Het contrast tussen Verheesen en Pustjens is groot. Pustjens bijt van zich af, is fel, direct en schroomt niet om namen te noemen. Verheesen oogt geëmotioneerd. En gedraagt zich terughoudend. Hij is een schaap dat nog niet zeker lijkt te weten of het naar de slachtbank geleid zal worden. Hij spreekt over de impact op zijn gezin. Over de bedreiging aan zijn adres in de nacht van 30 op 31 december, waarbij zijn auto op de oprit ernstig is bekrast. ,,Mijn plezier in het werk is gedaald. De motivatie is verminderd.” Direct uit zichzelf opstappen doet hij echter niet. Hij wil eerst een oordeel van de gemeenteraad.

Zijn collega Peter Pustjens houdt liever het heft in eigen handen. In de speciaal ingerichte publiekszaal, volgen circa dertig belangstellenden de bewogen vergadering live op een tv-scherm. Pustjens’ verschijning roept direct hoongeluiden op. Een enkeling in de zaal grinnikt. Nadat de wethouder publiekelijk excuses maakt en aangeeft dat hij niet onder de indruk is van de bemoeienis van de gouverneur, de minister van Binnenlandse Zaken en CDA-kopstukken zoals Tweede Kamerlid Ger Koopmans, besluit hij zijn verweer met een simpel: ,,Dames en heren, ik ga! Het voetbalspel is gespeeld, maar zonder spelregels. Tot ziens allemaal!” Gejuich en geklap in het publiek. Een deel van de toehoorders zingt een frivool ‘dag Sinterklaasje, da-haag, da-haag.”

De angel is op dat moment nog lang niet uit het debat. Terwijl wethouders Pustjens en Verheesen gebroederlijk toekijken op de rest van de aanwezigen in de raadszaal, begint het moddersmijten tussen oppositiepartijen, burgemeester en coalitiefracties. Waar ze zich allen over beklagen is over de imagoschade die de gemeente door de Sinterklaas-affaire heeft opgelopen. Over het beeld dat is ontstaan van Echt-Susteren als bananenrepubliek, als ‘Antillen aan de Maas’. Burgemeester Dieudonné Akkermans laat zich ontvallen dat hij veel hoofdpijn en veel nachtmerries heeft gehad van de affaire. Het woord corruptie, door Akkermans van tevoren zo angstvallig uit de raadszaal verbannen, wordt prompt door enkele oppositiepartijen van stal gehaald. ,,Je weet dat je van Peter Pustjens nog geen glas water gratis krijgt. Dus belangeloos cadeautjes uitdelen doet hij niet zomaar”, zo geeft Marian Bruijsten- Van de Berg de net opgestapte wethouder nog mee. Vervolgens richt de oppositie haar pijlen vooral op Dieudonné Akkermans, die alsnog de giften probeert te repareren en zich volgens de oppositie daardoor schuldig maakt aan het goed praten van corruptie.

De man die er het rustigste onder blijft is het lijdend voorwerp zelf. Tijdens de schorsing loopt Peter Pustjens ontspannen naar buiten. Een kleine blik van opluchting kan hij niet onderdrukken. ,,Ach ik ben niet van ijzer. Maar ook niet van deeg. Ik heb er geen nacht minder om geslapen hoor.” Pustjens geeft aan dat hij al afgelopen dinsdag voor zichzelf had besloten dat hij zou opstappen. En dat hij dat pas tegenover de gemeenteraad zou verklaren. ,,Misschien kun je het zien als ‘foutje bedankt’ ja.”

Eenmaal terug in de raadszaal ontspint zich op dat moment een soort slapstick. Een motie van wantrouwen tegen wethouder Jo Verheesen haalt het, na een chaotische stemming, net niet. Iets dat een opmerkelijke reactie ontlokt bij burgemeester Dieudonné Akkermans. ,,De motie is niet aangenomen. Prima. Of toch niet prima.”

Even later komt Verheesen alsnog met een verklaring. Blijkbaar wist hij al lang van te voren wat de uitslag zou zijn. „Ik dank de raad voor het vertrouwen in mij uitgesproken. De gemeente is negatief in het daglicht komen te staan. Alles afwegende heb ik woensdag besloten om toch terug te treden. Ik wens de gemeente Echt-Susteren veel succes.”

Daarna maakt hij zich snel uit de voeten.

 

Onderzoek deal huis Vrehen

Bouwconcern VolkerWessels laat een extern bureau onderzoek doen naar de verkoop van de woning van de Limburgse CDA-gedeputeerde Herman Vrehen in 2004.

Door

Hans Goossen en Bjørn Oostra namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Bekeken wordt of oud-directeur Ad Gordijn van een dochterbedrijf van het concern destijds een vriendendienst heeft bewezen aan Vrehen.

VolkerWessels zegt tot onderzoek besloten te hebben na een interne melding dat er mogelijk iets aan de hand zou zijn met de transactie. Over de inhoud van die signalen wenst woordvoerder Jos Waltmans geen mededelingen te doen. Vrehen laat via zijn woordvoerster weten „geen enkele aanleiding te zien om hierop te reageren”.

Uit onderzoek van deze krant blijkt dat het gaat om de verkoop van de woning van Vrehen aan de Wolfswei in Nieuwstadt. Met die verkoop wilde het niet vlotten. Daarop zou oud-directeur Ad Gordijn uit Weert, destijds verbonden als adviseur aan de VolkerWessels- dochter Bouwbedrijven Jongen, pogingen hebben ondernomen om een koper te vinden voor Vrehens woning. Een bron uit de Limburgse bouwwereld, wiens naam bij de krant bekend is, verklaart dat hij door Gordijn benaderd is met de vraag of „we iets kunnen” met Vrehens pand. Een andere ingewijde zegt dat hij een tweede soortgelijk signaal heeft ontvangen uit de bouwwereld. Gordijn ontkent elke betrokkenheid.

In november 2004 koopt een zakenrelatie van Gordijn, de Brabantse vastgoedhandelaar Gerard van der Horst, het pand om het binnen zes maanden met een verlies van 41.000 euro door te verkopen.

 

‘Kunnen we iets met dat huis?’

Is het toeval dat een zakenrelatie van een Limburgse projectontwikkelaar de woning van een gedeputeerde koopt of is er meer aan de hand? Bouwconcern VolkerWessels neemt het zekere voor het onzekere en besluit tot een „serieus onderzoek”.

Door

Hans Goossen en Bjørn Oostra namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Projectontwikkelaar Ad Gordijn timmert ook na zijn zestigste nog flink aan de weg in met name Midden-Limburg. Zijn plannen voor een hightechcenter voor paarden zijn opgenomen op de provinciale versnellingsagenda. Dan is hij ook nog eens in de weer met een grootschalig golf- en wellnessproject. En ook in de provinciale regiovisie Midden-Limburg duikt de naam van Gordijn op als deelnemer van de taskforce die nadenkt over hoe een publiek-privaatrechtelijke samenwerking de streek omhoog kan stuwen. In die hoedanigheid loopt de voormalig directeur van Bouwbedrijven Jongen, een dochteronderneming van het VolkerWessels- concern CDA-gedeputeerde Vrehen regelmatig tegen het lijf. Ook privé als paardenliefhebber, zo stellen diverse bronnen uit de bouwwereld en de Limburgse politiek. Niet dat Gordijn daar iets over kwijt wil. „Ik ken Herman Vrehen als gedeputeerde”, luidt zijn kort maar krachtige antwoord.

Nog krachtiger is zijn antwoord op de vraag welke rol Gordijn heeft gespeeld bij de verkoop van het voormalige woonhuis van Vrehen aan deWolfswei in Nieuwstadt. Hij stelt daarmee geen enkele bemoeienis te hebben gehad. Die lezing staat haaks op de verklaring van een ingewijde in de Limburgse bouwwereld. De man, wiens naam bij deze krant bekend is, zegt in 2004 benaderd te zijn door Gordijn met de vraag of „we iets kunnen” met het moeilijk verkoopbare pand van Vrehen. Een andere bekende in het wereldje vertelt een soortgelijk verhaal, zo laat een prominente Limburger weten.

Vrehen kocht in november 2003 een woning elders in Nieuwstadt, maar met de verkoop van zijn oude woonhuis, waaraan begin 2004 een prijskaartje van 339.000 hing, wilde het niet echt vlotten. In oktober van dat jaar lukt het alsnog. Voor een bedrag van 315.000 euro mag de Brabantse vastgoedhandelaar Gerard van der Horst zich eigenaar noemen van de woning aan deWolfswei. Van der Horst en Gordijn kennen elkaar zakelijk, zo bevestigen ze beiden. „Ik heb in Brabant prettig samengewerkt met meneer Gordijn”, vertelt de zakenman uit Fijnaart die zijn geld onder meer verdiende met de huisvesting van asielzoekers in Brabant en Limburg (Vaals en Houthem).

Van der Horst vindt het niet gek dat uitgerekend hij opduikt als koper van de gedeputeerdenwoning. Niet dat de Brabander de gang van zaken exact kan reconstrueren.

„Dat weet ik niet meer. We hebben het tenslotte over bijna vijf jaar geleden. Ik ben onroerend goed-handelaar. Ik verkoop enkele honderden woningen per jaar.” Tegenwoordig is hij vooral in Duitsland actief, maar destijds kocht en verkocht hij overal beneden de grote rivieren. Dus ook in Limburg. Wie hem attent gemaakt heeft op de woning van Vrehen kan Van der Horst zich evenmin herinneren. „We hebben dagelijks contact met tipgevers die ons woningen aanbieden in de particuliere sector.”

Van der Horst probeert gekochte woningen doorgaans weer te verkopen voordat de inkt op de notariële akte droog is. Bij de woning van Vrehen lukt dat niet. In februari 2005 staat de woning voor 299.000 euro te koop, 16.000 euro onder de aankoopprijs. Een maand later betalen de nieuwe eigenaren een bedrag van 274.000 euro. Dat levert in totaal een verlies op van 41.000 euro. „Ik weet nog wel dat die woning op enig moment leeg kwam te staan. De markt in Limburg was toen niet echt jofel. Ik heb in 2004 wel meer gebouwen, ook grote projecten in Limburg met verlies verkocht”, verklaart Van der Horst. Het risico van het vak, zoals dat heet. Uit cijfers vanWoonplein Limburg.nl blijkt dat de gemiddelde woningprijs in Limburg in 2004 met 2,8 procent steeg.

Gedeputeerde Herman Vrehen weigert te reageren op de kwestie rond zijn voormalige woonhuis, zo laat zijn woordvoerster weten. „Hij ziet geen enkele aanleiding om te reageren.” De bron uit de Limburgse bouwwereld die van Gordijn de vraag kreeg „of we iets kunnen met de woning” fronst in elk geval zijn wenkbrauwen bij het zien van de kadastrale gegevens die uitwijzen dat een zakenrelatie van de projectontwikkelaar het huis van Vrehen heeft gekocht. Hij houdt er naar eigen zeggen „een raar gevoel” aan over. „Het is ook vreemd dat iemand op zo’n korte termijn zo’n verlies voor lief neemt.”

Signalen dat er mogelijk iets speelt rond de verkoop van het huis aan deWolfswei zijn ook tot het VolkerWesselsconcern doorgedrongen. Na een interne melding dat dergelijke signalen ontvangen worden, kiest het concern voor een onderzoek door een extern bureau. „Er is een melding gedaan en we nemen die serieus. Onze juristen zien in elk geval aanleiding voor een onderzoek. Dat moet uitwijzen wat klopt van de vermeende feiten en geruchten”, zegt woordvoerder Jos Waltmans. „Op basis van de resultaten van het onderzoek zal Volker- Wessels passende maatregelen treffen. Dat is ons verhaal.”

 

Vrehen stapt op

CDA-gedeputeerde Herman Vrehen is opgestapt. Hij acht zich na publicaties over zijn integriteit niet meer in staat zijn taken als bestuurder „passend te vervullen”.

Door

Hans Goossen, Paul Bots en Bjørn Oostra namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Vrehen, die sinds 2003 gedeputeerde was, zegt dat zijn naam buiten zijn schuld opduikt in affaires, waarbij zijn integriteit ter discussie komt te staan. Hij doelt onder meer op een artikel in deze krant, waarin werd gemeld dat het bouwconcern VolkerWessels onderzoek verricht naar de verkoop in 2004 van de voormalige woning van Vrehen in Nieuwstadt. De Brabantse projectontwikkelaar Gerard van der Horst bevestigde gisteren dat hij het huis, dat al geruime tijd te koop stond, heeft gekocht als vriendendienst voor „iemand bij de Jongen Groep”. Eerder had hij laten weten dat hij de gang van zaken niet exact kon reconstrueren. Een andere bron uit de bouwwereld verklaarde gisteren in deze krant dat hij door oud-directeur Ad Gordijn van Bouwbedrijven Jongen benaderd was met de vraag of „we iets kunnen met die woning”.

Vrehen stelt in de persverklaring waarin hij zijn aftreden bekendmaakte, dat zijn vertrek „geen bevestiging is van het in de media geschetste beeld”. Hij spreekt van „een politiek gestuurd proces”. Vrehen treedt af om het imago van „de provincie, mijn partij en de thuiscirkel niet verder te belasten”.

Gouverneur Léon Frissen maakte gisteren de samenstelling van de integriteitscommissie bekend, die de handelwijze van Vrehen gaat onderzoeken. De oud-ministersWim Deetman (CDA) en Benk Korthals (VVD) zullen dat onderzoek uitvoeren. Het onderzoek was eerder deze maand al aangekondigd naar aanleiding van de zogeheten Sinterklaas-affaire in Echt-Susteren. Vrehen was bestuurslid van een vereniging die geld kreeg van de plaatselijke CDA-fractie. Dat geld is zonder toestemming van de raad verdeeld. Frissen liet gisteren weten dat Deetman en Korthals ook de verkoop van de woning van Vrehen in hun onderzoek mee zullen nemen.

De gouverneur noemde het besluit van de gedeputeerde om zijn functie neer te leggen „kennelijk voor hem een onontkoombare stap in het licht van het aangekondigde integriteitsonderzoek en de actuele berichtgeving over zijn persoon”. Limburg verliest in Vrehen een enthousiast, gedreven en deskundig bestuurder, aldus Frissen. De provinciale politiek spreekt breed van een besluit dat „respect afdwingt”. Het CDA Limburg stelt dat aftreden „de enig begaanbare weg” was. Vrehen maakt zo de weg vrij voor het onderzoek dat moet uitwijzen of hem iets te verwijten valt.

 

Snelle stijger maakt harde landing

Door

Hans Goossen, Paul Bots en Bjørn Oostra namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Enthousiast, gedreven en deskundig. Zo omschrijft de Limburgse commissaris van de koningin Léon Frissen de gisteren afgetreden gedeputeerde Herman Vrehen. De 46-jarige CDA-politicus uit Nieuwstadt groeide snel door naar de provinciale top.

Landbouwingenieur Herman Vrehen startte zijn politieke loopbaan in 1996 als raadslid van Susteren. Drie jaar later zat-ie in de Provinciale Staten waar hij in 2001 tot fractievoorzitter van het CDA werd verkozen. In 2003 wordt de bij de LLTB werkzame Vrehen gedeputeerde. Aanvankelijk met financiën in zijn portefeuille, na de verkiezingen van 2007 waarbij hij het CDA aanvoerde als lijsttrekker krijgt de Nieuwstadtenaar de fikse kluif van economische vernieuwing erbij.

Enthousiast, gedreven en deskundig. Afgezien van een enkel lid van een oppositiepartij zal niemand in het gouvernement daar veel op afdingen. Tegelijkertijd heeft Vrehen ook het imago van een oerdegelijke, wat te brave en zelfs een beetje saaie bestuurder. Dat imago heeft anno 2009 forse deuken opgelopen. Het eerste krasje valt in 2005 te bespeuren als zijn collecterondje voor de harmonie van Nieuwstadt, dat hij samen met partij- en plaatsgenoot Peter Pustjens maakt, tot kritiek leidt. Het tweetal belt namelijk ook aan bij de directeur van Alert Reïntegratiebedrijven die op dat moment de politieke steun voor een bouwproject in de gemeente hard nodig heeft. Tot consequenties leidt het niet.

Dat kan niet worden gezegd van de recente kwesties. Zo valt de naam van Vrehen in de zogeheten Sinterklaas-affaire. Vrehen is bestuurslid van een van de verenigingen die profiteren van de door het CDA Echt-Susteren uitgedeelde gelden, die afkomstig waren uit een potje waaruit zonder toestemming van de raad werd geput. Het leidt tot een grote politieke rel. De vraag is of Vrehen als provinciaal toezichthouder op de gemeentelijke financiën weet had van de illegale sinterklaascadeautjes.

Om dat uit te zoeken besluit gouverneur Frissen tot een integriteitsonderzoek. De namen van de onderzoekers zijn nog niet bekend gemaakt of hun opdracht wordt al uitgebreid als deze krant en later ook andere media berichten over een mogelijke vriendendienst bij de verkoop van zijn voormalige woning in Nieuwstadt. Voor Vrehen aanleiding om op te stappen. Zijn aftreden mag volgens hemzelf niet als schuldbekentenis worden gezien. Wie zijn opvolger wordt, moet nog blijken. Aan hem of haar de taak om de zware dossiers van Vrehen en zijn leidende rol in de aanpak van de kredietcrisis over te nemen.

 

Vrehen te weinig alert

Voormalig gedeputeerde Herman Vrehen heeft zich onvoldoende gerealiseerd dat zijn innige relatie met projectontwikkelaar Adri Gordijn hem kwetsbaar heeft gemaakt voor verdachtmakingen van mogelijke belangenverstrengeling.

Door

Hans Goossen en Bjørn Oostra namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Desondanks heeft de in februari opgestapte gedeputeerde niet in strijd met de regels gehandeld. Dit stellen de oud-ministers Wim Deetman (CDA) en Benk Korthals (VVD). Op verzoek van commissaris van de koningin Léon Frissen deden zij onderzoek naar de gang van zaken rond de verkoop van de woning van Vrehen aan de Brabantse projectontwikkelaar Gerard van der Horst. Ook is bekeken of Vrehen de gedragscode heeft geschonden door een paard van Gordijn „in bruikleen” te nemen.

Deetman en Korthals vinden dat Vrehen zich hardop had moeten afvragen of de gang van zaken in overeenstemming was met de voorzichtigheid die van bestuurders mag worden verwacht. De onderzoekers constateren dat Vrehen (foto) met onvoldoende achterdocht handelde, dat hij op relevante momenten onvoldoende twijfelde aan de gang van zaken en dat hij onvoldoende alert was.

De voormalig gedeputeerde heeft volgens de onderzoekers niet in strijd met de provinciale gedragscode gehandeld: er zijn geen giften aangenomen en de schijn van belangenverstrengeling is niet gewekt.

Om te voorkomen dat gedeputeerden vanwege hun (te) nauwe band met ondernemers in problemen komen, adviseert de commissie de provincie voortaan meer openheid te betrachten. Beide onderzoekers vinden het noodzakelijk dat transparante afspraken worden gemaakt over wie met wie aan tafel zit en op welke wijze partijen contact onderhouden.

Frissen deelt de conclusies van de commissie. Vrehen is blij met de vaststelling dat hij niet in strijd heeft gehandeld met de gedragscode. „Voor mij betekent dit: rehabilitatie. Achteraf gezien had ik niet hoeven aftreden.” Minder content is hij met de constatering dat hij onvoldoende voorzichtig heeft gehandeld. Hij spreekt van „kwalijke kanttekeningen”.

 

‘Ziek’ van de schijn tegen

Voor het eerst sinds vier maanden treedt oud-gedeputeerde Herman Vrehen naar buiten. Om te reageren op het integriteitsonderzoek waarin hem formeel geen fouten worden verweten, maar dat hem wel ‘onvoldoende alert’ noemt.

Door

Paul Bots namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

‘Gebrek aan bestuurlijk fingerspitzengefühl’, ‘onvoldoende alert’ en ‘onvoorzichtig’. Harde woorden van de commissie Deetman.

„Klopt. De conclusie is scherp. Dat mag ook wel als twee oud-ministers vier maanden lang onderzoek doen. Maar de uitkomst is wel dat ik de gedragscode en de wet niet overtreden heb.”

De kwalificatie ‘naïef’ is toch dodelijk voor een bestuurder?

„Over dat woord kan ik me ook écht boos maken. Wij lopen voorop met de aanpak van de kredietcrisis. Daar heeft de provincie ook het bedrijfsleven bij nodig. Bij modern leidinggeven, hoort een open stijl. Als dat wordt afgedaan als naïef… Je moet ieder contact altijd voor jezelf afwegen. Het is niet zo dat ik met mensen op pad ga waarbij je na afloop je vingers moet natellen.”

De heer Adri Gordijn is toch geen onbeschreven blad?

„Hem is nooit formeel iets ten laste gelegd. Ik heb ook nooit de indruk gehad dat hij niet integer zou zijn.”

Het onderzoek zegt dat u op politiek, zakelijk en privé-vlak intensief contact had. Volgens sommigen in het provinciehuis liep Gordijn de deur bij u plat.

„En wat zou dat suggereren? Ik lees dat hij vijf keer bij gedeputeerde Noël Lebens is geweest. Ik denk dat hij minder bij mij was. Natuurlijk, hij kwam na zo’n bezoek wel eens even bij mij binnenwippen. Dat deden anderen ook wel eens.”

Mensen hebben u gewaarschuwd voor te nauwe banden met Gordijn, zeggen ze.

Nonsens. Het gaat om de feiten. Hij heeft mij nooit om subsidie gevraagd. Zijn zaken vielen niet in mijn portefeuille. Alleen het paardenhouderijplan inWeert, maar dat lag vooral bij de gemeente.”

De gouverneur vroeg tijdens collegevergaderingen regelmatig of er kwesties speelden die gemeld moesten worden. U zei niets.

„Die vraag ging over andere zaken. Het was in de begintijd van de corruptiekwestie Janssen De Jong. We hadden in GS het gevoel dat we er geen grip op kregen. Daar maakte de gouverneur zich zorgen over.”

Ingewijden zeggen dat de partij u liet vallen toen er twijfels over de verkoop van uw huis ontstonden.

„Het besluit stond voor mijzelf al vast. Ik heb de partij niet gevraagd om mij te dekken.”

Voelde u zich gesteund door Gedeputeerde Staten?

„Het college had veel begrip voor mijn besluit om op te stappen.”

Dat klinkt als: ‘Gelukkig gaat hij zelf. Dwingen hoeft niet meer’.

„GS sturen geen deputé weg. Dat kunnen alleen Provinciale Staten.”

Volgens de onderzoekers was Gordijn mede dankzij de banden met u goed op de hoogte van ontwikkelingen in de provincie.

„Gordijn kwam bij mij geen informatie halen. Die had hij al lang. Het is iemand met visie, waar je goed mee kunt praten.”

Volgens sommigen kwamen jullie zelfs bij elkaar op de verjaardag.

„Ik ken hem uit de partijlijn. Via het CDA. Nee, hij is nooit op mijn verjaardagsfeestjes geweest.”

U wel op zijn verjaardag?

„Eh… ja. Toen hij 65 werd. Toen liep half Limburg in zijn manege.”

Hoe wist de heer Gordijn dat de verkoop van uw huis niet liep?

„Bij een bijeenkomst van de Nolensstichting vroeg iemand hoe het nog met mijn huis ging. ‘Beroerd’, zei ik. Gordijn hoorde dat. ‘Ik zal eens kijken’, zei hij. Maar we hebben echt geen afspraken gemaakt over hulp bij de verkoop. Het ging zoals dat in een vriendenkring gaat. Als je iemand kent die nog een huis zoekt, stuur je die door.”

Heeft Gordijn u verteld dat hij de heer Van der Horst, de uiteindelijke koper, heeft geregeld?

„Ik heb nooit met hem over Van der Horst gepraat. Ik heb me ook geen vragen gesteld bij de verkoop van het huis. Wij woonden al in het nieuwe huis en de verkoop van het oude lukte maar niet. Dan ben je blij dat je er vanaf bent.”

En dan is er nog het paard van Gordijn dat u mag gebruiken.

„Ja. Dat onderwerp heb ik zelf bewust bij de onderzoekers neergelegd. Dat dier was overcompleet op de manege van Gordijn. Het ging naar de slager als er geen andere oplossing zou komen. Ik had ruimte over, en hij had ruimte tekort. Het is een zakelijke overeenkomst.”

Kunt u zich voorstellen dat mensen vinden dat u zo op z’n minst de schijn tegen heeft?

„Ik word ziek van die ‘schijn’. Die kun je heel makkelijk tegen hebben als iemand je van iets beschuldigt. De feiten zijn onderzocht. Ik ben gerehabiliteerd. Niets staat een terugkeer in de politiek in de weg. Al zal ik, na wat me nu is gebeurd, wel eerst met mijn familie moeten overleggen of ik het nog eens doe.”

Bij uw vertrek repte u over een ‘politiek gestuurd proces’.

„Klopt. Dat concludeer ik uit de volgorde van zaken. Mijn vader heeft me blijkbaar politiek kwetsbaar gemaakt doordat hij me lid maakte van de harmonie. In de Sinterklaas-affaire was dat verdacht. Vervolgens werd ik aangevallen op de huisvesting van de AID, de regiobranding en mijn huis.”

Onderwerpen die vooral door VVD-Statenlid Jos van Rey aan de orde zijn gesteld.

„Ik constateerde een groot plezier bij Van Rey toen ik wegging. Maar daar verbind ik geen conclusies aan. Er zijn spelletjes gespeeld. Het is jammer dat de onderzoekers dat buiten beschouwing lieten.”

U was aangeschoten wild door de Sinterklaaskwestie en werd verder aangevallen.

„Als die Sinterklaaskwestie er niet was, was die verkoop van mijn huis met een feitenonderzoek afgedaan. Het is een losse flodder, die door de omstandigheden het karakter van een kogel kreeg. Het maakte mijn functioneren onmogelijk.”

Hoe verging het u na uw aftreden?

„Ik was persoonlijk kapot. Op eigen kracht ben ik verdergegaan. Ik vond snel werk bij Imagro, een communicatie- en adviesbureau. Zo zie ik dat er in Limburg, zonder en soms zelfs ondanks de provincie, heel veel gebeurt.”

 

Gevraagd: achterdochtig bestuur

Achterdocht is een onmisbare eigenschap voor bestuurders. Achterdocht die voormalig CDA-gedeputeerde Herman Vrehen in elk geval in onvoldoende mate bezat.

Door

Hans Goossen en Bjørn Oostra namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Ook in Limburg leven ze niet op de maan. Een onomstreden conclusie van oud-minister Wim Deetman, die samen met eveneens ex-excellentie Benk Korthals de integriteit van de in februari afgetreden Herman Vrehen onder de loep nam. Deetman doelt op het feit dat je een provincie nu eenmaal niet in isolement kunt besturen.

Ook bestuurders hebben informele en vriendschappelijke contacten. Contacten die hun handelwijze kunnen beïnvloeden. En dus is alertheid, voorzichtigheid en zelfs achterdocht geboden, aldus Deetman. Voormalig deputé Vrehen mag dan volgens de onderzoekers niet te betrappen zijn op integriteitschending en het breken van de provinciale gedragscode, de CDA-politicus heeft de door Deetman gevraagde eigenschappen in elk geval niet voldoende geëtaleerd in zijn contacten met de Weerter zakenman Adri Gordijn, zo blijkt uit het onderzoek. Vrehen had zich de vraag moeten stellen of een paard dat hij van Gordijn in ‘bruikleen’ had gekregen „spanning zou kunnen opleveren met de voorzichtigheid die naar het oordeel van de commissie van bestuurders mag worden verwacht”.

Ook de gang van zaken rond de verkoop van Vrehens woning in 2004 had belletjes bij de bestuurder moeten laten rinkelen. Herman Vrehen kende Adri Gordijn op drie niveaus: uit hoofde van zijn functie als deputé, politiek én vriendschappelijk. Als deputé komt Vrehen de oud-directeur van Bouwbedrijven Jongen meer dan regelmatig tegen. Gordijn denkt met de provincie mee als het gaat om de regiovisie Midden-Limburg, zit in de provinciale Taskforce Midden- Limburg en is zakelijk uiterst actief. Zo probeert hij ComfortWonen, een huisvestingsconcept voor senioren die comfortabel willen wonen in de markt te zetten.

Daarnaast timmert de Weertenaar aan de weg op hippisch gebied met zijn paardenacademie en de plannen voor een kenniscentrum voor de paardenhouderij. Plannen waarbij de provincie een ondersteunende rol speelt. Gordijn is een vaste gast in het gouvernement. Hij stapt met name bij Vrehen binnen als hij het provinciehuis bezoekt, zo valt te lezen in het onderzoeksrapport. Gordijn was „mede dankzij zijn relatie met de heer Vrehen goed op de hoogte van de projecten en activiteiten die binnen de provincie spelen. Deze informatie en zijn relatie met de heer Vrehen heeft de heer Gordijn gebruikt voor zijn eigen werkzaamheden.”

De contacten zijn ook politiek van kleur. Beide heren zijn actief in het CDA, beiden zijn bestuurslid van de aan die partij gelieerde stichting Dr. Nolens-fonds. Vergaderingen van die stichting vinden soms plaats in Gordijns manegecomplex De IJzeren Man.

Het is tijdens een van die bijeenkomsten dat Vrehen de moeilijke verkoopbaarheid van zijn woning aan de Wolfswei in Nieuwstadt ter sprake brengt. Een mededeling die voor Gordijn aanleiding is om Vrehen een dienst te bewijzen door te bemiddelen bij de verkoop van zijn woning. Waar twee makelaars er ruim een jaar lang niet in slagen het huis aan de man te brengen, weet Gordijn in 2004 vastgoedhandelaar Gerard van der Horst uit Fijnaart zo ver te krijgen het pand ongezien te kopen.

De Brabander verkoopt de woning later met 41.000 euro verlies door. Verlies waarvoor hij vrijwel zeker gecompenseerd is door een bedrijfsonderdeel van het Volker-Wessels-concern, waartoe ook Bouwbedrijven Jongen behoort. Gordijn, destijds nog actief als adviseur van Jongen, ontkent elke vorm van bemiddeling.

Voor Deetman en Korthals staat echter vast dat de dienst is geleverd, zij dat die buiten weten van Vrehen zou hebben plaatsgevonden. Ook kunnen de onderzoekers geen financieel voordeel voor Vrehen vaststellen. De conclusie luidt dan ook dat zijn integriteit op dit punt niet ter discussie staat. Tegelijkertijd constateert de commissie ook dat Vrehen met „onvoldoende achterdocht heeft gehandeld door op de relevante momenten niet of onvoldoende te twijfelen aan de gang van zaken”. Achterdocht, omdat een Brabander zijn huis ongezien en zonder onderhandelen wil kopen.

Achterdocht ook, omdat makelaar Stienstra & Bonnema, die Vrehen op advies van Gordijn in de arm had genomen, nooit een nota stuurde voor de afhandeling van de verkoop. En dan is er nog het zogeheten pensionpaard. Volgens de commissie een uitvloeisel van de vriendschappelijke band tussen Vrehen en Gordijn. Een viervoeter op leeftijd, alleen nog geschikt voor „recreatief gebruik”. Door Gordijn ruim een half jaar geleden gestald in Nieuwstadt bij Vrehen. In ruil voor de gratis ritjes zorgt de gedeputeerde voor voer en onderdak.

Volgens Deetman en Korthals gaat het om een paard in „bruikleen” en is geen sprake van een ongeoorloofde gift. Ook hier heeft Vrehen naar oordeel van de onderzoekers in de geest van de provinciale gedragscode gehandeld. Maar ook hier plaatst diezelfde commissie de kanttekening dat hij „onvoldoende voorzichtig heeft gehandeld”.

Vooral uit die kanttekeningen zal bestuurlijk Limburg lering moeten trekken, meent gouverneur Léon Frissen. Los van integriteitscodes moeten bestuurders volgens hem „beseffen dat zij in een glazen huis zitten en daardoor in meerdere mate dan in het normale leven achterdochtig dienen te zijn. Dat is het leermoment uit dit onderzoek.”

 

‘Geen blaam in Sint-affaire’

Voormalig gedeputeerde Herman Vrehen (CDA, Financiën) treft geen blaam in wat de Echter Sinterklaas-affaire is gaan heten. Hij was niet betrokken bij de verdeling van Essent-dividend en heeft zijn positie niet misbruikt.

Door

Hans Goossen en Bjørn Oostra namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Dit stellen de onderzoekers Wim Deetman en Benk Korthals.

Op verzoek van de Limburgse commissaris van de koningin Léon Frissen deden zij onderzoek naar de vermeende betrokkenheid van Vrehen bij de omstreden verdeling van Essent-dividend in de gemeente Echt-Susteren.

Wethouders van het CDA en de Lijst Samenwerking schonken buiten het college van burgemeester en wethouders om diverse verenigingen subsidies. Niet zelden zaten in de besturen van de begunstigde verenigingen vrienden of partijgenoten van de betrokken wethouders.

Een van de organisaties die geld kregen uit het potje met Essent-dividend was de Harmonie Les Amis Reunis (voor het Elsene solistentoernooi), waarvan ook Vrehen lid is. Ook de Stichting BCL Treffen 2008, waarvan Vrehen bestuurslid was, werd door CDA-wethouder Pustjens bedeeld.

Deetman en Korthals zijn tot de conclusie gekomen dat Vrehen op geen enkele wijze betrokken was bij de subsidiëring van het Elsene solistenconcours. De gewezen gedeputeerde vervulde geen enkele functie bij de organisatie van dit toernooi. Ook bij de 5000 euro subsidie die het BCL-treffen kreeg, speelt Vrehen volgens de onderzoekscommissie geen rol.

Deetman en Korthals concluderen dan ook dat „Vrehen in de Sinterklaas-affaire geen misbruik heeft gemaakt van zijn positie als gedeputeerde”.

Ook in zijn rol als toezichthouder op de gemeentefinanciën van Echt-Susteren is Vrehen niet in de fout gegaan. Volgens de onderzoekers heeft hij niet voor 22 november 2008 kennisgenomen van de wijze waarop het Essent-dividend is verdeeld. „Vrehen had dus ook niet eerder kunnen optreden tegen de onrechtmatige handelwijze van de gemeente bij de verdeling van het Essent-dividend.”

 

Van wit naar grijs en zwart

Hoe komt de in opspraak geraakte wegenbouwer Janssen de Jong Infra aan werk?, vraagt de rijksrecherche zich af. Doordat medewerkers ambtenaren smeergeld betalen, luidt de verdenking. Maar het bedrijf is ook gewoon een heel harde speler op de Limburgse markt van openbare aanbestedingen. Zo verwerft het een dominante positie, verklaren betrokkenen en klagen concurrenten.

Door

Serge Sekhuis en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

“Alles is een kwestie van gevoel. De ene ambtenaar accepteert meerwerk tegen een te hoge prijs omdat je belangstellend hebt geïnformeerd naar de studieresultaten van zijn zoon. Een ander vertrouwt je op je blauwe ogen. Met een derde ga je naar de skybox van Roda JC. En de volgende, ja, die vraagt om wat euro’s. Het gaat van wit naar grijs en zwart.”

Neen, een echt hoge dunk heeft de insider bij Janssen de Jong Infra niet van de controle die ambtenaren uitoefenen op het werk van wegenbouwers in Limburg. „Ze missen vaak handelsmentaliteit. Als de kosten van een project maar binnen het budget blijven, dan weten ze dat hun baas tevreden is.”

Aan echte koopmansgeest ontbrak het medewerkers van ‘JaJo’ in de vestiging Meerssen afgelopen jaren geenszins. Sterker nog, zij werden zo ondernemend dat topman Eric Krul van het moederbedrijf Janssen de Jong Groep in het Brabantse Son zich vorige week genoodzaakt zag het filiaal te sluiten. Omdat het openbaar ministerie het als de ‘brandhaard’ van de nieuwe Limburgse corruptie-affaire ziet. Medewerkers zouden zes Limburgse ambtenaren en een overheidsdienaar uit Spijkenisse hebben omgekocht om aan extra werk te komen. En ook het bouwconcern zelf heeft inmiddels aanwijzingen dat medewerkers ambtenaren hebben ‘gesmeerd’.

Een advocaat van een van de verdachten schetst hoe dat in zijn werk gaat. „Ambtenaren worden meegesleurd in een old boys-netwerk. Ze krijgen uitnodigingen, dat lees je in alle dossiers. ‘Het is gezellig, we helpen elkaar als er iets is’, luidt de boodschap van de wegenbouwer.”

„Je probeert met zo’n ambtenaar een vertrouwensrelatie op te bouwen”, weet de insider. „Het is een spel, waarbij je soms bewust ook inzet op emoties. Dat werkt vaak goed, evenals terloops laten weten hoe zwaar de concurrentie is.”

Het bezoekje aan de vip-tribune van Roda groeit uit tot een bezoek aan hetWK voetbal. En een luxe verblijf in Monaco als daar de Grand Prix wordt verreden, is natuurlijk ook niet te versmaden. Net zo min als etentjes bij sterrenrestaurant Beluga in Maastricht. Ook ‘hulp’ bij de aanleg van een tuin of verbouwing van de badkamer was volgens justitie welkom. Maar alles heeft zijn prijs. Uiteindelijk werd altijd, luidt de verdenking, een wederdienst verlangd en verleend. Zo zouden twee ambtenaren in Heerlen zelfs tientallen opdrachten aan Janssen de Jong hebben verzonnen.

Wethouders waren niet interessant als doelwit, zegt de insider bij Janssen de Jong. „Zij zitten, met alle aangescherpte integriteitsregels, op te grote afstand.” Dat ligt anders voor ambtenaren. De verdachten zitten niet aan de top, maar waren projectleider of werkten op lager niveau. „Ook zij hebben vaak verrassend veel bevoegdheden”, zegt de bron. Ze konden, zonder toestemming van hun meerdere, opdrachten verstrekken voor bijvoorbeeld spoedklussen. Maar ook zaken door de vingers zien. „Want wie kan er nu controleren of je bij een rioleringsklus inderdaad de opgegeven 950 kubieke meter grond hebt afgegraven terwijl het er maar 900 waren.”

De rijksrecherche wil weten hoe Janssen de Jong aan werk en omzet komt, zegt de advocaat. „Wat gaat er allemaal schuil achter dat gezellige jongensclubje van ambtenaren en Janssen-de-Jongers?, vraagt zij zich af.”

Waar justitie staat met haar bewijsvoering, blijft voor de buitenwacht ongewis. Maar zelfs als de rechter de omkoping en corruptie uiteindelijk bewezen acht, kan dat slechts deels de sterke positie van Janssen de Jong Infra in Limburg verklaren. Want de concurrentie bijt zich met regelmaat van de klok stuk op de scherpe inschrijvingen van ‘JaJo’ bij openbare aanbestedingen. „Hoe kunnen ze met die shitprijzen werken?”, vraagt een collega- wegenbouwer zich vertwijfeld af.

„Het is in de wegenbouwwereld een geaccepteerde score dat je één op de tien openbare aanbestedingen wint”, zegt een woordvoerder van de vestiging van concurrent Mourik Groot-Ammers Rayon Zuid in Echt. Janssen de Jong Infra scoort echter veel hoger, leert een verkenning van de openbare aanbestedingen in Heerlen, Maastricht en bij de provincie Limburg. In Heerlen sleepte het bedrijf in de jaren 2006 tot en met 2008 jaarlijks bijna drie van de tien projecten in de wacht, waaronder grote klussen als de Binnenring. Ook in de Limburgse hoofdstad doet ‘JaJo’ het voortreffelijk. In 2008 won het bedrijf in Maastricht vijf van de zeven aanbestedingen waar het op inschreef. Op provinciaal niveau lukte het de aannemer om sinds 2005 zelfs ruim 40 procent van de openbare aanbestedingen binnen te halen.

Hoe kan ‘JaJo’ in een vechtmarkt waar de marges al zo klein zijn zo vaak onder de prijs van de andere inschrijvers duiken?, vraagt de concurrentie zich tandenknarsend af. „Gebruikt het concern soms de winst die het in het Caraibisch gebied boekt om ons hier te verdringen?”, merkt een wegenbouwer cynisch op. Hij verwijst daarmee naar perspublicaties als zou het concern zich in dat gebied hebben bezondigd aan het omkopen van politici. Krul, die op dit artikel niet wil reageren, ontkent die omkooppraktijken. De keiharde onderlinge strijd om werk en prijs kostte al diverse Limburgse bouwers de kop. De Kerkraadse ondernemer NOVO redde het niet, en ook het door de vorige bouw-affaire ‘aangeschoten’ Baars Infra viste bij aanbestedingen te vaak nét achter het net.

Natuurlijk, er zijn verklaringen. Janssen de Jong is een van de grote spelers in Limbug en kan daardoor vaak efficiënt werken en inkopen. Het bedrijf beschikt over een eigen asfaltcentrale. En net als andere wegenbouwers zal het soms wel eens verliesgevend inschrijven om in ieder geval personeel aan het werk en machines draaiende te houden.

Maar Janssen de Jong Infra is ook zeer bedreven in een kunstgreep die bijna alle bedrijven praktiseren, signaleren diverse kenners van de wegenbouwmarkt. Als het bedrijf een offerte uitbrengt voor een werk, berekent het aan het eind van de cijferbrij een vaak stevige ‘eenmalige korting’. Daardoor schrijft ‘JaJo’ vaak goedkoper in dan de collega’s. Dat ‘verlies’ moet natuurlijk terugverdiend worden. Veel meerwerk moet daar uitkomst bieden. Dit extra werk wordt berekend aan de hand van de eenheidsprijzen, de kosten van de verschillende onderdelen van het werk, zoals de prijs per vierkante meter stenen of per ton asfalt. Janssen de Jong, maar ook andere bedrijven, werken vaak met hoge eenheidsprijzen. Als er dan meerwerk is, is de opbrengst ook extra hoog.

De insider: „Janssen de Jong beschikte in Meerssen over een club jonge, creatieve en kundige mensen, vaak ingenieurs van de Hogeschool Zuyd. Als een overheid met een bestek komt waarin een opdracht staat beschreven, moet je goed uitdokteren waar meer- en minderwerk zit. Waar zitten de ‘gaten’? Daar stem je je eenheidsprijzen op af. Je kunt dan hoge kortingen verlenen, dat geld verdien je toch terug. Janssen de Jong richt zich op een drempel die de rest niet durft te nemen. De vraag is hoe groot het risico is dat je daarbij kunt en durft te nemen. Een klein bedrijf kan omvallen als het een te hoge korting niet terugverdient. Janssen de Jong is zo voor honderdduizenden euro’s de mist in gegaan bij de reconstructie van het Pancratiusplein in Heerlen. Daar had het bedrijf keihard, veel te laag ingeschreven. Als het mis gaat, gaat het goed mis.”

Prestige speelde volgens de insider ook vaker een rol als goedkoop werd ingeschreven. „Als grootste speler in Limburg wilde het bedrijf het werk dan per se hebben.” Een andere veel toegepaste tactiek is het tegen elkaar uitspelen van onderaannemers. „Die laat je op hun beurt goedkoop inschrijven op het werk dat je aan ze wilt uitbesteden.” In Voerendaal werkte Janssen de Jong Infra in 2005 bij de reconstructie van de Karstraat met een wel heel opmerkelijke korting die door een concurrent zelfs „absurd” wordt genoemd: bijna 40 procent. Daardoor stak de wegenbouwer de concurrentie de loef af. Oranjewoud, het ingenieursbureau dat de aanbesteding voor de gemeente begeleidde, waarschuwde het college. Sommige eenheidsprijzen waren wel erg hoog, bij andere posten had ‘JaJo’ helemaal geen bedrag ingevuld. Dat leverde het gevaar van hoge kosten op bij meerwerk. Dat risico werd afgekocht als onderdeel van een nu omstreden deal. Janssen de Jong Infra mocht meteen ook een ander werk uitvoeren: het herstel van de Kolmonterweg in het verlengde van de Karstraat. ‘De aanbesteding wordt m.i. buitenspel gezet’, merkte toenmalig burgemeester Dieudonne Akkermans in 2005 op. Hij werd intern gerustgesteld: het betrof slechts een ‘bestekswijziging’ – later is ook sprake van ‘meerwerk’ – waartoe het college als opdrachtgever gerechtigd was. Akkermans en zijn wethouders slikten de uitleg kennelijk. Het huidige gemeentebestuur niet; dat is van mening dat het aanbestedingsbeleid bij de Kolmonterweg omzeild is. Het betrof een nieuw werk waarbij ook andere bedrijven een kans hadden moeten krijgen. De rijksrecherche bestudeert de zaak nu op verzoek van het college van Voerendaal als onderdeel van het corruptie-onderzoek in Limburg.

Alle aannemers speuren naar fouten in het bestek waar ze geld aan kunnen verdienen, zegt ook directeur Jos Timmermans van het gelijknamige wegenbouwbedrijf in Hoensbroek. „In Duitsland zeggen ze ook: Schlauheit sollte man nicht bestrafen.” Janssen de Jong is een meester in het ontdekken van die ‘gaten’, zegt een deskundige die de Limburgse markt op zijn duimpje kent. De wegenbouwer schakelt volgens hem snel gespecialiseerde advocaten in als onenigheid met opdrachtgevers dreigt. In Heerlen weten ze daar alles van. ,,Janssen de Jong juridiseert het proces”, zo merkt een woordvoerder van de gemeente zuurtjes op. „Het bedrijf vecht niet alleen zwakke, maar ook sterke punten in het bestek aan.”

De gemeente zag zich in 2008 ook genoodzaakt om een advocaat in te huren toen het met de aannemer tot een conflict kwam bij de uitvoering van het Pleinenplan. De gemeente wilde dat aan diverse pleinen gelijktijdig werd gewerkt, maar volgens Janssen de Jong kostte dat veel extra geld. ,,De aannemer accepteerde na zes maanden discussie uiteindelijk ons ultieme bod van 120.000 euro”, zegt de woordvoerder van Heerlen. ,,Wij bleven toch binnen de door ons zelf geraamde meerkosten op het hele project. Gelukkig hebben wij ervaren mensen in dienst die goed kunnen ramen.” Ook de provincie moet geregeld ‘zaken doen’ met advocaten van Janssen de Jong. Volgens het hoofd van de afdeling ProvincialeWegen aldaar, sturen ook andere bedrijven steeds vaker juristen af op opdrachtgevers. Dat is een trend die inzette nadat de overheid na de grote bouwfraudeaffaire uit het begin van deze eeuw steeds meer werk openbaar ging aanbesteden. ,,Als een bedrijf bij een aanbesteding een scherpe prijs heeft afgegeven en bij uitvoering van dat werk die prijs probeert te verbeteren, wordt de kans op onenigheid groter.” Janssen de Jong schakelt vaker juristen in dan andere bedrijven, erkent de provincie-ambtenaar. „Maar het bedrijf heeft in Limburg ook het grootste marktaandeel.” Janssen de Jong Infra in Meerssen werkt gewoon zakelijker dan veel andere wegenbouwers, merkt de insider op. Ook dan de eigen vestiging in Horst. „Met een volgens concurrenten ‘agressieve manier van marketing’ heeft dat niets te maken. Wel met de nieuwe manier van werken die de overheid onze sector zelf heeft opgelegd: openbaar inschrijven, waarbij de laagste bieder wint. Marges worden kleiner, afspraken scherper. Als de chemie er niet is, ga je voor je recht. Anderen proberen nog als vanouds gemoedelijk zaken te doen, met cognac op tafel en sigaren. Janssen de Jong niet.”

 

Twee ton smeergeld uitbetaald

De zeven van corruptie verdachte ambtenaren in Limburg hebben volgens justitie tegen de 200.000 euro aan steekpenningen aangenomen van wegenbouwer Janssen de Jong Infra. Zij kregen dat totaalbedrag in de vorm van contant geld, diensten, reisjes en etentjes.

Door

Annelies Hendrikx en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Ook een medewerker van de gemeente Spijkenisse at volgens het openbaar ministerie mee uit de ruif van de wegenbouwer. In ruil voor de steekpenningen hebben de acht ambtenaren Janssen de Jong Infra voorzien van geheime voorinformatie over tientallen aanbestedingen, zo luidt de verdenking. Ook verstrekten zij fictieve opdrachten waarvoor zij hun baas lieten betalen. Enkele ambtenaren lieten de wegenbouwer soms zelfs rekeningen ophogen. Dat alles blijkt uit het justitiedossier.

Volgens de rijksrecherche en het openbaar ministerie hebben de zes Limburgse ambtenaren bijna 70.000 euro contant ontvangen. Dat geld kregen zij doorgaans in enveloppen toegeschoven door regiomanager Mark J. van Janssen de Jong Infra. Deze verklaart dat hij in alles werd geleid door zijn baas, directeur Rob A., maar J. beroept zich bij de contante betalingen op zijn zwijgrecht. A. en J. worden verdacht van omkoping. De wegenbouwer betaalde ook voor verbouwingen aan woningen van ambtenaren en de aanleg van tuinen, stelt justitie. De steekpenningen werden ‘weggeboekt’ op lopende projecten in gemeenten. In ruil voor de giften leverden de ambtenaren, aldus justitie, onder meer vertrouwelijke informatie over projecten, „die niet bekend was bij andere partijen die hadden ingeschreven”. Met deze voorkennis kon Janssen de Jong Infra laag inschrijven bij aanbestedingen en na gunning meerwerk claimen.

De vermeende giften en -tegenprestaties zijn niet één op één te leggen, zo verklaarde een van de verdachte ambtenaren tegenover de rijksrecherche: „Ik kreeg eens wat van J. in de vorm van een etentje of een envelop met geld en als het zo uitkwam in een bepaald project deed ik als tegenprestatie iets voor hem. Het was een voortdurend proces van elkaar over en weer iets toespelen.”

 

Sjoemelen is kinderspel

Hoe slagen ambtenaren erin ondanks allerlei controlemechanismen, aanbestedingsregels en gedragscodes hun baas en de samenleving te belazeren? Het blijkt kinderlijk eenvoudig.

Door

Annelies Hendrikx en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Achttien mei 2006. Gouverneur Léon Frissen is op werkbezoek in Nuth. Fred G. (43), hoofd openbare werken van de gemeente, geeft de nietsvermoedende commissaris van de koningin trots tekst en uitleg over de reconstructie van bedrijventerrein De Horsel. Ze gaan zelfs samen op de foto. Het is een inmiddels wat beladen prent. Want anno 2009 is de revitalisering van De Horsel een besmet werk.

Dat blijkt uit het corruptieonderzoek van de rijksrecherche. Corruptieverdachte Fred G. geeft tijdens zijn verhoren toe dat hij diverse scheve schaatsen heeft gereden. Zeker bij De Horsel. Ingenieursbureau Tauw BV, dat de kosten van het werk voor de gemeente raamde op ruim 1,6 miljoen euro, adviseert G. eind oktober 2005 in zee te gaan met de laagste van de elf inschrijvers: wegenbouwer Janssen de Jong Infra. Dat bedrijf heeft ingeschreven voor slechts 1.025.000 euro, dankzij een opvallend hoge ‘eenmalige korting’ van 438.309,53 euro.

Nuth gunt het werk op 1 december 2005 aan Janssen de Jong. Dik een jaar later blijkt de ‘korting’ zwaar overvleugeld te zijn door meerwerk. Op 7 februari 2007 bedraagt het totale meerwerk voor De Horsel ruim 1,3 miljoen euro. Dat is meer dan 100 procent van het bedrag waarvoor het werk is aangenomen, terwijl de ‘korting’ er bijna drie keer in past.

Een percentage meerwerk van tien tot twintig is al fors, getuigt een collega van G. bij de rijksrecherche. Maar meer dan 100 procent? Fred G. wíst dat dit zou gaan gebeuren. „Ik heb op bepaalde momenten Janssen de Jong Infra informatie verstrekt, die niet ter beschikking werd gesteld aan andere inschrijvers. Daardoor had JaJo een voorsprong. Deze voorkennis konden ze ook gebruiken om na de gunning meerwerk te claimen. Ik wist dat hun aanneemsom bij de aanbesteding kunstmatig naar beneden werd bijgesteld om het werk gegund te krijgen, om dit daarna middels meerwerk te compenseren.” G. wist dus dat zijn baas op de koffie zou komen en werkte daaraan mee.

Het is in Nuth bij meerdere projecten ongeveer zo gegaan, zegt de ambtenaar. Bij de ‘reconstructieen rioleringswerkzaamheden Oensel, Schimmert’ wordt een andere truc toegepast: die van de ‘afkoopsom zonder verrekeningen’. Janssen de Jong Infra schrijft op 25 september 2007 als laagste in met 557.000 euro. Nog vóór het werk wordt gegund, stelt Jajo de eerder door meerwerk geplaagde gemeente al voor dit risico af te kopen. G. komt tot een deal met Jajo en stelt het college van B&W op 18 december voor de wegenbouwer het werk te gunnen voor in totaal 910.000 euro. Jajo krijgt dan dus 353.00 euro bovenop de inschrijfsom en zal geen meerwerk claimen. Het college gaat akkoord met deze ongebruikelijke procedure. G. verklaart „enorme spijt” van zijn daden te hebben. Hij zegt de giften die hij van Janssen de Jong Infra heeft gekregen – onder meer 10.000 euro cash – terug te willen betalen.

Ook bij ambtenaar Ed. H. (49) van de gemeente Maastricht komt het berouw na de zonde. Net als andere verdachten geeft hij Jajo vóór de aanbesteding bij diverse projecten de door de gemeente geraamde kosten van projecten door. Een aannemer kan daar dan bij zijn inschrijfsom rekening mee houden en zo een opdracht voor de neus van de concurrentie wegkapen. Andere voorkennis is daarbij ook nuttig. Zo schrijft Maastricht in 2008 bij het geplande fietspad in het Lanakerveld in het bestek voor dat er een laag schoon zand van veertig centimeter onder het asfalt moet komen. H. vindt dat onnodig en laat dat ook vooraf aan Janssen de Jong weten. De wegenbouwer kan daardoor bij de inschrijving een laag bedrag opvoeren bij de kostenpost ‘zand’. Dat helpt bij het binnenhalen van de order. Ook voor het aanleggen van de infrastructuur in het nieuwbouwplan Hagerhof verschaft Ed H. Jajo allerlei informatie waarmee de wegenbouwer zijn voordeel kan doen. Het bedrijf krijgt de geraamde kosten vooraf te horen, zo bekent H. Hij geeft ook een groot aantal ontwerpaanpassingen voortijdig door. „Concurrentievervalsing”, erkent de ambtenaar. Opmerkelijk ook: vooraf spreken H. en de van omkoping verdachte regiomanager Mark J. (36) van Janssen de Jong een concreet meerwerk door: er moet een ontsluitingsweg komen, „voor de verkeersveiligheid.” H. maakt zich er hard voor bij de gemeente en geeft de opdracht later aan Janssen de Jong. Maar ook het kleine voordeel wordt niet versmaad. Bij het graven van proefssleuven in het project Minderbroeders mag Janssen de Jong de rekening voor de post bestrating wat „opplussen” van 6.500 naar 8.600 euro.

Maastrichtenaar H. is een van de ‘grootverdieners’ bij Janssen de Jong: hij bekent in totaal 17.500 euro contant te hebben ontvangen. Ook de beurs van provincieambtenaar Jan S. (34) wordt volgens de rijksrecherche flink gespekt door de wegenbouwer. Er ligt onder meer het sterke vermoeden dat S. eind 2008 een werk voor Janssen de Jong Infra uit zijn duim heeft gezogen. De wegenbouwer diende na opdrachtverlening door S. in december 2008 een factuur van bijna 20.000 euro in voor herstelwerk aan de N281, de stadsautoweg van Heerlen naar de Duitse grens. Het betreft viaral, een soort beschermingslaagje op het afalt. Maar een collega van S. had juist van Janssen de Jong gehoord dat in de winter helemaal niet met viaral gewerkt kan worden. Hij acht het zeer onwaarschijnlijk dat het werk is uitgevoerd.

Maar de meester van het fictieve werk is toch waarschijnlijk wel de Heerlense ambtenaar Rens S. (28). Hij verzon zeker 48 kleine opdrachten voor Janssen de Jong, zo bekent hij tijdens een verhoor. In de veelheid van kleine opdrachten tot 10.000 euro die S. gemachtigd was te geven, viel deze fraude kennelijk niet op.

Heerlen vreest dat elke fictieve opdracht gemiddeld een schadepost van 2.100 euro oplevert, in totaal dus ongeveer 100.000 euro.

S. is overigens niet eenkennig. Tijdens zijn veertiende verhoor biecht hij ook op dat hij Baars Infra bij een aanbesteding voor de Beersdalweg inschrijfgegevens van Janssen de Jong heeft verstrekt. „Dat is niet netjes van me.” Reef Infra krijgt ook een prijs van JaJo door. S.: „Ik sta van mezelf te kijken.”  ‘

Wisseltruc’ met stortbonnen kostte gemeente Heerlen geld
In Heerlen heeft Janssen de Jong Infra geld verdiend met gemeentelijke stortbonnen voor het afvoeren van vervuild bouwafval. Die werden niet alleen gebruikt voor vervuild Heerlens asfalt, maar ook voor afval van elders. Heerlen betaalde wel de rekening: 35 euro per ton. Regiomanager Mark J. van JaJo legde de rijksrecherche de constructie uit. Zo moest Jajo bij de rotonde bij de Breukerweg 15 centimeter ‘vervuild’ asfalt wegfreezen. De aannemer wist echter dat de bovenste 10 centimer schoon waren. Deze laag asfalt werd voor hergebruik naar de eigen asfaltcentrale van JaJo in Roermond gebracht. Alleen de onderste 5 centimeter waren echt vervuild; deze laag liet Jajo naar afvalinzamelaar Vossenberg in Brunssum vervoeren. Het bedrijf had echter van Heerlen stortbonnen voor 15 centimeter asfalt gekregen; tweederde deel daarvan kon JaJo gebruiken voor afval van elders waarvoor het bedrijf nu niet hoefde te betalen. Het voordeel van deze ‘wisseltruc’ voor Jajo: ongeveer 10.000 euro. Heerlen betaalde zo ten onrechte voor afval van elders. De van corruptie verdachte ambtenaren Lino P. (45) en Rens S. (28) waren van deze praktijken op de hoogte en gaven JaJo stortbonnen voor fictief Heerlens afval.

 

Het was pure verwennerij

Op plezierreis met Janssen de Jong Infra: ambtenaren gingen vorig jaar op kosten van de wegenbouwer bijvoorbeeld mee naar het EK voetbal in Zwitserland en de Grand Prix van Monaco. Vooral het uitstapje naar Monaco nam nogal decadente vormen aan. Alles „in het kader van relatiebeheer”.

Door

Annelies Hendrikx en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Een vrolijk gezelschap van dertien mannen verzamelt zich op zaterdag 24 mei 2008 rond acht uur ’s ochtends op de Brusselse luchthaven Zaventem. Ze staan rond een bord met de tekst ‘Janssen de Jong’. Onder hen: directeur Rob A. en regiomanager Mark J. van wegenbouwer Janssen de Jong Infra en Ed H., projectleider infra bij de gemeente Maastricht. Ze vertrekken om 9.55 uur met vlucht SN3617 naar Nice, voor wat een nogal decadent driedaags uitstapje zal worden naar de Grand Prix in mondain Monaco. Wat het olijke dertiental niet weet, is dat het op Zaventem voortdurend wordt gadegeslagen door een ander illuster gezelschap: een observatieteam van de rijksrecherche.

De werkdag van de politiemannen is al veel eerder begonnen. Vroeg in de ochtend ziet het observatieteam hoe de van corruptie verdachte Ed H. thuis in Maastricht wordt opgehaald door de van omkoping betichte Rob A. en Mark J. Rechercheurs hebben de mannen in de smiezen, omdat al een tijdje telefoons worden afgeluisterd.

Luid en duidelijk horen ze hoe een dag eerder telefonisch de ‘ophaalafspraak’ wordt gemaakt, zo blijkt uit het justitiedossier. Enkele ambtenaren die ook mee waren gevraagd maar – met enige spijt – bedankten voor de uitnodiging omdat ze dit toch echt „te link” vonden, mogen in hun handen knijpen.

Directeur Rob A. weet best dat het niet echt comme il faut is om ambtenaren uit te nodigen voor dit soort tripjes: „De reis naar Monaco hebben we twee jaar geleden ook gedaan met projectontwikkelaars in Brabant. Deze keer wilden we Zuid-Limburgse ontwikkelaars meenemen, maar daar waren er enkelen van verhinderd. Daarom hebben wij onze relaties bij de overheid benaderd. Dit soort zaken ligt bij de overheid wat gevoeliger.”

Maar Ed H. heeft genoten. Hij doet een week na zijn aanhouding (27 januari 2009) tegenover de rijksrecherche ruimhartig verslag van de snoepreis naar Monaco, die Janssen de Jong Infra in totaal bijna 35.000 euro kostte. „Het hele weekend was pure verwennerij.”

Het complete gezelschap verblijft in viersterrenhotel Palais Stéphanie aan de boulevard in Cannes. Na aankomst lunchen de mannen, flaneren over de boulevard, loungen, dineren en hangen vervolgens tot een uurtje of één, twee ’s nachts aan de bar. Het hele weekend wordt rosé gedronken van 200 à 300 euro per fles, zo verneemt H. uit de mond van Rob A. Alle versnaperingen tijdens het uitstapje worden betaald door de reisleider, ziet hij.

Een dag later, 25 mei, bezoekt het hele gezelschap de Formule I-wedstrijd in Monaco. Het kaartje van H. kost 420 euro. Daarvoor zit hij op plaats 36, rang B. Die avond dineren de directie en gasten van Janssen de Jong Infra, volgens ambtenaar H., in een exquise gelegenheid. Daar is een tafel gereserveerd. Later verhuist het gezelschap naar een feest van de rich and famous in een chique tent ergens aan het strand in de baai van Monaco. H. is danig onder de indruk van het aldaar gestationeerde wagenpark, dat vooral bestaat uit Ferrari’s, Maserati’s en Lamborghini’s.

„Rob A. werd gewaarschuwd daar geen champagne te bestellen, want die kostte 10.000 euro per fles”, zegt de Maastrichtse ambtenaar tegen zijn ondervragers. H. ziet met almaar toenemende verbazing hoe mensen en plein publique champagnedouches nemen en complete flessen over hun hoofd leeggieten. „Ik denk dat ze na afloop het meubilair weg hebben kunnen gooien. Iedereen liep ook over de banken heen.”

Rob A. geeft de rijksrecherche een iets ingetogener reisverslag. „De eerste middag hebben we wat door Cannes gelopen. Die avond zijn we op stap geweest in wat strandtentjes. De volgende morgen naar Monaco geweest. Daar de race bezocht, gegeten en een plaatselijk feest bezocht. Per toeval, het was niet gepland. Op dat feest waren veel rijke mensen, aan de auto’s te zien die er stonden. Het eten in het hotel viel tegen. Ook het eten in een bistro was niet best.”

Geconfronteerd met de uitbundigere versie van ambtenaar H. zegt de directeur van het wegenbouwbedrijf dat hij „de situatie in Monaco in het kader van een Grand Prix kent” en derhalve misschien een tikkeltje blasé is geworden: „Toen ik er de eerste keer kwam, was mijn beleving ook heel anders. Ik kan me voorstellen dat de hele sfeer op Ed H. en de anderen een bijzondere indruk gemaakt heeft. Eén en ander was uiteindelijk ook de bedoeling van het uitstapje naar Monaco. Genoemde bedragen voor drank zijn erg overtrokken. Aan orgieachtige taferelen zoals H. die beschrijft, hebben wij niet deelgenomen. Wel hebben we er met belangstelling naar gekeken.”

Hij schat dat het reisje circa 1500 euro per persoon heeft gekost, maar de rijksrecherche weet aan de hand van de facturen dat dat bijna 2700 euro is geweest. A.: „Ik heb slechts een ruwe schatting gemaakt.” De directeur had trouwens ook begrepen dat ambtenaar H. de gemeente Maastricht van het reisje in kennis zou stellen en een deel van de kosten voor eigen rekening zou nemen. Dat is H. in elk geval nooit duidelijk geweest: „Het sprak voor zich dat ik hiervoor niks zou betalen en dat alles door Janssen de Jong Infra was georganiseerd en zou worden betaald.”

De rijksrecherche wil dan graag van A. weten of hij denkt dat Ed H., na dit reisje, zijn werk als projectleider infra nog geheel onafhankelijk van Janssen de Jong Infra kan doen. A.: „Zoals al eerder aangegeven was ook de uitnodiging voor alle betrokkenen naar Monaco niets meer dan een activiteit in het kader van relatiebeheer.” Een vraag verder geeft hij toe dat hij het toch wel te ver vindt gaan gezien „de in totaal hiermee gepaard gaande kosten.” Hij vindt, „in het kader van relatiebeheer”, uitnodigingen voor voetbalwedstrijden en culturele activiteiten in Nederland acceptabel. Dat geldt ook voor zakelijke diners. „Waar we spreken over buitenlandse reizen gaat het mij te ver. Maar alle door Janssen de Jong Infra ontplooide activiteiten in het kader van relatiebeheer zijn niet ingezet om opdrachtgevers direct te bewegen tot het leveren van een tegenprestatie.”

Van kaartjes voor De Toppers tot de Rolling Stones
Reis- en boekingsbureaus hadden een goede klant aan Janssen de Jong Infra. Bij de doorzoekingen in de kantoren van de wegenbouwer dook documentatie op over gemaakte reizen en bezochte voetbalwedstrijden en concerten in 2007 en 2008. Ook ambtenaren mochten daarvan bij tijd en wijle meegenieten. Het bedrijf verzorgde vier arrrangementen voor de wedstrijden Nederland- Frankrijk en Nederland- Italië tijdens het EK 2008 (kosten ruim 17 mille). En niet alleen de GP van Monaco werd bezocht. Ook voor de Formule 1 wedstrijden van Engeland, Hongarije en België liet Janssen de Jong Infra reisjes organiseren die circa 11 mille kostten. Op muziekgebied was er voor elk wat wils. Van eigen bodem blijken De Toppers zeer populair: een keer werden twintig kaartjes geboekt, een tweede keer reed zelfs een vip-bus. Maar ook René Froger, André Rieu, The Rolling Stones, The Police, Beyoncé, Diana Ross en George Michael kregen Limburgs bezoek. En de wegenbouwer liet evenmin de musicals Tarzan (14 kaartjes) en Dirty Dancing (9 stuks) aan zich voorbijgaan.

 

Ik ben diep gezonken

Waarom zijn – pardon: waren – ambtenaren zo belangrijk voor Janssen de Jong Infra? En hoe slaagde de wegenbouwer erin overheidsdienaren aan zich te binden? Over steekpenningen en laat berouw. ,,Als je dit doet, ben je diep gezonken.”

Door

Annelies Hendrikx en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

“Ik denk dat over een jaar het feest voorbij is”, klaagt regiomanager Mark J. van Janssen de Jong Infra op 13 augustus 2008 bij een collega die hij aan de telefoon heeft. De van omkoping van ambtenaren verdachte manager doelt op personele wijzigingen bij de gemeente Heerlen waar de top van het wegenbouwbedrijf in Meerssen zich grote zorgen over maakt, zo blijkt uit het onderzoek van de rijksrecherche naar omkoping en corruptie in Limburg. Zo krijgt ambtenaar Rens S., die er nu van wordt verdacht de wegenbouwer fictieve opdrachten, stortbonnen en geheime informatie te hebben gegeven, per 1 januari 2009 een andere functie. Van medewerker infra wordt hij stadsdeelcoördinator.

J. belt op 14 november met zijn baas Rob A., directeur van Janssen de Jong Infra en ook al van omkoping verdacht. „Wat gaat Rens dan doen?”, vraagt A. J.: „Die gaat aan de overkant in hetzelfde gebouw zitten. Hij gaat ook zoiets doen, maar anders. Niet meer van die bonnetjes voor ons.” Hij maakt zich daar nogal druk over en probeert een kennelijk ‘welwillende’ stagiair naar voren te schuiven als vervanger van Rens S.

Het voorval illustreert goed wat de rijksrechercherche al in 2008 signaleert: Janssen de Jong Infra (Jajo) poogt ambtenaren om te kopen. Nadat veel overheden na de eerdere bouwfraudeaffaires steeds meer werk openbaar gingen aanbesteden, zijn wethouders en burgemeesters niet meer zo interessant. Die leven in een glazen kooi. In Heerlen faalt de missie van Mark J. van Jajo om de voor ambtenaar Rens S. gewenste vervanging te krijgen. De werkzaamheden van S. worden verdeeld over twee zittende collega’s, onder wie Lino P. En dáár is Mark J. dan weer wel verguld mee: met P. – ook verdacht van corruptie – valt ook wel wat te regelen, denkt hij.

Eén dag voor hun aanhouding op 27 januari zitten S. en P. samen in het Koffiehuuske in Benzenrade. S. vraagt zijn collega P. of die in het vervolg ook fictieve opdrachten voor JaJo wil maken. En schuift een envelop over de tafel: „Van onze vriend.” P. accepteert. „Ja, en als je dan in de auto zit en je kijkt in die envelop en ziet dat geld…”, zegt hij een dag na zijn aanhouding tegen de rijksrecherche. „Ik zit dan nergens aan vast. Ik weet wel dat het een gift is, maar er is nooit gezegd dat ik er dit of dat voor moest doen.”

Dat zeggen meer verdachte ambtenaren in deze zaak. Ze namen gemakkelijk giften aan, kennelijk omdat er niet meteen tegenprestaties werden verlangd. David G. van de gemeente Stein deed in enkele gevallen wel rechtstreeks ‘iets terug’. Hij ‘leende’ 2000 euro van JaJo in maart 2008 en gaf vervolgens opdrachten aan het bedrijf van gelijke waarde. „Verzonnen werk”, geeft hij toe tijdens zijn verhoor. „Als je dit doet, dan ben je diep gezonken”, zucht hij.

Vrijwel alle gemeenten in Zuid-Limburg hanteren sinds de vorige corruptieaffaire gedragscodes voor hun medewerkers, waar doorgaans in is opgenomen dat giften met een waarde hoger dan vijftig euro niet geaccepteerd mogen worden. Toch gaan ambtenaren volgens justitie uit eten met aannemers , bezoeken de skybox van Janssen de Jong in het Rodastadion, steken zonder blikken of blozen duizenden euro’s in hun zak en laten hun huis verbouwen. In de eerste verhoren zeggen de ambtenaren nog dat ze zich niks kunnen voorstellen bij de verdenking van ambtelijke corruptie. De meesten hebben als ambtenaar de eed of de belofte afgelegd. „Maar dat was in een theater met driehonded man”, voert Lino P. bij wijze van verzachtende omstandigheid aan.

In latere verhoren gaan ambtenaren, geconfronteerd met getapte telefoongesprekken en observaties, overstag. Ze biechten gaandeweg steeds meer giften op die ze in strijd met de voorschriften geaccepteerd hebben van Jajo. „Wat is het hoogste bedrag dat je ooit hebt gekregen?”, wil de rijksrecherche weten van Rens S. ,,Drieduizend euro”, verklaart de ambtenaar. „Wat moest je terugdoen?” Rens S.: ,,Dat lag in de sfeer van: je moet wel zorgen dat we aan het werk blijven.” Ambtenaar Fred G. van de gemeente Nuth vertelt dat Mark J. van de wegenbouwer hem zelfs op een gegeven moment vroeg of het bedrijf niet eens iets terug kon doen, „omdat ik zoveel voor Janssen de Jong betekende”.

En zo liet G. zijn zolder afwerken op kosten van JaJo. „Ik heb toen een grens overschreden.” Het begin van zijn ellende.

Kregen de ambtenaren cadeautjes en geld omdat ze toffe peren zijn of vanwege hun functie?, vraagt de rijksrecherche hen steevast. „Ja, daar zit wat in. Dat is een pijnlijke kwestie”, beseft Rens S.

Spijt betuigen de overheidsdienaren bijna allemaal. Al toont Lino P. geen berouw over reisjes en andere uitstapjes: „Het meegaan met een uitje hoort bij het cultuurtje van de gemeente en de bouwbedrijven. Geld aannemen is not done.” Daar heeft hij achteraf wél spijt van. Janssen de Jong vindt ambtenaren van groot belang voor de omzet van het bedrijf, zo blijkt. Rob A. verklapt de rijksrecherche op 2 februari in zijn zestiende verhoor dat het ‘entertainen’ van ambtenaren wezenlijk is: „Als wij niet mee zouden werken aan een actief relatiebeheer, dan zou ons dat op verschillende plekken heel wat opdrachten kosten.”

Maar ook de wegenbouwer zelf heeft een soort integriteitscode. Al geeft Mark J. tegenover de rijksrecherche volmondig toe dat het bedrijf zich daar niet aan houdt: „Als we dat wel doen, is het onwerkbaar voor ons. Het doel van JaJo is geld verdienen en het middel daartoe is wegenbouw.”

De vermeende smeermiddelen van de wegenbouwer
De top van Janssen de Jong Infra in Meerssen investeerde fors om in de gunst te komen bij ambtenaren in Limburg, zo heeft het openbaar ministerie geconstateerd. Corrupte overheidsdienaren zouden ongeveer 200.000 euro aan steekpenningen geaccepteerd hebben. Een groot deel daarvan werd cash uitbetaald. Daarnaast werden huizen verbouwd op kosten van de aannemer, die ook tuinaanleg financierde. Ambtenaren maakten voor rekening van Jajo ook dure reizen naar bijvoorbeeld de Grand Prix van Monaco en het EK voetbal in Zwitserland. Ook concerten en de skybox van Roda lagen goed in de markt. En dure etentjes met goede wijn bij Beluga in Maastricht of Kasteel Terworm in Heerlen werden evenmin versmaad, zo ontdekten de rechercheurs. De giften gingen naar negen ambtenaren die van corruptie worden verdacht. Acht werken bij de overheid in Limburg. Bij de gemeenten Stein en Nuth zijn al twee verdachte ambtenarenmoeten vertrekken.

 

Wéér corruptieaffaire

Een nieuwe corruptieaffaire in Limburg. Meer dan honderd rechercheurs vielen gisteren op veertig plaatsen, waaronder vier Limburgse gemeentehuizen en het gouvernement, binnen voor onderzoek naar omkoping door een wegenbouwer.

Door

Annelies Hendrikx, Niki van der Naald en Serge Sekhuis namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

In totaal zijn elf mensen aangehouden. Het gaat daarbij om zes gemeenteambtenaren (Maastricht, Stein, Nuth, Heerlen (2) en Spijkenisse), één ambtenaar van de provincie Limburg, drie functionarissen van bouwbedrijf Janssen de Jong Infra BV en een oud-manager van dat bedrijf. De ambtenaren worden verdacht van het schenden van hun ambtsgeheim. Zij zouden het bouwbedrijf aan vertrouwelijke informatie over aanbestedingen hebben geholpen. Bij de invallen is een honderdtal verhuisdozen vol documenten in beslag genomen en is een groot aantal computerbestanden gekopieerd voor onderzoek. Volgens het openbaar ministerie betreft het onder meer „een groot aantal documenten van alle verdachte projecten waarbij het bouwbedrijf in het verleden betrokken is geweest”.

De medewerkers van Janssen de Jong Infra zouden de ambtenaren hebben omgekocht met auto’s, kaartjes voor sportwedstrijden, concerttickets, luxe reizen en exclusieve etentjes. In ruil voor de giften kregen ze informatie over de aanbesteding van wegwerkzaamheden en rioolverbeteringen van gemeenten en provincie, vermoedt de rijksrecherche. Om welke projecten het gaat, is niet bekendgemaakt.

Niet alleen de betrokken overheden kregen de recherche op bezoek, ook de woningen van de aangehouden ambtenaren zijn doorzocht. Verder viel de rijksrecherche de vestigingen van Janssen de Jong Infra in Meerssen, Horst en Breda, en de woonhuizen van twee medewerkers in Landgraaf binnen. Algemeen directeur Henk Cuppen van het bedrijf wilde gisteravond geen commentaar geven op de invallen en beschuldigingen. De advocaten van de verdachten weigerden gisteravond commentaar.

Woordvoerder Wim de Bruin van het Landelijk Parket sluit meer aanhoudingen niet uit. Er is geen enkele aanwijzing dat ook politici bij het corruptieschandaal zijn betrokken. De rijksrecherche kwam de zaak ongeveer anderhalf jaar geleden op het spoor, toen ze een andere zaak onderzocht.

De betrokken overheden reageren geschokt op de aanhoudingen. Gouverneur Léon Frissen vreest dat het imago van de provincie hoe dan ook schade oploopt.

NMa bekijkt prijsafspraken bouw
De bouwfraude in Limburg is mogelijk nog groter dan de aanhoudingen van gisteren doen vermoeden. De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) onderzoekt of Limburgse bouwbedrijven verboden prijsafspraken hebben gemaakt. Veertig NMa-medewerkers doorzochten daarvoor gisteren de hele dag de boeken van diverse Limburgse bedrijven. Hoeveel en welke ondernemers de NMa over de vloer kregen, maakt de autoriteit niet bekend.

 

Begint het feest alweer?

Heeft Limburg niets geleerd van alle corruptieaffaires van de afgelopen twintig jaar? De gisteren door Justitie geïnitieerde arrestatie van Limburgse ambtenaren en wegenbouwers doet vermoeden dat het bouwfraudevirus nog volop in deze provincie rondwaart.

Door

Annelies Hendrikx, Niki van der Naald en Serge Sekhuis namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Begint het feest opnieuw? De reactie van advocaat Theo Hiddema op de aanhouding van Limburgse ambtenaren en wegenbouwers omdat ze verdacht worden van betrokkenheid bij een mogelijk ongekend groot corruptieschandaal, spreekt boekdelen. Hiddema trad regelmatig op als raadsman in grote bouwfraudezaken. Zo verdedigde hij in 1989 de Sittardse aannemer Lou Schreurs die beschuldigd werd van het maken van illegale prijsafspraken en in 1994 provincieambtenaar Wil van Vlijmen voor het aannemen van duizenden guldens smeergeld van bouwbedrijven.

Dat die zaken voor het eerst begin jaren negentig aan de oppervlakte kwamen in Limburg wekte weinig verbazing. Maar de niet te bedwingen drang tot het aannemen van steekpenningen en maken van prijsafspraken bleek niet alleen een puur Limburgs ‘virus’. De bouwfraude- enquête in 2002 toonde aan dat de corruptiezaken uit Zuid-Limburg slechts het topje van de ijsberg waren. Tientallen bouwfraudezaken kwamen in de loop van de jaren aan het licht. De meest opmerkelijke conclusie was vooral dat de overheid zelf had zitten slapen. Het toezicht op de bouwwereld schoot tekort. Nieuwe afspraken over aanbestedingen en gedragsregels voor ambtenaren moesten een einde maken aan het corrupte gedrag in de bouwwereld en bij gemeenten. Gedrag dat zich eind jaren tachtig voor het eerst zo pontificaal manifesteerde in Limburg.

Het is 16 augustus 1989 als aannemer Lou Schreurs uit Sittard bij de onderzoeksrechter in Maastricht verklaart dat ,,in de bouwwereld iedereen opzetgelden betaalt of ontvangt”. Opzetgelden waren de bedragen die Schreurs en collega- bouwbedrijven in het geheim afspraken om offertes te verhogen. De laagste inschrijver, die de opdracht kreeg, verdeelde dat opzetgeld later onder de andere inschrijvers. Schreurs was de enige die veroordeeld werd. Voor het eerst maakte Nederland kennis met wat al tijdens een rechtszaak in 1990 ‘een ingekankerd gebruik in de bouwwereld’ werd genoemd. Voor 1987 kwamen in het hele land al wegenbouwers en aannemers bijeen om voor een aanbestedingsronde prijsafspraken te maken.

Vooral de Limburgse wegenbouw bleek last te hebben van een chronisch corruptievirus. Bouwbedrijven gaven grif toe dat er illegale prijsafspraken werden gemaakt, maar bezwoeren dat die praktijk begin jaren negentig definitief tot het verleden behoorde. „Bouwfraude? Daar doen we niet meer aan”, verklaarde bijvoorbeeld de directeur van Laudy bouwbedrijven in Sittard tegen de politie. Een collectieve leugen van de bouwwereld, zo bleek later. Gesteund door gemeentelijke en provinciale ambtenaren die geen nee konden zeggen tegen steekpenningen in de vorm van vakantiereisjes, nieuwe auto’s of etentjes. Uit de boekhouding van een aannemer in Rijswijk bleek dat in Limburg tot 2002 bij zeker vijftien bouwprojecten sprake was van illegale werkafspraken. De Jongen Groep uit Landgraaf kwam daarbij duidelijk naar voren. De werken omvatten onder meer het Atrium Ziekenhuis en de Hogeschool Zuyd in Heerlen. Midden jaren negentig werd in een reeks bouwaffairezaken al duidelijk dat de banden tussen ambtenaren en de bouwwereld erg nauw waren. Burgemeester Wiel Vossen uit Gulpen werd veroordeeld wegens het aannemen van steekpenningen uit de bouwwereld. In Maastricht bood de gemeente een groep aannemers en wegenbouwers bescherming door de concurrentie niet uit te nodigen bij een aanbesteding. Een percentage van de aanneemsom werd aan de wethouders zelf gegeven.

In 1996 moest een journalist van deze krant aan burgemeester Constant Nuytens van Valkenburg vertellen dat de aanbesteding van een wegenproject in zijn gemeente doorgestoken kaart was. Al van tevoren hadden de vijf inschrijvende wegenbouwers afgesproken dat aannemer Baars uit Landgraaf de goedkoopste zou zijn met 130.000 gulden. Hoewel Baars, vorig jaar overleden, vrijgesproken werd van valsheid in geschrifte, werd hij in 1997 wel schuldig bevonden aan deelname aan het kartel van wegenbouwers dat vijftien jaar lang het werk verdeelde in Maastricht.

In de jaren daarna leek het wat stiller te worden, maar regelmatig doken namen van Limburgse bouwbedrijven weer op in mogelijke corruptie-schandalen. De collectieve leugen hield aan. Zoals een betrokkene uit de nieuwe steekpenningen- affaire gisteren tegenover deze krant verklaarde: „Omkoping in de bouwwereld? Dat is iets uit een grijs verleden. Uit de tijd van Baars, de vorige eeuw. Nu gebeurt dat écht niet meer hoor.”

Jansen de Jong Infra BV : van rotonde tot bungalowpark en dierentuin
Janssen de Jong Infra BV is een honderd procent dochter van bouwreus Janssen de Jong Groep. De infrastructuur-poot van het bedrijf heeft vestigingen in Horst, Meerssen, Valkenswaard, Heteren, Oldenzaal en Breda. De onderneming zetelt statutair in Roermond, waar ze ook een eigen asfaltfabriek heeft staan.

Horstenaar Han Cuppen (61) is al zeventien jaar de algemeen directeur van Janssen de Jong Infra BV. Op de eigen website presenteert de onderneming zich als ‘grootste wegenbouwer van Limburg’, een ‘resultaatgerichte onderneming die streeft naar totaalpartnership in infrastructurele projecten: van kleinschalig onderhoud tot omvangrijke design& build projecten’. Elders op de site, die gisteravond overigens plotseling niet meer bereikbaar was, blijkt uit een eigen overzicht van projecten waarbij Janssen de Jong Infra BV betrokken is dat het bedrijf inderdaad een belangrijke speler is in Limburg. Van Sevenum en Venlo en van Vaals tot Eckelrade nam de onderneming afgelopen jaren de aanleg van rotondes, wegen, parkeerplaatsen, tunnels en viaducten voor zijn rekening.

Bijzonder in het oog springend is de betrokkenheid van het bedrijf bij de tientallen miljoenen euro’s kostende aanleg van de Binnenring Parkstad. Ook werkte Janssen de Jong Infra mee aan de nieuwbouw van het Maastrichtse station, de woonboulevard in Heerlen, het bungalowpark op de kop van de Cauberg, het Gaiadierenpark in Kerkrade en de tuinboulevard Gardenz in Geleen.

In de bouwwereld staat Janssen de Jong bekend als een gedegen concurrent. Keer op keer slaagt de onderneming erin grote klussen voor de neus van zijn naaste concurrenten weg te kapen.

 

Al jarenlang geruchten

De ambtenaar uit Stein die dinsdag door de rijksrecherche werd aangehouden, wordt verdacht van corruptie bij een project in Voerendaal. Daar was de man voorheen werkzaam. Hij is ingesloten, net als vijf Limburgse collega’s.

Door

Serge Sekhuis en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Al in 2006 deed in Voerendaal het gerucht de ronde dat er iets mis was met de aanbesteding van het ‘Leefbaarheidsproject’ voor de kern Ubachsberg. Er zou een wel erg warme band bestaan tussen ambtenaar David G. en wegenbouwer Janssen De Jong Infra, die het project had binnengesleept. De in België wonende G., inmiddels werkzaam voor de gemeente Stein, is één van de zes Limburgse ambtenaren die dinsdagochtend werden aangehouden op verdenking van corruptie. Nadat de Belgische politie zijn huis had doorzocht en vergeefs bij de grens had gepost, vatte de rijksrecherche de ambtenaar op de parkeerplaats van het gemeentehuis in Stein in de kraag.

Stein heeft G., die manager beheer, openbare ruimte en accommodaties is, inmiddels tijdelijk op non-actief gesteld. Burgemeester Anton Barske: „We willen voorkomen dat als hij straks vrijkomt, hij zomaar weer het gemeentehuis in kan lopen. Eerst wil ik een goed gesprek met hem voeren.” Het Steinse ambtelijk apparaat is volgens Barske geschokt. „Dit is geen positieve reclame voor het openbaar bestuur in Limburg”, merkt de burgemeester op.

G. vervulde ook zelf enige jaren een rol in dat bestuur. Hij was raadslid voor het CDA in Voerendaal voordat hij in die groene gemeente als ambtenaar aan de slag ging. Hij werd hoofd afdeling Beheer. G. is nu aangehouden in verband met corruptie bij een project in Voerendaal, zegt een woordvoerder van het landelijk parket.

De momenteel ingesloten man speelde een belangrijke rol bij de aanbesteding van het Leefbaarheidsproject Ubachsberg. Dat deed in 2006 veel stof opwaaien in Voerendaal. De gemeenteraad had 1,1 miljoen euro ter beschikkking gesteld voor de herinrichting van het centrum en de doorgaande weg in Ubachsberg. Dat bleek te weinig. Eén van de oorzaken: tegen het geldende aanbestedingsbeleid in, koos het college niet voor de aannemer die het goedkoopste had ingeschreven, maar voor Janssen De Jong. Dat kostte de armlastige gemeente 240.000 euro extra. De keus voor Janssen De Jong was het gevolg van een geheel nieuwe manier van aanbesteden waarover de gemeenteraad – weer tegen de regels in – pas achteraf werd geïnformeerd. Vier aannemers mochten een offerte indienen op basis van een Design & Construct-model waarmee Voerendaal nog geen enkele ervaring had. Daarbij krijgen de ondernemers veel ruimte om met eigen plannen en ideeën te komen. Bij de beoordeling van de inzendingen was niet alleen de prijs zaligmakend. Ook voor de presentatie van hun project, de ‘technisch waarde’ ervan en verleende ‘garanties’ konden de onderhands geselecteerde aannemers punten verdienen. Daarbij verleende de door het college benoemde jury ook nog eens bonuspunten. In die vijfhoofdige jury zaten twee medewerkers van Van Heukelom- Verbeek Landschapsarchitecten dat nauw bij het hele project betrokken was. Naast hen drie betrokken ambtenaren van Voerendaal zelf. Een van die gemeentelijke medewerkers maakte later, volgens goed ingevoerde bronnen, een carrièreswitch: hij stapte over naar Janssen De Jong. Maar ook David G., hoofd van de afdeling Beheer, maakte deel uit van de jury. Die koos uiteindelijk unaniem voor Janssen De Jong, dat op bijna alle onderdelen ‘uitstekend’ scoorde. In de lokale politiek brieste vooral de raadsfractie Democraten Voerendaal van woede. Huidig fractievoorzitter Patrick Leunissen sprak van een ,,ondoorzichtig en subjectief systeem” dat tot de dure keuze voor Janssen De Jong had geleid. Zelfs als deze wegenbouwer nog een miljoen euro duurder was geweest, had het bedrijf door het gebruikte systeem de meeste punten gekregen.

Waarom en op wiens initiatief het college voor het Design & Construct- model koos, bleef ook achteraf vaag. Of G. daarbij een sturende rol heeft gespeeld, is onduidelijk. Dat hij in de positie was invloed uit te oefenen, is wel helder. In Voerendaal deed en doet in ieder geval het hardnekkige gerucht de ronde dat G. na de aanbesteding rijkelijk door Janssen De Jong werd beloond.

Voerendaals in oktober 2008 aangetreden burgemeester Ed Sprokkel wil in ieder geval niet van enig kwaad weten. „De rijksrecherche is hier niet geweest, justitie heeft mij niet gebeld om informatie. Wat die hele aanbesteding Ubachsberg betreft is destijds, na vragen vanuit de raad en de pers, met de betrokken ambtenaren over de kwestie gesproken. Daaruit bleek dat niets is gebeurd dat het daglicht niet kan verdragen.” Die conclusie is nooit op papier gezet? „Ik heb dat mondeling vernomen.”

Janssen De Jong mag zich ook alvast op de volgende Voerendaalse klus verheugen, kondigt Sprokkel aan. In april mag het bedrijf bedrijventerrein Lindelaufer Gewande opknappen. Welk bedrag daarmee is gemoeid, wil de burgemeester nog niet kwijt. „Daar moet het college eerst mee akkoord gaan.”

Wat bouwt Janssen De Jong Infra in de vier plaatsen?
De vier Limburgse gemeenten waar de rijksrecherche in haar onderzoek naar omkoping door medewerkers van Janssen De Jong Infra dinsdag viif ambtenaren aanhield, doen in tal van projecten zaken met het bouwbedrijf. Een opsomming, waarbij onduidelijk blijft op welke projecten de verdenkingen van justitie precies zijn gericht.

 

Ambtenaren verzonnen opdrachten

De twee Heerlense ambtenaren die vastzitten in het kader van de corruptieaffaire worden ervan verdacht tientallen opdrachten te hebben verzonnen. Zij zouden wegenbouwer Janssen de Jong Infra de afgelopen twee jaar fictief werk hebben gegeven, dat niet werd uitgevoerd, maar wel betaald.

Door

Annelies Hendrikx, Serge Sekhuis en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Van een goede controle door de gemeente Heerlen op uitvoering van onderhoudsopdrachten zou amper sprake zijn geweest. Dat alles blijkt uit het justitie-onderzoek naar de corruptie-affaire.

De beide ambtenaren, Rens S. en Lino P., mochten in de stadsdelen Heerlerheide en Hoensbroek Janssen de Jong Infra werkopdrachten geven voor kleine klussen tot 10.000 euro. Uit het onderzoek blijkt dat ze de wegenbouwer bijvoorbeeld de fictieve opdracht gaven om een aantal prullenbakken of putdeksels te vervangen. De gemeente betaalde voor dat werk, terwijl het niet werd uitgevoerd. Door gebrek aan controle zouden beide ambtenaren dat jarenlang met Janssen de Jong hebben kunnen uitvoeren. In twee jaar tijd zouden 48 van dergelijke verzonnen opdrachten zijn verstrekt.

Rens S. heeft inmiddels een deels bekennende verklaring afgelegd. Hij zou duizenden euro’s geaccepteerd hebben van medewerkers van de wegenbouwer. In mei 2007 won Janssen de Jong Infra de openbare aanbesteding voor twee zogenoemde regiecontracten. Op basis daarvan mag het zowel in Heerlerheide als in Hoensbroek tot medio 2010 voor jaarlijks 214.000 euro aan onderhoudswerk verrichten. In totaal dus ruim vier ton per jaar.

Uit onderzoek van deze krant blijkt dat de firma alleen al in 2008 voor ruim 900.000 euro aan kleine (spoed)klussen verrichtte. Volgens de gemeente Heerlen is deze grote overschrijding deels verklaarbaar omdat vooral in Hoensbroek het riool vaak slecht is. Over 2006 en 2007 zouden de overschrijdingen kleiner zijn. Een woordvoerder van de gemeente zegt dat Heerlen een goed controlesysteem heeft voor de duizenden facturen die er jaarlijks binnenkomen. „Maar elk systeem is mede afhankelijk van de intergriteit van je ambtenaren.”

De gemeente weet niet van het bestaan van valse opdrachten en rekeningen af. Het gemeentebestuur wacht de resultaten van het justitie- onderzoek af alvorens conclusies te trekken en mededelingen te doen. Woordvoerder Wim de Bruin van het landelijk parket wil niet reageren op vragen over de fictieve opdrachten.

Eric Krul, bestuursvoorzitter van Janssen de Jong zei gisteren „absoluut niets te weten” over betaling voor nooit verricht werk. „Dit is corruptie en dat past niet in onze bedrijfscode. De betrokkenen moeten hun gerechte straf krijgen.”

 

Waar blijven toch die nieuwe prullenbakken?

Twee Heerlense ambtenaren hebben volgens justitie tientallen nep-opdrachten verstrekt aan wegenbouwer Janssen de Jong Infra. Hoe is dat mogelijk?

Door

Annelies Hendrikx, Serge Sekhuis en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Ongeveer zes- tot zevenduizend rekeningen vallen jaarlijks in de bus bij de afdeling Beheer en Onderhoud van de gemeente Heerlen.

„Het is een hele klus om die allemaal goed te verwerken en controleren”, weet de woordvoerder van burgemeester Toine Gresel. „Het is complex, maar we hebben er een goed systeem voor.” Maar als mensen willens en wetens de boel willen flessen, kunnen er problemen ontstaan, erkent de woordvoerder. Dat laatste is volgens het openbaar ministerie gebeurd. De van corruptie verdachte ambtenaren Lino P. en Rens S. zouden in twee jaar tijd 48 nep-opdrachten hebben verstrekt aan wegenbouwer Janssen de Jong Infra.

Het bedrijf verricht al jaren onderhoudswerk in de stad. In 2007 won het concern een openbare aanbesteding voor een zogeheten regiecontract in de stadsdelen Heerlerheide en Hoensbroek. Nog tot medio 2010 mag het bedrijf daar onderhoudswerk verrichten, tegen afgesproken vaste tarieven voor materiaal en manuren. In ieder stadsdeel jaarlijks voor 214.000 euro. In 2008 had dat de gemeente dus in totaal 428.000 euro mogen kosten.

De werkelijkheid is spectaculair anders, leert bestudering van de 109 pagina’s tellende ‘analyse inkoopfacturen Janssen de Jong Infra BV’ van de gemeente over de jaren sinds 2005. In 2008 declareerde de wegenbouwer voor meer dan 900.000 euro onderhoudswerk bij de gemeente, ruim het dubbele van wat het regiecontract dicteert. Op de veertig kantjes van de analyse die over dat jaar gaan, blijkt dat Janssen de Jong vele tientallen facturen voor werk in Hoensbroek en Heerlerheide indiende. Rekeningen die variëren van pakweg 30 tot bijna 10.000 euro, voor het rechtleggen van scheefliggende stoeptegels tot het repareren van het riool.

Lino P. en Rens S. mochten, net als twee stadsdeelcoördinatoren, binnen het regiecontract rechtstreeks werkopdrachten geven aan Janssen de Jong Infra. Voor (spoed)klussen die maximaal tien mille kosten. Uit het onderzoek blijkt dat de twee van corruptie verdachte ambtenaren daarbij allesbehalve integer gehandeld zouden hebben en de ambtseed zouden hebben geschonden die zij hebben afgelegd. Voor welk bedrag de Heerlense belastingbetalers met hun 48 verzonnen klussen ‘bestolen’ zijn, is nog onduidelijk. Het Heerlense controlesysteem is allesbehalve waterdicht, constateerden de rijksrechercheurs. Het stadsbestuur zit intussen met de handen in het haar. Heerlen is onaangenaam verrast door de hoge kostenoverschrijding in 2008, die ze zelf pas constateerde nadat de rijksrecherche op bezoek was geweest. De rechercheurs hoorden ook diverse ambtenaren als getuige, onder wie de baas van de twee verdachte ambtenaren. Deze getuigen hebben, volgens Gresels woordvoerder, een zwijgplicht opgelegd gekregen. Zo weet, aldus de woordvoerder, ook de burgemeester niets van betalingen voor nooit uitgevoerd werk door Janssen de Jong.

Ook Eric Krul, bestuursvoorzitter van Janssen de Jong zegt „absoluut niets te weten” over betaling voor nooit verricht werk. „Dit is corruptie en dat past niet in onze bedrijfscode. De betrokkenen moeten hun gerechte straf krijgen.”

Heerlen kan zich overigens voorstellen dat de kostenoverschrijding in het regiecontract deels voortvloeit uit de relatief slechte staat van het riool in Hoensbroek en de daartoe noodzakelijke reparaties.

Welke klussen precies verzonnen zouden zijn, blijft onduidelijk. Opmerkelijk genoeg vooral dankzij de rijksrecherche, die volgens de gemeentewoordvoerder, een „kamer vol documenten in beslag heeft genomen.” Dat het onder meer zou gaan om wel betaalde, maar nooit geplaatste prullenbakken, vervult Gresels woordvoerder met scepsis. „Als ze nu zouden hebben ontdekt dat het om riolering gaat, diep onder de grond en onzichtbaar. Maar nieuwe prullenbakken, wanneer die nooit komen, dat valt toch op?” De grondige inbeslagname door de rijksrecherche zadelt de gemeente Heerlen op met een bijkomend probleem. De stad dreigt in problemen te komen met het betalen van aannemers. Omdat ze niet kan controleren of de door hen ingediende nota’s wel correct zijn, simpelweg omdat de onderliggende documenten bij justitie liggen.

Zo blijft het voor het gemeentebestuur op meerdere fronten dus noodgedwongen wachten op de resultaten van het justitieel onderzoek. Pas dan neemt het stadsbestuur besluiten over mogelijke maatregelen om de interne controle te verbeteren.

 

Bouwer sluit ‘corrupt’ filiaal

Bouwbedrijf Janssen de Jong Groep sluit zijn wegenbouwvestiging in Meerssen. Diverse medewerkers die worden verdacht van omkoping, zijn op non-actief gesteld. Zo wil het concern schoon schip maken bij zijn Limburgse wegenbouwpoot.

Door

Serge Sekhuis en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

De maatregelen zijn volgens Eric Krul, bestuursvoorzitter van Janssen de Jong, genomen op basis van de eerste resultaten van een nog lopend eigen onderzoek naar de beschuldigingen van het openbaar ministerie. Uit dit onderzoek van gespecialiseerde fraude-accountants van KPMG en advocatenkantoor Houthoff Buruma bij Janssen de Jong Infra, is volgens Krul gebleken dat de verdenkingen van justitie een grond van waarheid bevatten. Krul: „Ja, enkele van onze mensen hebben onoorbare dingen gedaan.”

Justitie arresteerde sinds 27 januari elf (oud-)medewerkers van de wegenbouwer. Verreweg de meesten van hen werken in Meerssen. Krul wil niet zeggen welke personeelsleden op non-actief zijn gesteld. Algemeen directeur Henk Cuppen van Janssen de Jong Infra heeft volgens hem vrijwillig zijn functie neergelegd. „Hij neemt daarmee de verantwoordelijkheid voor de gang van zaken in Limburg.” Cuppen, die in dienst blijft van het concern, wordt opgevolgd door Ronald Philipse.

Krul zal mogelijk ook aangifte doen tegen een of meer eigen (ex-)medewerkers. Hij verdenkt hen ervan geld van het bedrijf in eigen zak te hebben gestoken. Die mogelijke verduistering wordt onderzocht.

Volgens Krul beperkt het onderzoek van justitie zich tot individuen. „Er is geen sprake van van bovenaf geregisseerde omkoping.”

Werk van het filiaal Meerssen wordt afgemaakt vanuit andere vestigingen. Alle niet op non-actief gestelde medewerkers – ruim zestig – verhuizen naar die vestigingen.

De raadkamer in Den Bosch verlengde gisteren de gevangenhouding van directeur Rob A. en rayonmanager Marc J. van Janssen de Jong Infra met veertien dagen. Dat geldt ook voor de van corruptie verdachte provincieambtenaar Jan S. Vier andere verdachte ambtenaren van de gemeenten Heerlen, Stein en Nuth komen morgen vrij. Het OM wilde hen langer vasthouden.

 

Geheim onderzoek Gresel

Een paar maanden voor zijn herbenoeming dreigt burgemeester Toine Gresel van Heerlen in opspraak te komen door een in het diepste geheim uitgevoerd onderzoek naar zijn integriteit.

Door

Theo Sniekers en Hans Goossen namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Het bureau Berenschot onderzocht najaar 2006 in opdracht van het college van Heerlen een melding dat projectontwikkelaar 3W in 2004 de burgemeester financieel had bevoordeeld bij de aanleg van zijn tuin met zwembad en de verbouwing van de keuken van zijn nieuwe huis. Onderzoeker Hans Pont kwam eind oktober 2006 tot de conclusie dat Gresel niets te verwijten viel. Hij zou niet geweten hebben dat degene die hem voorjaar 2004 een coördinator voor het werk en een tuinarchitect bezorgde, topman Nico Eurlings van 3W was. Toen hij hier in juni achter kwam, brak Gresel met zijn tuincoördinator, die ook bij 3W werkte.

Hij verzweeg de kwestie echter twee jaar lang voor de wethouders. Hij had die „wellicht” beter wel zelf kunnen informeren, oordeelt Pont. Volgens de onderzoeker heeft Gresel de rekeningen betaald. Dat hij de schijn tegen kreeg, kwam door een „samenloop van omstandigheden”. De fractievoorzitters werden in 2006 vertrouwelijk ingelicht over het onderzoek. De andere raadsleden kregen het rapport pas gisteren nadat deze krant het had opgevraagd.

 

De helpende hand van 3W

Twee jaar lang zweeg burgemeester Toine Gresel van Heerlen over de betrokkenheid van projectontwikkelaar 3W bij werk in en om zijn huis. De meeste raadsleden wisten tot gisteren niets van een geheim onderzoek in deze kwestie.

Door

Theo Sniekers en Hans Goossen namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Klopt het dat burgemeester Gresel van Heerlen en voorzitter Eurlings van de raad van bestuur van projectontwikkelaar 3w elkaar niet al eerder kenden?” Die vraag moest volgens gouverneur Léon Frissen in 2006 per se beantwoord worden. Het antwoord was en is dan ook bepalend voor de geloofwaardigheid van de Heerlense burgemeester Toine Gresel in een integriteitskwestie die in het stadhuis en vermoedelijk ook in het provinciehuis in 2006 voor veel beroering zorgde. Wat speelde? Gresel werd op 16 maart 2004 geïnstalleerd als burgemeester van Heerlen. Medio april kocht hij een huis in Hoensbroek. Dat was redelijk in orde, maar er moest wel nog het een en ander gebeuren. De tuin moest opnieuw aangelegd en het zwembad was dringend aan een nieuwe installatie toe. En de keuken, die moest verbouwd.

Gresel, die vanuit Dronten kwam, wilde gezien zijn „gezinssamenstelling en hechte familieband” snel intrekken in de nieuwe woning. De burgemeester riep een vriend uit Uden in Brabant te hulp. „Ik heb twee linkerhanden.” Helaas: de vriend had zijn twee rechterhanden zelf dringend nodig. Maar de vriend had wel behulpzame aangetrouwde familie in Maastricht. Gresel maakte snel een afspraak en op een zaterdagochtend in het begin van mei 2004 stond het familielid van zijn vriend – Nico Eurlings – bij hem op de stoep. Neen, Eurlings had geen tijd om het werk zelf te begeleiden. Maar een medewerker van zijn bedrijf kon buiten kantooruren toezicht houden en offertes beoordelen. Eurlings introduceerde de burgemeester ook bij een tuinarchitect.

Gresel stelt dat hij destijds niet wist dat Nico Eurlings de topman van 3W was: de projectontwikkelaar die in Heerlen grote projecten als deWoonboulevaard en de winkelcentra Corio Center en ’t Loon realiseerde. „Ik heb niet gevraagd waar hij werkte, ik dacht bij een bouwbedrijf. Ik kwam van Dronten, 260 kilometer verderop, wist niet wie Eurlings en 3W waren”, verklaart Gresel.

Eind juni 2004 sloeg de Heerlense burgemeester naar eigen zeggen toch de schrik om het hart: hij werd in een bijeenkomst voorgesteld aan Eurlings in diens hoedanigheid als topman van 3W. Hij stuurde naar eigen zeggen meteen de 3W-medewerker die het werk bij zijn huis begeleidde weg. „Zijn dienstverband riep de schijn van belangenverstrengeling op.” Hij betaalde de man contant, zonder rekening en via zijn Brabantse vriend. Gresel vreesde dat door een betaling rechtstreeks een link gelegd zou kunnen worden met 3W. „Een verband dat er niet was.”

De burgemeester deed er verder het zwijgen toe. Hij lichtte de wethouders en de gemeenteraad niet in over de zaak. In 2006, na het aantreden van het nieuwe college, kwam de zaak toch aan het licht. Een niet nader genoemde bron waarschuwde wethouder Lex Smeets (PvdA). Of hij wist dat 3W voor de tuinaanleg, zwembad, en keuken had gezorgd, en wel kosteloos of met grote korting? Het bedrijf zou ook spullen in huis hebben betaald.

Smeets lichtte het college in. Dat riep in augustus Gresel ter verantwoording. „De gang van zaken in 2004 bezorgde me veel pijn in de ziel omdat je immers als burgemeester alle schijn van belangenverstrengeling moet vermijden”, verklaarde de burgemeester in het college. Hij had slapeloze nachten gehad van de zaak. Zijn antwoord op met name de vraag of hij Eurlings nu wel of niet kende ten tijde van de tuinaanleg, was kennelijk niet afdoende. Het college trad in overleg met gouverneur Frissen. Die raadde de wethouders aan Hans Pont van Berenschot te laten onderzoeken of er sprake was van belangenverstrengeling en bevoordeling van Gresel door 3W.

Geenszins, oordeelde de in het diepste geheim ingehuurde Pont eind oktober 2006. Eurlings had Gresel als privépersoon willen helpen.

Nadat de burgemeester er achter was gekomen dat Eurlings de voorman van 3W was, had Gresel inderdaad meteen de banden met de tuincoördinator verbroken. De burgemeester had alle rekeningen netjes betaald, van enige sponsoring door 3W was niets gebleken.

Wel had de tuinarchitect geen rekening ingediend. Die verklaarde tegenover Pont dat hij het werk voor Gresel als „acquisitie” richting 3W had gezien. Volgens de burgemeester zouden de kosten van de tuinarchitect echter bij de kosten van de tuinaanleg zelf worden verwerkt. Pont hechtte geloof aan die versie. Gresel heeft te goeder trouw gehandeld, luidde het eindoordeel. Hij had „wellicht” beter moeten nagaan wie Eurlings en zijn medewerker waren, maar dat hij de schijn tegen zich kreeg, kwam door „een samenloop van omstandigheden.”

De burgemeester had wel – wederom „wellicht” – zijn wethouders eerder en eigener beweging over de kwestie moeten informeren. Op één vraag gaat Pont niet in: of Eurlings dan in 2004 wel wist dat Gresel burgemeester van Heerlen was? „Uiteraard wist ik dat”, verklaart de inmiddels vertrokken 3W-topman tegen deze krant. „Maar ik denk niet dat Gresel zich gerealiseerd heeft wie ik was. Ik wilde hem gewoon helpen, als particulier. Dat heeft niets met beïnvloeding te maken. Als ik zo had gewerkt, had ik met 3Wnooit bereikt wat we bereikt hebben. We hebben in Heerlen altijd op een correcte manier zaken gedaan.”

Pont laat nog een kwestie liggen. Nadat Gresel in mei 2004 al een eerste hypothecaire geldlening voor zijn woning had afgesloten, volgde op 23 juli 2004 een tweede ter hoogte van 55.000 euro. Niet omdat hij ineens toch zelf rekeningen moest betalen nadat hij 3W in juni had weggestuurd. Gresel: „Drie van mijn vier kinderen gingen zelfstandig wonen. Ik wilde ze helpen.”

De wethouders namen de conclusies van Pont in 2006 volledig over. Alleen de fractievoorzitters in de raad werden in diezelfde tijd in het diepste geheim ingelicht. Ook zij verklaarden niet te twijfelen aan de integriteit van hun burgemeester nadat zij kennis hadden genomen van de bevindingen van Pont.

Besloten werd geen ruchtbaarheid te geven aan de kwestie. „Ook al waren de conclusies dan geruststellend, publicatie zou Gresel hoe dan ook beschadigen”, verklaart loco- burgemeester Riet deWit (SP). Gouverneur Frissen weigert nu een reactie. Hij reageert niet op „individuele gevallen.”

Gresel zelf meldde zich afgelopen vrijdag ziek af voor de opening van Cultura Nova. Volgens een bron omdat hij ziek was van de stress door het uitlekken van het bestaan van het rapport aan de vooravond van zijn herbenoeming. Gresel: „Klopt niet. Ik was gewoon fysiek niet in staat te werken.”

 

Geplaagd Heerlen

Het wordt vanavond een bizarre raadsvergadering in Heerlen. Eerst spreekt de politiek zich uit over een drie jaar geheim gehouden onderzoek naar de integriteit van burgemeester Toine Gresel. Om daarna de procedure voor diens herbenoeming te starten.

Door

Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Nietsvermoedend heft een goedgemutste gouverneur Léon Frissen op 14 september 2005 het glas. Er wordt champagne gedronken in Heerlen omdat de uitbreiding van deWoonboulevard gereed is. De commissaris van de koningin wordt geflankeerd door topman Nico Eurlings van projectontwikkelaar 3W, de grootste speler op de Heerlense markt, én door burgemeester Toine Gresel. Wat Frissen dan nog niet bevroedt, is dat hij een jaar later betrokken zal worden bij een onderzoek naar de relatie tussen Eurlings en Gresel. Of beter gezegd: naar de helpende hand die de 3W-topman bood bij werkzaamheden in en om het huis van Heerlens nieuwe burgemeester in 2004.

Ook de Heerlense politiek hoort daar pas in de zomer van 2006 van. Een bron meldt het college dan dat 3W het werk voor Gresel geheel of gedeeltelijk heeft betaald. De wethouders roepen de burgemeester ter verantwoording.

Die ontkent dat 3Wook maar iets heeft betaald. Eurlings, hem aanbevolen door een vriend, had hem begin mei 2004 wel geholpen door een coördinator voor het werk en een tuinarchitect te leveren. „Ik wist toen nog niet welke functie Eurlings had, en evenmin dat de coördinator bij 3W werkte.” Gresel zo verklaart hij zelf, had bijna twee maanden na zijn aantreden nog nooit van 3W gehoord.

Wethouder Peter van Zutphen (SP) is boos op Eurlings, die wél degelijk Gresels baan kende. Van Zutphen noemt diens „inzet” voor Gresel „beneden de maat. Het tekent de cultuur.”

Maar de wethouders houden ook hun twijfels over Gresel. „Is het mogelijk dat hij niet wist wat 3W was?”, zo vragen zich zich af. In overleg met gouverneur Frissen besluiten zij onderzoeker Hans Pont van bureau Berenschot in te schakelen voor een integriteitsonderzoek naar Gresel. Pont pleit de burgemeester in oktober 2004 vrij. Het college en de fractievoorzitters nemen die conclusie over, al houden sommigen nog steeds hun twijfels. Er wordt besloten tot geheimhouding, om Gresel niet te beschadigen.

„Na de kwestie rond de vorige burgemeester, Sakkers, had ik in 2006 ook niet zo’n zin meer in een nieuwe affaire”, verklaart een betrokkene. Hij duidt op het onderzoek dat ook al in 2006 werd uitgevoerd naar de aanbesteding van de camerabewaking die in de zomer van dat jaar werd uitgevoerd. De conclusie van de externe onderzoeker: Gresels voorganger Alexander Sakkers (VVD) had die opdracht Europees moeten aanbesteden, dan was de stad vermoedelijk goedkoper uit geweest. Het werk ging in 2003 echter naar een bedrijf uitWaalwijk, waar Sakkers na zijn snelle vertrek uit Heerlen commissaris werd. In 2006 wordt de derde stad van Limburg, net als dit jaar, ook nog eens geplaagd door een corruptiezaak. Het college doet in juni 2006 aangifte tegen een ambtenaar die giften had geaccepteerd van wegenbouwer Janssen de Jong Infra. B en Wmelden dat in een persbericht. Een paar maanden later besluiten de wethouders en fractievoorzitters het rapport-Pont over Gresel wél geheim te houden. Om de burgemeester niet te beschadigen. Achteraf geen slim besluit, want het bestaan van het rapport lekt anno 2009, kort voor Gresels herbenoeming, alsnog uit naar deze krant. denkbare moment dus. De raad spreekt zich nu vanavond alsnog uit over het rapport-Pont, in dezelfde vergadering waarin de procedure voor zijn herbenoemingwordt gestart. Zolang geen nieuwe feiten boven tafel komen, is het onwaarschijnlijk dat de ‘tuinkwestie’ op zich Gresel de kop zal kosten. De fractievoorzitters hebben immers al in 2006 de conclusies van Pont geaccepteerd, al noemen SP en PvdA Gresels optreden nu „naïef”. De burgemeester, die het debat „met vertrouwen tegemoet ziet”, zal wel een schrobbering krijgen dat hij de zaak twee jaar voor iedereen heeft verzwegen. In de raad valt wél gemor te beluisteren over Gresels functioneren in de laatste vijf jaar. Zonder tuinaffaire had hij de komende, voor hem cruciale sollicitatietijd sterker gestaan.

 

Averij voor burgemeester

Alhoewel de gemeenteraad van Heerlen niet twijfelt aan de integriteit van burgemeester Toine Gresel, heeft hij gisteravond toch politieke averij opgelopen.

Door

Hans Goossen en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

De SP, met elf zetels de grootste coalitiepartij in de raad, noemde de burgemeester een „grote stuntelaar.” Dat gebeurde tijdens het debat over het rapport Pont waarin Gresel al in 2006 werd vrijgepleit van beschuldigingen dat hij in 2004 financiële steun zou hebben gekregen van projectontwikkelaar 3W bij werk in en rond zijn huis.

De raad accepteert de conclusie van Pont. Er bleven wel vragen over. Zo wilden SP, coalitiepartij PvdA en het VVD-raadslid Roel Leers weten waarom Gresel in 2004 niet had gevraagd wie hem bij het werk kwamen helpen; dat bleken achteraf directeur Nico Eurlings van 3Wen een van zijn medewerkers te zijn. Nadat Gresel dat had ontdekt, stuurde hij hen meteen weg. Hij verzweeg de kwestie echter twee jaar voor het college.

Nadat Gresel geen echt antwoord had gegeven op de vraag waarom hij had gezwegen en hij naar de mening van de SP onvoldoende het boetekleed aantrok, noemde SP-fractievoorzitter Ron Meyer hem een „grote stuntelaar”. SP en (aanvankelijk) PvdA vroegen Gresel ook of hij kon garanderen dat er de komende tijd geen bezwarende feiten over hem naar buiten komen.

Gresel noemde die vraag ‘onwaardig’ en stelde dat hij de gevraagde garantie niet kon geven omdat er „krachten zijn die mij willen beschadigen”. Hij wees de kwalificatie van Meyer van de hand.

Een aantal fracties liet weten dat de kwestie geen rol zal spelen bij de herbenoemingsprocedure van Gresel. Rein Hummel (Leefbaar Heerlen) betwijfelt dat. „Hij is beschadigd.”

 

Venijn van raadsdebat zit in de staart

Aanvankelijk geeft burgemeester Toine Gresel tijdens het raadsdebat in Heerlen over zijn integriteit geen krimp. Maar uiteindelijk laat hij zijn tanden zien.

Door

Marcel de Veen namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

„Kan de burgemeester garanderen dat wij de komende tijd niet wéér verrast worden door informatie over deze zaak of andere feiten?” De opmerking van PvdA- fractievoorzitter Barry Braeken komt, na bijna twee uur discussiëren over de integriteit van Toine Gresel, hard aan. Een dergelijke garantie kan niemand geven, reageert de burgemeester geprikkeld. „Deze opmerking kan niet. Mensen die mij willen beschadigen worden zo wel erg gemakkelijk in stelling gebracht”, meent Gresel, die wil dat Braeken zijn opmerking intrekt. In eerste instantie doet de PvdA-leider dat niet, maar na zalvend werk van Nico Aarts (Stadspartij Heerlen) neemt Braeken zijn woorden terug.

Daarmee komt er toch spanning in het raadsdebat, dat in het eerste uur niet ongunstig voor de burgemeester verloopt. Natuurlijk hebben fracties kritiek op zijn handelen, verwoord in het rapport Pont. Met name Roel Leers van de VVD en Yvonne Moonen gaan tekeer. Het zijn echter eenlingen. De betrouwbaarheid van Gresel staat bij de andere raadsleden niet ter discussie. De gemeenteraad baseert zich niet op geruchten. De vriendelijke toon verandert nadat Gresel zelf het woord heeft gevoerd. De burgemeester geeft in de ogen van SP-voorman Ron Meyer geen antwoord op eerder gestelde vragen. „Hoe kunnen we er zeker van zijn dat er geen nieuwe, verontrustende feiten komen? U bent in deze zaak een grote stuntelaar geweest.” Die kwalificatie van de woordvoerder van de grootste partij doet Gresel pijn. „Uw optreden is een fractievoorzitter onwaardig.” De onuitgesproken uitnodiging van Gresel aan Meyer om de kritiek in te slikken blijft onbeantwoord. Daarmee zit het venijn in de staart.

Gresel handhaaft brief over benoeming  Burgemeester Toine Gresel van Heerlen trekt de brief waarin hij aangeeft nog zes jaar aan te willen blijven, niet in. Dat maakte hij gisteravond bekend aan het einde van een roerig raadsdebat. De gemeenteraad accepteerde daarin de conclusie uit het rapport- Pont waarin Gresel werd vrijgepleit van beschuldigingen dat hij zich in 2004 zou hebben laten bevoordelen bij de verkoop van zijn huis. De raad twijfelt niet aan zijn integriteit. Toch kwam Gresel onder vuur te liggen van uitgerekend de coalitiepartijen SP en PvdA, en daarnaast de raadsleden Roel Leers (VVD) en Yvonne Moonen. Aan het einde van het debat nam echter iedereen het rapport-Pont voor kennisgeving aan. Het raadslid Hummel merkte op dat de hele kwestie de herbenoeming van de burgemeester nu formeel niet in de weg staat, „maar dat het in de praktijk wel degelijk een rol zal spelen.” Gresel (CDA) liet na afloop van het debat echter weten zich niet beschadigd te achten. „Je voelt je pas beschadigd als je dat zelf ook zo voelt. Ik ben blij met de uitkomst van het debat.” De burgemeester kreeg in het debat wel de volle steun van het CDA, Leefbaar Heerlen, Stadspartij, GroenLinks, Ouderenpartij en het raadslid Mechteld Wouters. De gemeenteraad moet zich over een paar maanden uitspreken over de herbenoeming van Gresel. Verschillende raadsleden noemden hem een ‘uitstekende burgemeester’

 

Gresel weg uit Heerlen

Burgemeester Toine Gresel van Heerlen stapt na zijn eerste termijn op. De CDA’er maakte gisteren onverwacht bekend af te zien van een herbenoeming.

Door

Theo Sniekers en Hans Goossen namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

In een open brief liet Gresel weten dat ‘persoonlijke overwegingen’ de doorslag hebben gegeven bij zijn besluit. Bij deze krant is bekend dat de afgelopen dagen bij de gemeente nieuwe meldingen zijn binnengekomen over mogelijke integriteitsschendingen en het alcoholgebruik van Gresel, wat zijn functioneren als burgemeester zou belemmeren. Eerder dit jaar werd over dat laatste al geklaagd bij de provincie door een Zuid-Limburgse burgemeester. Een gedeputeerde heeft Gresel er zelf op aangesproken. Het huidige college van Heerlen deed dat al rond 2006, in navolging van het vorige.

Vorige week debatteerde de raad nog over een onderzoek uit 2006 naar de integriteit van Gresel. Daarin pleitte onderzoeker Hans Pont de burgemeester vrij van de aantijging dat hij zich in 2004 bij werk in en rond zijn huis zou hebben laten bevoordelen door projectontwikkelaar 3W. De raad nam het rapport voor kennisgeving aan. Gresel liep toch averij op door kritiek vanuit de coalitie, maar liet weten voor herbenoeming in aanmerking te willen komen. Acht dagen later komt hij hier op terug. Gresel weigert zijn besluit toe te lichten en reageert niet op vragen over de meldingen over mogelijke integriteitsschendingen en drankgebruik. Ook gouverneur Léon Frissen hult zich hierover in stilzwijgen. Ook wil hij niet zeggen of hij Gresel heeft geadviseerd bij zijn besluit om af te zien van een tweede termijn.

De Heerlense raadsfracties zeggen het besluit van Gresel te respecteren. Volgens de oppositie hebben de coalitiepartijen SP en PvdA naar het vertrek van Gresel toegewerkt. SP en PvdA ontkennen dat.

 

Vertrek vol vraagtekens

Na een fel raadsdebat over zijn integriteit liet burgemeester Toine Gresel vorige week nog weten graag in Heerlen te willen blijven. Gisteren maakte hij bekend het na één termijn toch voor gezien te houden. Een kwestie van voortschrijdend inzicht?

Door

Theo Sniekers en Hans Goossen namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Applaus van getrouwen klatert vanaf de publieke tribune in de Heerlense raadszaal. Burgemeester Toine Gresel kijkt dankbaar omhoog en neemt daarna de eerste felicitatiekussen in ontvangst. Hij heeft zojuist het debat over zijn integriteit overleefd. Gresel is „grote stuntelaar” genoemd door de grootste raadsfractie SP. En hij heeft geruzied met coalitiepartij PvdA over een volgens de burgemeester niet te geven garantie dat Heerlen gevrijwaard blijft van toekomstige integriteitskwesties rond zijn persoon. Maar de voltallige raad heeft ook de conclusies van het drie jaar lang geheim gehouden rapport naar Gresels integriteit voor kennisgeving aangenomen. Conclusies die aangeven dat de ‘hulp’ van oud-topman Nico Eurlings van 3Wbij de verbouwing van Gresels huis en de aanleg van tuin en zwembad de burgemeester niet aan te wrijven valt.

Naar eigen zeggen komt Gresel dan ook „gesterkt” uit het debat. En jazeker, hij is in voor een tweede termijn, klinkt het vastberaden. Dat was vorige week. Een week later is het contrast groot. In een open, maar uiterst korte brief aan zijn wethouders, raadsleden, ambtenaren en „beste mensen van Heerlen” maakt Gresel kenbaar alsnog af te zien van een herbenoeming. „Uit persoonlijke overwegingen, in goede samenspraak met mijn gezin”, die hij weigert toe te lichten. Een weigering die zo stellig is dat de gemeentevoorlichters hem de vragen van de media zelfs niet willen voorleggen. Intussen stuurt Gresel de politie af op een in de buurt van zijn woonhuis postende persfotograaf.

De pijn zit diep, zoveel is duidelijk. Naar de persoonlijke overwegingen blijft het intussen gissen. In de collegevergadering van afgelopen dinsdag heeft Gresel aangegeven dat hij aan het piekeren is geslagen. Dat hij met zijn vrouw aan het overleggen is hoe nu verder.

Is dat piekeren een vertraagde reactie op de oproep van raadslid Rein Hummel om eens na te gaan of een tweede termijn wel zinvol is? Of is het de vrees dat de herbenoemingsprocedure ook wel eens verkeerd zou kunnen uitpakken gezien de toch forse kritiek van met name de coalitiepartijen? Of is het piekeren ingegeven door de wetenschap dat hem nog meer onheil te wachten staat? Er is recent namelijk nieuwe, belastende informatie gemeld over mogelijke integriteitsschending en het drankgebruik van de burgemeester, dat zijn functioneren zou belemmeren. En ook de krant stelt her en der vragen, zo krijgt Gresel telefonisch te horen van een collega uit een van de Brabantse gemeenten wier ambtsketen hij voorheen droeg.

De officiële reacties op de mededeling van vertrek spreken van respect. Voor die niet nader omschreven persoonlijke overwegingen. Als mensen al meer weten, laten ze bij die respectbetuiging niet het achterste van hun tong zien. Zo geeft gouverneur Léon Frissen aan dat hij met Gresel „vroegtijdig contact” heeft gehad over de affaire waarin de Heerlense burgemeester verwikkeld is geraakt. De commissaris van de koningin -„zijn vertrek is een verlies voor Heerlen en Parkstad” – weigert te zeggen of hij Gresel van advies heeft gediend bij zijn besluit zich niet kandidaat te stellen voor een tweede termijn. Wethouder Riet deWit (SP) zegt te weten dat Gresel aan het piekeren was, maar de wethouders hebben daarin volgens haar geen rol gespeeld. De bekendmaking van het afscheid komt voor haar als een „verrassing.”

De persoonlijke overwegingen die Gresel nopen af te zien van nog eens zes jaar vormen voor hem in elk geval geen beletsel voor de zes maanden die hij nog te gaan heeft. In de twee alinea’s tellende open brief laat de burgemeester van Heerlen weten dat hij zich het komende halfjaar „nog volledig zal inzetten voor de belangen van stad en regio.”

 

Gresel haalt uit naar raad

Burgemeester Toine Gresel van Heerlen haalt, een dag na zijn onverwachte aankondiging af te zien van herbenoeming, hard uit naar enkele fracties in de gemeenteraad. „Ze hebben zich vergaloppeerd.”

Door

Hans Goossen en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Gresel vindt dat de gemeenteraad vorige week geen inhoudelijk debat meer had mogen voeren over een onderzoek naar zijn integriteit dat al in 2006 is uitgevoerd. Volgens de burgemeester hebben de fractievoorzitters drie jaar geleden al de conclusie uit dat destijds geheim gehouden rapport dat hem niets te verwijten viel aanvaard.

Alle raadsfracties namen vorige week tijdens het debat over de zogenoemde tuinaffaire het rapport voor kennisgeving aan. Maar opmerkingen die tijdens het debat werden gemaakt, hebben er wel toe geleid dat Gresel niet meer voor herbenoeming in aanmerking wenst te komen.

De burgemeester doelt daarbij op de vraag van de coalitiepartijen SP en PvdA of hij kan garanderen dat er geen nieuwe vervelende zaken naar buiten zullen komen. Dat is volgens hem een oproep aan ,,krachten die hem ten val willen brengen met nieuwe geruchten te komen.”

De opmerkingen hebben Gresel zondag in overleg met zijn vrouw tot zijn besluit gebracht niet meer voor herbenoeming in aanmerking te willen komen. ,,Ook thuis liep daardoor de belasting op. Dat bleek afgelopen weekeinde.” Nieuwe meldingen bij de gemeente over mogelijke nieuwe integriteitsschendingen en alcoholgebruik zouden geen rol hebben gespeeld. Die meldingen hebben volgens hem enkel betrekking op zijn uitbundige stijl. „Ik heb nooit het aanzien van het openbaar bestuur en de stad geschaad. Ik ben nooit met mijn ambtsketen om aan de zwier geweest.” De PvdA en de SP reageren vol ongeloof op de bewering van Gresel. ,,Het is verbazingwekkend dat iemand na 28 jaar in het openbaar bestuur na lichte kritiek opstapt”, zegt SP-fractievoorzitter Ron Meyer.

 

‘Ik leef én ik feest mee’

Na een dag van zwijgen liet de Heerlense burgemeester Toine Gresel gisteren van zich horen. Over zijn vertrek, de grenzen van jovialiteit en een zich vergalopperende raad die geen applausmachine is. „Ik ga niet met de ambtsketen aan de zwier.”

Door

Hans Goossen en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

Hij is geen burgemeester van de blauwe knoop, maar Toine Gresel verzet zich ook tegen het beeld dat de eerste burger van Heerlen ‘m zo graag lust dat hij het aanzien van de stad zou schaden. „Ik leef mee met de mensen en ik feest mee met de mensen. Als iemand zich daaraan stoort, betreur ik dat. Maar ik ben Toine Gresel en ik blijf Toine Gresel.”

Het is de dag na de dag dat Gresel bekend heeft gemaakt dat hij niet langer in is voor een tweede termijn. In zijn burgemeesterskamer verbreekt hij voor de verzamelde pers het stilzwijgen over zijn besluit. De last draagt hij zichtbaar nog op zijn schouders – „dat moet slijten” -, maar even zichtbaar is Gresel niet gebroken. Het thuisfront heeft de doorslag gegeven, vertelt hij. „De belasting voor mij en mijn gezin liep op.” Door de aanhoudende publiciteit over zijn integriteit, maar vooral ook door opmerkingen van raadsleden in het debat van vorige week. „In de vergadering is als het ware opgeroepen mij nog meer te beschadigen. Weet iemand nog wat over de burgemeester, dan kom maar op.”

Gresel is op de hoogte van het feit dat sindsdien nieuwe meldingen bij de gemeente zijn binnengekomen. De inhoud ervan zegt de burgemeester niet te kennen. „Ik zou niet weten wat er aan de hand is, anders dan dat het gaat over dat ik ben wie ik ben.”

En dat is naar eigen omschrijving een mensenmens. Die overloopt van jovialiteit en uitbundigheid. Waarmee volgens Gresel de indruk gewekt zou kunnen worden dat er een link met alcohol ligt. Een link die de nieuwe meldingen leggen, maar in het verleden ook collegeleden en een provinciebestuurder al legden, erkent de burgemeester. Een onterechte link, aldus Gresel. „Het kan zijn dat mensen dat vinden. Misschien heb ik wel eens een glaasje te veel gedronken, maar daar kun je in Nederland nog minister mee worden”, breekt voor het eerst een lach door. „Maar ik heb geen alcohol nodig om uitbundig te zijn. Ik vind het nu eenmaal gezellig om mee te feesten, maar ik ga zeker niet met de ambtsketen aan de zwier.”Waarmee de burgemeester niet wil zeggen dat hij de signalen niet serieus neemt. „Ik heb het opgevat als aansporing om niet te uitbundig te doen.” Het kan wel een tandje minder, beseft hij zelf. „Ik weet dat het soms over de grens is. Aan de andere kant kan en wil ik mijn karakter en inborst niet veranderen.”

Het debat van vorige week verliep venijnig, maar uiteindelijk aanvaardde de voltallige raad de conclusies van het integriteitsonderzoek. Waarmee dus ook de Heerlense raadsleden unaniem van mening waren dat Gresel niet aan te wrijven viel dat oud-3W-topman Nico Eurlings hem wilde ‘helpen’ bij de verbouwing van zijn huis en de aanleg van tuin en zwembad. Gresel kwam naar eigen zeggen „gesterkt” uit het debat. Al is hij van mening dat de Heerlense raad zich „vergaloppeerd” heeft door überhaupt inhoudelijk op het rapport in te gaan. „De fractievoorzitters hadden drie jaar geleden die conclusies al onderschreven. Die discussie hadden ze niet over hoeven doen.” Sommige fracties kondigden weliswaar aan uiterst kritisch de herbenoemingsprocedure in te willen gaan, maar volgens Gresel was geen vuiltje aan de lucht. „Mogen ze kritisch zijn? Een raad is geen applausmachine. Maar die herbenoeming was binnen. Dat dacht ik niet alleen. Ik heb al boeken, cadeaus en felicitaties gekregen.”

Toch gooit Gresel nu uiteindelijk zelf de handdoek in de ring. Tot piekeren gebracht door pijnlijke opmerkingen van raadsleden, maar vooral door de oplopende stress thuis. In de wetenschap ook dat er kennelijk krachten in Heerlen zijn die er opuit zijn hem pootje te lichten. „Ik ben plots het doelwit.” Waar zijn toekomst ligt, kan Gresel nog niet zeggen. „Laat ik het zo formuleren: het openbaar bestuur is geen vanzelfsprekendheid meer.”

 

Frissen haalt uit naar CDA

Commissaris van de koningin Léon Frissen, oud-voorzitter van het CDA Limburg, heeft forse kritiek op de manier waarop zijn partij reageert op de affaires waarbij Limburgse CDA’ers betrokken zijn.

Door

Bjørn Oostra en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

In een vraaggesprek met deze krant zegt Frissen dat het CDA wegduikt voor de integriteitskwesties die bestuurlijk Limburg in zijn greep houden. Hij doelt daarmee – onuitgesproken – onder meer op het gedwongen afscheid van CDA-wethouder Peter Pustjens in de Sinterklaas-affaire, het opstappen van gedeputeerde Herman Vrehen („die is niet voor niets opgestapt”) en het aangekondigde vertrek van de Heerlense burgemeester Toine Gresel.

„Formeel ga ik er niet meer over, als commissaris van de koningin sta ik boven de partijen, maar ik vind dat met name het CDA meer werk moet maken van het bewaken van de integriteit. Het CDA doet alsof er niets aan de hand is. Binnen de partij moeten mensen elkaar veel vaker dan nu gebeurt aanspreken op zaken die zijn voorgevallen. Het debat moet gevoerd worden, de vraag hoe je dit soort kwesties kunt voorkomen dient daarbij centraal te staan.”

Frissen stoort zich aan het ontbreken van de overtuiging dat er meer aan de hand is dan een vervelend incident dat weer overwaait. Voorzitter Dieudonné Akkermans van het CDA-Limburg was gisteren niet voor een reactie bereikbaar.

 

‘Dit doet pijn tot in het diepst van mijn ziel’

Het doet hem zichtbaar pijn, al die (corruptie)affaires waardoor Limburg wordt geteisterd. Tijd om de teugels aan te halen, oordeelt commissaris van de koningin Léon Frissen. Burgemeesters en wethouders moeten alerter zijn op integriteitsschendingen. Dat geldt ook voor zijn eigen CDA. ,,Je moet niet wegkijken, denken dat de storm wel overwaait.”

Door

Bjørn Oostra en Theo Sniekers namens Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad

De crisistelefoon rinkelt dit jaar met regelmaat in het provinciehuis. Ook minister Guusje ter Horst van Binnenlandse Zaken is het niet ontgaan dat 2009 nu al een rampjaar genoemd mag worden worden voor het imago van Limburg.

Acht ambtenaren in Limburg worden ervan verdacht dat ze zich hebben laten omkopen door wegenbouwer Janssen de Jong Infra. Twee wethouders pakten hun biezen in de Sinterklaasaffaire in Echt-Susteren. Ze werden in februari gevolgd door CDA-gedeputeerde Herman Vrehen, die zich bij de verkoop van zijn huis een vriendendienst liet bewijzen door projectontwikkelaar Ad Gordijn. Provinciebestuurders blijken ruimhartig te declareren. Vorige week maakte de in opspraak geraakte burgemeester Toine Gresel (CDA) van Heerlen bekend van herbenoeming af te zien. Niet veel later werd bekend dat wethouder Hein Sterck van Vaals zijn biezen pakt, omdat hij verwikkeld is geraakt in een kwestie die inmiddels ook de interesse van het openbaar ministerie heeft gewekt. Als klap op de vuurpijl kwam gisteren naar buiten dat op verzoek van burgemeester Gerd Leers van Maastricht onderzoek wordt verricht naar zijn rol en die van een van zijn topambtenaren bij een omstreden vastgoedproject in Bulgarije.

De commissaris van de koningin, namens de minister de ‘baas’ van de burgemeesters, grijpt nu in. Frissen gaat scherper toezien op de integriteit van bestuurlijk en ambtelijk Limburg. Zo komt er onder meer een integriteitsbureau dat de gemeenten bij zal staan. De gouverneur maakt zich „grote zorgen over een aantal recent gebleken gevallen van ernstige integriteitsschending” door bestuurders en ambtenaren, zo schreef hij de burgemeesters.

Waarom grijpt u nu in?

„Je moet dat los zien van welke kwestie dan ook. We zijn al maanden bezig met het onderwerp integriteit. Op 28 september had daarover ook een conferentie moeten plaatsvinden met minister Ter Horst, maar zij moest op het laatste moment afzeggen. Waar wij naartoe willen, is een integriteitsbureau zoals dat in Amsterdam actief is. Nu schakelen gemeenten vaak het integriteitsbureau van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten in als iets onderzocht moet worden. De provincie heeft daarvoor zelf mensen ingehuurd als de oud-ministers Deetman en Korthals en de voormalig directeur-generaal van Binnenlandse Zaken Pont. We werken nu aan een permanent integriteitsbureau. De minister is daar nu al bij betrokken. Het bureau moet autonoom zijn, zelfstandig werken en bemand worden met deskundige mensen. De onafhankelijkheid ervan moet gewaarborgd zijn.”

Zijn er nieuwe wettelijke regels nodig om de integriteit van bestuurders en ambtenaren te handhaven?

„Neen, daar zijn al stapels regelingen voor. Een integriteitsbureau moet er op toezien dat bestuurders en ambtenaren niet in de fout gaan in het grijze gebied tussen wat wél en niet is toegestaan en moet mogelijke schendingen onderzoeken.”

In de jaren negentig werd Limburg geplaagd door corruptieaffaires. Hebben burgemeesters en wethouders dan niets geleerd?

„Ik denk dat ik als enige de affaires uit die tijd ten volle heb meegemaakt. Het boek over de Vriendenrepubliek is bij mij blijven hangen. Het doet pijn als je tien weken lang artikelen moet lezen over affaires. Je vraagt je dan af of bestuurders nog steeds niet alert genoeg zijn. Ze moeten gewoon kwaad en de schijn van kwaad vermijden. Kennelijk zijn er nog steeds bestuurders en politici die onvoldoende van de noodzaak daarvan bewust zijn. Spreek elkaar er op aan als er risico’s dreigen, maak sporen zichtbaar. Ontwikkel een gezonde mate van achterdocht. Ik spreek mensen erop aan als ze op pad gaan. ‘Wat hebben we daar te zoeken, wat is je doel? Wie gebruikt wie?’ Het vermogen om zo te denken is bij de een beter ontwikkeld dan bij de andere.”

Tijd om schoon schip te maken?

„Ik sta boven de politiek, maar ik vind dat in Limburg in ieder geval één en misschien twee partijen meer werk moeten maken van het onderwerp integriteit en er met elkaar naar moeten kijken.

U doelt op uw eigen partij, het CDA?

„Ja. Formeel ga ik er niet meer over, ik moet als commissaris van de koningin boven de partijen staan. Maar ik vind inderdaad dat het CDA niet mag wegkijken als er affaires spelen. Niet doen alsof er niets aan de hand is en denken dat de storm wel overwaait. Ga in debat over de vraag hoe nieuwe affaires te voorkomen. Er is niets mis mee jezelf te pijnigen. Maar ga de zaak niet relativeren. Met name bij het CDA staat het hek van het relativisme soms wagenwijd open.”

Wat verwacht u van uw burgemeesters?

„Dat ze zelf strikter gaan toezien op het onderwerp integriteit in hun organisatie. Ik zou willen dat ze de eenzaamheid van hun ambt meer koesteren. Ze hebben een andere rol dan gedeputeerden, wethouders en volksvertegenwoordigers, moeten meer afstand houden. Natuurlijk, bij rampen en dergelijke moeten ze meer op de voorgrond treden, maar daar ligt ook de grens. Ik zou meer een burgemeester van de oude stempel willen zien, die het presidentiële van zijn ambt in stand houdt. Ook als hij recepties bezoekt of op buitenlandse reis gaat: houd afstand, er wordt naar je gekeken. Niet meefeesten, niet joviaal doen, je zit in een glazen huis. Een burgemeester moet niet alleen op zijn integriteit letten, maar ook op zijn gedrag en taalgebruik. Dat alles is moeilijk. Mensen denken dat de burgemeester de baas is, maar dat is niet zo. Dat wringt.”

Hoe schadelijk zijn de affaires voor het imago van Limburg?

„Heel schadelijk. Ik krijg sms’jes uit de Randstad van ‘is het weer zo ver? In heel Nederland gniffelt men weer; het beeld dat er in Limburg van alles aan de hand is wordt weer eens bevestigd. Dat doet mij tot in het diepst van de ziel pijn. Als affaires aan het licht komen in Limburg, raak je een open zenuw. Als in Amsterdam de nieuwe metrolijn honderden miljoenen euro’s duurder uitvalt, geeft burgemeester Job Cohen een persconferentie en dan gaat iedereen over tot de orde van de dag. Maar hier blijft men er maar over praten en schrijven.”

Doen er zich in Limburg, en vooral in het zuiden, niet ook gewoon meer affaires voor?

„Ik ga dat beeld niet bevestigen, ik betwijfel het. Als je met integriteitsdeskundige professor Leo Huberts praat, dan hoor je dat integriteitsschendingen van alle rangen en standen zijn en dat ze in alle regio’s voorkomen.

In cijfers is niet fundamenteel aangetoond dat zich hier meer affaires afspelen dan bijvoorbeeld in Groningen of Amsterdam. Ik denk wel dat ze zich in Zuid-Limburg eerder openbaren. Als er conflicten ontstaan, gaat een sneeuwballetje rollen waar men elders zaken binnenskamers houdt.

En als je eenmaal een pleistertje op je voorhoofd hebt, raak je dat niet snel kwijt. Bovendien is in Zuid-Limburg vaak sprake van conflictmijdend gedrag. Vooral als mensen elkaar aanspreken op kleine of grote ontsporingen.”

U zegt dat Limburgse bestuurders niet vaker over de schreef gaan dan hun collega’s elders in het land. Waarom dan toch vijf, zes affaires alleen al dit jaar?

„Tja… Misschien wordt de lat hier wel hoog gelegd. Er zijn niet veel provincies die zo veel integriteitsonderzoeken laten uitvoeren als Limburg. We hebben in verschillende zaken laten kijken naar de rol van de gedeputeerden Vestjens, Driessen en Vrehen.”

Het kan toch bijna geen toeval meer zijn: de een na de andere Limburgse bestuurder komt in opspraak?

„De verbanden die gelegd worden zie ik niet. De suggestie dat de Vriendenrepubliek is herrezen werp ik verre van mij. De kwesties die aan het licht zijn gekomen zijn op zichzelf staande incidenten.”

Streken de onderzoekers Deetman en Korthals in het rapport over Vrehen niet juist plooien glad?

„Dan kennen jullie Deetman niet. Die man is voor geen millimeter te bewegen. Je praat over een oud-minister, een lid van de Raad van State.

Het is te gek voor woorden om aan de conclusies van Deetman en Korthals te twijfelen, dan kom je aan hun integriteit. Dan ben je niet meer ver af van volksgerechten. Deetman, Korthals en ook Pont hebben geen relatie met Limburg. Wie moet ik anders voor onderzoek inschakelen? Mijn eigen inbreng in de kwestie Vrehen had ook niet tot doel hem te verdedigen, die was hard. Hij is ook niet voor niets opgestapt.”

Juryrapport

‘Een belangrijke reeks die leest als een soap en die leidde tot 'een tsunami aan integriteitsonderzoeken' onder Limburgse politici.’

Integriteitkwesties Zuid-Limburg

Er was de affaire van de twee wethouders uit Echts-Susteren die namens hun fracties en zonder officiële toestemming geld gaven aan verenigingen waaraan ze zelf gelieerd waren. Deze zogenaamde Sinterklaas-affaire werd door Dagblad De Limburger onthuld en betekende een harde klap voor het Limburgse CDA, de partij van een van de wethouders. En natuurlijk ook voor het aanzien van het openbaar bestuur in de provincie. Er was de corruptieaffaire waarbij gemeentebestuurders een wegenbouwbedrijf aan vertrouwelijke informatie over aanbestedingen hebben geholpen, in ruil voor auto’s, concerttickets en luxe reizen. Volgens commissaris van de Koningin Léon Frissen ‘brengt de kwestie van de Heerlense burgemeester die volgens onderzoek door bureau Berenschot zijn zwembad en keuken voor een iets te gunstig tarief liet aanleggen door een projectontwikkelaar. Er waren de bestuurders van de provincie die iets te enthousiast hun kopjes koffie, broodjes en rolletjes snoep hadden gedeclareerd. En natuurlijk was er de affaire Leers , waarbij de Maastrichtse burgemeester onder vuur kwam te liggen vanwege de aanschaf van een vakantiewoning in Bulgarije.

Het moet heerlijk zijn om als onderzoeksjournalist in Limburg te werken, dacht de jury wel eens. In menig collegekamer en in zorgelijk veel stadhuizen sluimeren affaires die, dankzij de inspanningen van Dagblad de Limburger en Limburgs Dagblad, aan het licht komen. De hoofdredacteuren van deze dagbladen hebben het zelf over ‘een tsunami aan integriteitsonderzoeken’ in 2009. De publicatie van Bjorn Oostra, Theo Sniekers, Niki van der Naald, Roel Ophelders, Annelies Hendrikx, Hans Goossen, Paul Bots en Serge Sekhuis over de sjoemelcultuur, zeg maar de affaires van 2009,  zijn als één gezamenlijke inzending terecht genomineerd in de categorie Print Achtergrond. Het is de samenhangende, belangrijke reeks die leest als een soap.