Ik ben een heel recalcitrant mannetje

Zonder opleiding bouwde de 63-jarige ondernemer Roland Kahn een mode-imperium op. Deze week strandde zijn poging om V&D te redden. „Ik laat me niet door angst verlammen.”

Door

Teri van der Heijden en Barbara Rijlaarsdam namens NRC en NRC next

Zonder opleiding bouwde de 63-jarige ondernemer Roland Kahn een mode-imperium op. Deze week strandde zijn poging om V&D te redden. „Ik laat me niet door angst verlammen.”

Zoals altijd begon ondernemer Roland Kahn zijn work-out afgelopen dinsdag met twintig minuten op The Wave, een cardioapparaat waarop je zijwaartse schaatsbewegingen maakt. Daarna deed hij krachtoefeningen, volgens een schema dat zijn personal trainer – met wie hij al acht jaar traint – voor hem opstelt.

Drie keer per week sport Kahn om 7 uur ’s ochtends in zijn eigen gym. Maar afgelopen dinsdag fanatieker dan normaal. Hij moest zich afreageren, vertelde zijn vriendin Jasmine Surer (34) voorafgaand aan dit interview. Haar aanstaande man wist die dinsdagochtend al dat de overname van V&D zou mislukken. Die middag wist de rest van Nederland dat ook.

Roland Kahn (63) was er gaandeweg steeds meer van overtuigd geraakt dat V&D doorstarten een geweldig idee was. Zijn zakenpartners en „goede vrienden” John Fiszbajn en Ronald Snijders waren ermee gekomen. Zij zijn mede-eigenaar van vastgoedfonds IEF Capital, dat twaalf V&D-panden bezit en waarin Kahn ook een belang van 5 procent heeft. Op zaterdag 23 januari vroegen Fiszbajn en Snijders aan Kahn naar V&D te kijken – de vastgoedeigenaren hadden veel baat bij een doorstart van het warenhuis.

Alle voormalige vestigingen van V&D in Nederland:

Na een gesprek met V&D-topman John van der Ent werd Kahn enthousiast. Toen enkele

dagen later bleek dat supermarktbedrijf Jumbo horecaformule La Place overnam, werd hij nóg gemotiveerder. Voor de ondernemersfamilie Van Eerd, eigenaar van Jumbo, heeft hij veel bewondering. Hij wil „niet arrogant” zijn, zegt hij. Maar: „Kwaliteit herkent kwaliteit.”

Al gauw barstte Kahn van de ideeën om de stoffige warenhuizen aan te pakken. Daarvoor greep hij terug op zijn eigen warenhuiservaring, vertelt hij – vanaf 1970 werkte hij zes jaar bij de Bijenkorf. „De mensen willen weer beleving”, weet hij. Een speciale „chief entertainment officer” zou daarvoor zorgen. Hij had al iemand op het oog: „De man die Disneyland Parijs heeft geleid, zou aan boord komen.”

Kahn zag het helemaal zitten en begon vol overtuiging aan deze „megaklus”. Hij moest overeenstemming zien te bereiken met curatoren, zijn huisbank ING én de eigenaren van de 45 V&D-panden die hij wilde hebben.

De emotionele Kahn onderhandelt niet als doorsnee zakenman, vertellen mensen die de afgelopen weken met hem te maken hadden. Hij kleedt zich als een hippe twintiger, zegt precies wat hij denkt en vloekt, ook op momenten dat dat ongepast is.

Kahn kwam heel dichtbij een deal, maar uiteindelijk is het hem niet gelukt. Te veel belangen en te weinig tijd, zo vat hij het zelf samen.

Waarom dacht u dat u dat kon, V&D overnemen?

„In 2010 heb ik ook al op V&D geboden. 1 euro, destijds. Dat vond ik toen eigenlijk al 1 euro te veel, haha! Het bedrijf was gewoon niks waard, maar nu was het een ander verhaal. Zeker omdat ik nu afspraken kon maken over lagere huurprijzen. Ik wist ook al heel veel over het bedrijf. Het was geen bevlieging – ik was niet aan het trippen, ik was geheel in staat nuchter na te denken. Ik wist niet zeker of ik het kon. Maar goed, ik weet ook niet of ik morgenochtend weer wakker word. Daardoor moet je je niet laten tegenhouden. Ik wilde testen of ik het kon.”

Hoeveel geld wilde u zelf in V&D steken?

„25 miljoen euro, en daar kwam nog eens 25 miljoen bij van de familie Van Eerd, van Jumbo. Zij zouden geen aandeelhouder worden, maar stelden dat geld aan mij beschikbaar. De mannen van IEF wilden er 10 miljoen van hun eigen poen in stoppen. De verhuurders zouden 100 miljoen bijdragen aan de verbouwing van de panden.”

Hoeveel had u nodig van ING?

„We hadden de bank om een krediet van 75 miljoen gevraagd. Het ministerie van Economische Zaken zou garant staan voor de helft van dat bedrag.”

ING was aanvankelijk bereidwillig. Waarom hebt u het geld niet gekregen?

„ING was de enige die met mij wilde praten – Rabobank en NIBC had ik ook gevraagd. Ralph Hamers [topman van ING] is meteen komen praten, hij zat op die stoel daar. Ralph is ook mijn persoonlijke accountmanager, we hebben een goede relatie. Ik heb hem zien groeien van directeur Roemenië tot de grote baas van het bedrijf.

„Maar binnen zo’n bank zitten verschillende krachten. De directie van ING en de commerciële crew stonden er helemaal achter. Maar er zijn ook altijd mensen met een waarschuwend vingertje. Dat is hun taak. Vorige week vrijdag heeft ING het besproken in de kredietcommissie, ’s avonds stelden ze aanvullende eisen.”

Wat wilde ING dan?

„Ze hadden eisen ten aanzien van de hoeveelheid eigen vermogen die ik zou inbrengen. En ten aanzien van het eigenaarschap van V&D. ING was bang dat ik te veel hooi op mijn vork nam. Ze wilden dat zich nog een topondernemer aan dit verhaal zou verbinden. Daar was geen tijd voor. Ik had die vrijdagochtend al wel met een topondernemer gesproken, maar die kwam hier binnen en dacht: ik kan voor heel weinig heel veel binnenhalen. Dus dat is niet gelukt.”

Wie was dat?

„Dat ga ik niet vertellen.”

Wilde u überhaupt wel iemand naast u dulden?

„Weet je wat er gebeurt als je onder tijdsdruk iets moet regelen? Dan draaien ze je ballen eraf. En ik wilde wel graag de baas blijven over mijn eigen operatie.”

Kon u er zelf niet meer geld in steken, om het toch te laten slagen?

„Ik heb geen enorme bak geld waar ik uit kan scheppen, zoals Dagobert Duck. Het geld dat ik er in zou steken kwam uit vastgoedwinsten, maar veel van mijn vermogen zit ook vast. Ik had met mijn familie en commissarissen afgesproken: ik ga er geen vermogen van mijn eigen bedrijven in stoppen. Er werken hier 5.500 mensen. Die moeten rustig kunnen slapen. Ik heb gekeken hoeveel meer geld ik er bij kon doen, bovenop die 25 miljoen. Ik kon 12,5 miljoen extra ophoesten, maar daarna was het klaar.”

CoolCat-oprichter Kahn heeft in veertig jaar een mode-imperium opgebouwd. In 1976 opende hij zijn eerste winkel met hippe, goedkope kleding voor jongeren. Intussen bestaat zijn concern naast CoolCat uit MS Mode, America Today en lingeriemerk Sapph. De omzet van zijn bedrijven telt op tot een kleine 500 miljoen euro.

Het hoofdkantoor, een grijze blokkendoos in Diemen-Zuid, is een ‘campus’, met kroeg BarGezellig – „voor de kroegtijgers” – en een fitnessruimte – „voor de sporttijgers”. Het ziet er allemaal jong en fris uit, maar een hoofdkantoor mag niet te veel kosten, vindt Kahn. „Het geld verdienen we in de winkels. Niet op kantoor.” De goedkope originele deuren met lila print heeft hij bijvoorbeeld behouden, om te besparen. Wel staat er op de binnenplaats een Kip-caravan, behangen met gekleurde lampjes – vond zijn zakenpartner leuk. Een hijskraan moest het ding erin takelen. „Kostte een vermogen”, zegt Kahn, maar de Kip draagt bij aan de sfeer. Dat vindt Kahn belangrijk, hij wil dat mensen zich op hun gemak voelen.

CoolCat is het hart van zijn bedrijf en heeft, net als andere modewinkels, een zwaar jaar gehad. Zó zwaar, dat CoolCat de aandacht heeft van bijzonder beheer, de bankafdeling voor bedrijven in problemen. Kahn wil daar liever niet op ingaan, maar zegt wel: „CoolCat had een zwak management. Inmiddels hebben we de directie versterkt.” En: „Bijzonder beheer monitort álle modebedrijven, na het desastreuze jaar 2015.” Het eigen vermogen – de buffer van het bedrijf – is nog altijd hoger dan de bank voorschrijft, zegt hij. Kahn wijst erop dat MS Mode, zijn grootste bedrijf, vorig jaar wel 3 procent meer omzet heeft behaald.

 

Kahn benadrukt dat de situatie bij CoolCat „geen rol” heeft gespeeld bij de overname van V&D. ING heeft hem „geen enkele beperking” opgelegd, „laat dat helder zijn”. Een woordvoerder van ING bevestigt dit: „ING heeft geen enkel moment getwijfeld om de heer Kahn bij te staan bij zijn plannen voor V&D.”

Van zijn werknemers vraagt Kahn veel. Als hij niet tevreden is, kan hij enorm boos worden, vertelt zijn zakenpartner en financieel directeur Jaco Scheffers voorafgaand aan dit interview. Als zijn inkopers de verkeerde kleur grijs bestellen bijvoorbeeld. Je hebt namelijk ‘zomergrijs’ en ‘wintergrijs’ – en de bestelling loopt altijd een half jaar vóór op het seizoen. Dat gaat dus weleens mis.

En dan wordt u woedend?

Kahn lacht. „Jaaa. Dat is waar. Als ik boos word, word ik ook bóós.”

Dat klinkt intimiderend.

„Ja. Dat is een van mijn zwakke kanten. Ik kan heftig overkomen. Maar ik denk dat mensen daar wel mee leren omgaan. Ik kan ook goed sorry zeggen. Het klinkt misschien een beetje arrogant, maar het is wel míjn bedrijf en dit is hoe ik ben. Ik pas me aan, maar zij moeten zich ook aan mij aanpassen.”

Uw vriendin vertelde dat u langer voor de spiegel staat dan zij, als jullie uitgaan.

„Ha, dat wil ik nog weleens zien!”

Volgens haar bent u heel ijdel.

„Ik heb gewoon tijd voor mezelf nodig, is dat ijdel? Als ik ’s ochtends gesport heb, vind ik het heerlijk om me een half uur te scheren. Ik vind het fijn om er goed uit te zien, om goed voor mijn lichaam te zorgen. Maar ik sta niet te springen om vooraan op de foto te staan.”

Foto Merlijn Doomernik

U zegt wat u denkt. U vergeleek minister Ploumen met een zeemeeuw – „ze schijt op je kop en vliegt door” – en zei lingeriemerk Sapph te hebben gekocht uit „pure geiligheid”. Bent u echt zo of is het ook een act?

„Ik ben een heel recalcitrant mannetje. En ik ben iemand die zich niet door angst laat verlammen. Ik ken ook angst, maar dat helpt me alert te blijven.”

Wat is uw grootste angst?

Dan is het recalcitrante mannetje even verdwenen. Dikke tranen wellen op in Kahns ogen. „Mijn kinderen”, zegt hij met emotie in zijn stem. „Ik wil altijd dat het goed gaat met mijn kinderen.”

Kahn heeft twee volwassen zoons en een dochter uit zijn eerste huwelijk en een dochtertje van drieënhalf met zijn vriendin Jasmine. Zijn zoons, een eeneiige tweeling van 32, werken ook in zijn bedrijf. De een is de financiële man van Sapph, de ander is inkoopdirecteur bij America Today.

Kahn wil zijn kinderen iets nalaten, zegt hij. Een familiebedrijf. Hij heeft de aandelen al aan hen overgedragen toen ze nog heel jong waren. Om ze bij het bedrijf te betrekken en ze verantwoordelijkheden te geven, zegt hij, maar het was ook fiscaal gunstig. „Met de fiscus heb ik niet zo’n relaxte relatie.”

Kahn heeft zelf hard moeten werken om te komen waar hij nu is. Hij heeft, volgens de Quote 500, een vermogen opgebouwd van een kwart miljard euro. Een opleiding heeft hij nooit gevolgd, hij is op zijn zeventiende gaan werken. Hij is trots op wat hij heeft bereikt. Succes moeten mensen verdienen, vindt hij.

Geldt dat ook voor uw kinderen?

„Zij hebben die aandelen en zijn erfgenaam. Dat is nu eenmaal zo. Maar zij gaan niet per definitie het bedrijf leiden. Ze moeten wel laten zien dat ze daar geschikt voor zijn.”

 

Collectief balen: de deal liep gewoon weg

Aan de telefoon wordt het lot van V&D beslist. Een doorstart is niet meer haalbaar.

Door

Teri van der Heijden en Barbara Rijlaarsdam namens NRC en NRC next

Ze hebben nog anderhalve dag tot de deadline, maar dinsdagmiddag moeten de curatoren en Roland Kahn erkennen: het zit er niet in. In Amsterdam Zuidoost zitten de curatoren op het hoofdkantoor van V&D, Kahn is op dat moment bij CoolCat in Houten. Aan de telefoon wordt het lot van V&D beslist. Een doorstart is niet meer haalbaar.

De redding van V&D is mislukt. Er is geen toekomst meer voor de warenhuisketen uit 1887.

CoolCat-oprichter Roland Kahn (63) was de laatste hoop voor de warenhuizen, die op Oudejaarsdag failliet gingen. Hij wilde met circa 45 van de 62 V&D-winkels verder. Nu zijn doorstartpoging mislukt is, houdt V&D op te bestaan. De 8.000 werknemers van de warenhuizen en de inpandige La Place-restaurants raken definitief hun baan kwijt.

Wekenlang werkten alle betrokken partijen aan een doorstart: de curatoren, Kahn, zijn huisbank ING, de verhuurders van de winkelpanden, het management van V&D, supermarktketen Jumbo. Zelfs het ministerie van Economische Zaken wilde eventueel garant staan voor de helft van het bankkrediet. Een investeringsfonds, met familiegeld van V&D-oprichter Anton Dreesmann, wilde naar verluidt 10 miljoen euro bijdragen. Toch is het niet gelukt. En niemand geeft een ander openlijk de schuld. Ze balen collectief.

De reacties dinsdagmiddag: de curatoren meldden dat het „tot hun spijt” niet is gelukt, Kahn en zijn bedrijf Cool Investments zeggen er „hard en bezield” aan te hebben gewerkt. Zowel Jumbo als ING „betreurt” de uitkomst – Jumbo „ten zeerste”.

Volgens betrokkenen was het vertrouwen in ‘plan-Kahn’ na het weekend al grotendeels verdwenen. Zoals een betrokkene dinsdagochtend antwoordde op de vraag of een doorstart nog mogelijk was: „Dan moet er echt een wonder gebeuren.”

Waardoor is het misgegaan?

150 miljoen voor ‘V&D nieuw’

Kahn moest er uitkomen met drie partijen: de bank, de verhuurders van de V&D-panden en de curatoren.

Hij had in totaal 150 miljoen euro nodig voor zijn plan voor ‘V&D nieuw’, zoals de betrokkenen het onderling noemden. Hij moest immers fors investeren om van het verouderde V&D een eigentijdse winkelketen te maken. Slechts een fractie van de 150 miljoen zou als overnamesom naar de boedel gaan.

Een deel van het benodigde bedrag zou hij zelf inbrengen, een deel wilde hij van ING lenen. De bank was best bereid om Kahn te financieren – als enige, zegt Kahn. Maar wel tegen bepaalde voorwaarden. Geld in V&D steken was per slot van rekening een risico – winst heeft de winkelketen de afgelopen decennia niet gemaakt. ING wilde dat risico niet in haar eentje nemen, Kahn moest ook substantieel investeren.

Er werd geen overeenstemming bereikt over hoeveel eigen geld hij dan moest meebrengen. Aanvankelijk leek ING bereid 75 miljoen euro beschikbaar te stellen, later stelde de bank dit bij naar 40 miljoen euro, zeggen ingewijden. Dat betekende dat Kahn zelf 110 miljoen euro moest neertellen.

De CoolCat-oprichter, die volgens Quote een geschat vermogen van 250 miljoen euro heeft, zou tientallen miljoenen minder in gedachten hebben gehad. Bronnen rond de onderhandelingen noemen verschillende bedragen: 50 miljoen en 75 miljoen euro. Hoe dan ook was het verschil onoverbrugbaar.

Praten over 35 panden

Ondertussen had Kahn ook overeenstemming nodig met de verhuurders van ten minste 35 V&D-panden. Met minder wilde hij geen doorstart maken. De winkels zijn in handen van tientallen partijen, die ieder weer eigen investeerders achter zich hebben, zoals pensioenfondsen of andere institutionele beleggers.

De pandeigenaren bepalen aan wie zij hun winkels verhuren. Behalve Kahn had ook het Canadese Hudson’s Bay Company interesse getoond in tientallen aantrekkelijke V&D-locaties. Een groot aantal verhuurders koos voor Kahn en besloot exclusief met hem te onderhandelen.

Het voordeel van zijn plan boven dat van Hudson’s Bay was dat Kahn de winkels niet wilde sluiten. Dat betekende: geen gemiste inkomsten voor de verhuurders. Hudson’s Bay wilde de panden eerst een à twee jaar grondig verbouwen. In die periode zouden de eigenaren geen huur ontvangen.

Alle vestigingen van V&D in Nederland:

Volgens ingewijden was er bij de verhuurders „grote bereidheid” om eruit te komen, maar desondanks waren de onderhandelingen over de winkels ingewikkeld vanwege de vele belangen van de vele verhuurders. Wat het proces bijvoorbeeld bemoeilijkte was dat sommige vastgoedeigenaren zowel goede als slechte panden bezitten. Zij wilden dat Kahn óók de slechte panden zou overnemen – anders was er geen deal.

Heel veel haast

En dat gebeurde allemaal onder grote tijdsdruk. Het liefst wilde Kahn de winkels overnemen terwijl ze nog open waren. Een zogenoemde ‘warme doorstart’ is beter voor een bedrijf: werknemers blijven aan het werk, leveranciers blijven leveren en klanten blijven komen. Maar dat scenario werd steeds onwaarschijnlijker. Maandag bleven de winkels dicht.

Ondanks de haast zaten de onderhandelingen vast. Alles hing met alles samen. Als Kahn zijn financiering niet rondkreeg, kon hij geen overeenstemming bereiken met de verhuurders. Hoe langer een akkoord op zich liet wachten, des te meer de verhuurders geneigd waren op zoek te gaan naar een nieuwe huurder. Tegelijkertijd nam het vertrouwen af naarmate de onderhandelingen zich voortsleepten.

Toen de deadline voor een deal zondagavond laat – 23.59 uur – niet werd gehaald, gaven de onderhandelaars nog niet op. Op verzoek van de curatoren werd die grens 72 uur verlegd naar woensdagavond 23.59 uur, om verder te praten over een oplossing. Maar die gesprekken zijn dus vroegtijdig afgebroken.

„Het momentum is verloren geraakt”, zei een betrokkene. De deal „loopt gewoon weg”, constateerde een ingewijde dinsdagochtend al. ’s Middags stortte het broze bouwwerk definitief in.

V&D had veel verschillende eigenaren voordat het failliet ging:

Voor de curatoren, Kees van de Meent en Hanneke de Coninck-Smolders, is het mislukken van plan-Kahn onfortuinlijk. De CoolCat-oprichter was de laatste gegadigde om V&D door te starten. Nu kunnen de curatoren, die de belangen van de schuldeisers behartigen en zoveel mogelijk banen willen behouden, het bedrijf aan niemand meer verkopen.

Eind januari slaagden zij er wel in het winstgevende La Place te verkopen aan Jumbo. Ingewijden zeggen tegen NRC dat de Brabantse supermarktketen 48 miljoen euro heeft betaald. Dat was de „grote klapper” voor de boedel, volgens een ingewijde. Zoveel hadden de warenhuizen bij lange na niet opgebracht. Maar, zegt deze bron: „Je wil gewoon achtduizend banen redden en zorgen dat het instituut V&D blijft voortbestaan.”

 

Hoe V&D ten val kwam

De omzet viel weer tegen en V&D moest opnieuw financiële gaten dichten. Maar hoe groot het tekort precies was, daarover bestond tot op het laatste moment onenigheid met eigenaar Sun Capital. Reconstructie van een faillissement.

Door

Teri van der Heijden en Barbara Rijlaarsdam namens NRC en NRC next

De omzet viel weer tegen en V&D moest opnieuw financiële gaten dichten. Maar hoe groot het tekort precies was, daarover bestond tot op het laatste moment onenigheid met eigenaar Sun Capital. Reconstructie van een faillissement.

De miljoenen vliegen over tafel. Hoeveel is er nou precies nodig om te voorkomen dat V&D omvalt? De top van het bedrijf en zijn Amerikaanse eigenaar Sun Capital hebben daar verschillende opvattingen over. En niet zo’n beetje. De getallen verspringen van overbrugbare tekorten naar dodelijke bedragen. Twaalf miljoen. Zeventien. Veertig. Eenentachtig en een half.

Het is het weekend voor de val van V&D op 22 december. Het warenhuis komt door zwaar tegenvallende omzet in november en december geld tekort om de financiering voor 2016 op orde te krijgen. Investeringsmaatschappij Sun en de top van V&D moeten in actie komen, anders haalt het bedrijf het nieuwe jaar niet.

Maar in die cruciale laatste dagen verstaan V&D en Sun elkaar niet. In het veelvuldige telefonische overleg en de vele e-mails – Sun stuurt niemand naar Amsterdam voor deze crisis en V&D zoekt Sun ook niet op – ontstaat meer verwarring dan duidelijkheid. Het vertrouwen neemt ondertussen met de dag af.

In Nederland zet het V&D-bestuur in het laatste weekend alles op alles om 12 miljoen euro bijeen te sprokkelen die het denkt nodig te hebben om overeind te blijven. De Belastingdienst, het ministerie van Economische Zaken en diverse verhuurders van V&D-panden krijgen een verzoek om hulp. De bestuurders en hun adviseurs moeten duwen en trekken, maar er is beweging in de goede richting. Met 12 miljoen euro is V&D en daarmee de werkgelegenheid van 10.000 werknemers gered – denkt de top van het bedrijf.

V&D had veel verschillende eigenaren voordat het failliet ging:

Op dat moment heeft Sun al herhaaldelijk duidelijk gemaakt dat 12 miljoen euro veel te weinig is. Daar is geen twijfel over mogelijk, de financiële modellen liegen niet. De top moet 40 miljoen vinden om V&D in leven te houden, heeft Sun becijferd. Alleen dan is het private-equitybedrijf bereid nóg eens miljoenen in hun Nederlandse probleembedrijf te steken.

Wat ging vooraf aan het faillissement van V&D? Een reconstructie.

Florida beslist

De mannen die beslissen over het lot van de warenhuisketen zijn Marc Leder en Rodger Krouse. De twee Amerikaanse zakenmannen zijn de oprichters van private-equitybedrijf Sun Capital. Leder heeft in de zomer van 2014 zelf nog enkele weken leiding gegeven aan V&D, toen het concern tijdelijk zonder topman zat.

Leder en Krouse moeten elk groot besluit over geld goedkeuren. Logisch, vindt Sun. Maar bij V&D vinden ze het „irritant”, vertelt een betrokkene. De Sun-mensen met wie zij te maken hebben zijn twee Amerikaanse commissarissen en de financiële man in Londen en die kunnen nooit eens zelf een beslissing nemen. We komen erop terug, zeggen ze altijd. Vanwege het tijdsverschil met Florida duurt dat steevast een dag.

In de zomer spelen deze irritaties nog niet. Na het bijna-faillissement in februari zien V&D en Sun de toekomst nu zonnig in. Het nieuwe V&D-bestuur maakt onder leiding van John van der Ent plannen die het warenhuis eindelijk allure moeten geven. Van der Ent was voor zijn aantreden in maart de hoogste baas van Etam, een modeketen die net na Van der Ents vertrek failliet ging.

Sun zorgt voor het geld. Sinds juni is Sun behalve eigenaar namelijk ook de enige financier van V&D. Sun heeft V&D’s banklening van 47 miljoen euro overgenomen, waardoor het warenhuis en zijn eigenaar het samen moeten rooien.

In 2016 heeft V&D extra geld nodig voor de uitvoering van al die mooie plannen. Het gaat om grote bedragen, maar Sun is niet zuinig. In september spreken ze af dat V&D behalve de lening van 47 miljoen ook nog een lening van 35,5 miljoen euro krijgt. Die is bedoeld om de traditioneel moeilijke zomermaanden door te komen, waarin het warenhuis nieuwe collecties moet bestellen. Die tweede lening moet V&D aan het eind van 2016 wel aan Sun terugbetalen. Daarnaast geeft Sun voor 13 miljoen euro garanties af– hier komt later nog eens 8 miljoen aan garanties bij.

Bij V&D zijn ze „heel blij” met dit pakket, zegt een betrokkene. Daar kunnen ze mee uit de voeten. Ook Sun heeft er belang bij dat V&D nu eens een keer gaat draaien. Sinds de aanschaf in 2010 heeft de investeringsmaatschappij ruim 200 miljoen euro in het bedrijf gestoken. Naast de koopsom van 50 miljoen stak Sun er bijna elk jaar nieuw geld in: 15 miljoen in 2012, 10 miljoen in 2013, 30 miljoen in 2014 en 60 miljoen in februari 2015. En dus die leningen in de zomer.

Sinds 2010 heeft V&D echter nooit winst gemaakt. In boekjaar 2014 bedroeg het verlies 49 miljoen euro op een omzet van 604 miljoen.

Warme winter

Dan wordt het november en blijven de temperaturen „uitzonderlijk hoog voor de tijd van het jaar”, volgens het KNMI. Op 7 november is het 18 graden. Niemand koopt winterkleding. De omzet ligt meer dan 20 procent lager dan in november een jaar eerder. V&D hoopt dat het in de belangrijke decembermaand nog goed komt, maar het is „met afstand de zachtste decembermaand” sinds 1706.

Bij V&D maken ze zich ernstig zorgen. V&D heeft uitgerekend dat er 12 miljoen euro extra nodig is in 2016, bovenop alle miljoenen die Sun in september al had toegezegd. Waar halen ze die vandaan?

De top van V&D gaat op zoek naar een oplossing. Ook de commissarissen denken hard mee. V&D heeft er vier: twee Nederlandse ‘onafhankelijke’ en twee Amerikaanse, beiden van Sun. David Finnigan, een „joviale Amerikaan” die mensen graag op hun gemak stelt, is de voorman.

De ander is de minder uitbundige Don Roach, die een jaar eerder tijdelijk leiding gaf aan V&D. Werknemers, vakbonden en verhuurders schrokken van zijn on-Nederlands agressieve stijl van leidinggeven. De Nederlanders zijn retailman Jacob de Jonge, ook oud-baas van V&D (en van de Bijenkorf), en retailadviseur Bart van den Meiracker, die ook een webwinkel in „Franse topwijnen” runt.

Het geldtekort

Op donderdag 17 december – het is buiten 15 graden – gaan de laatste, cruciale dagen in. Die middag vergaderen bestuurders en commissarissen over het geldprobleem. Finnigan en Roach zijn niet in Amsterdam, zij hangen aan de telefoon. Een videoverbinding is er niet. De accountant praat ook mee. PwC moet de jaarrekening over 2014 nog goedkeuren, anders kan V&D geen grote nieuwe bestellingen doen. Maar de accountant keurt niks goed als de financiering voor volgend jaar niet geregeld is.

De volgende dag, vrijdag 18 december, gaan talloze mails heen en weer tussen het team van V&D en Paul Daccus, de directeur van de Europese tak van Sun. Een altijd onberispelijk geklede Brit met krijtstreeppak en bretels, schetst een betrokkene. Zijn stijl is zakelijk, Daccus is „niet iemand die een lolletje maakt”.

Deze acht mannen beslisten over het lot van V&D:

V&D en Sun worden het niet eens over de omvang van het geldtekort. Volgens V&D is het probleem opgelost met 12 miljoen euro, dus dát bedrag probeert de top ergens vandaan te halen. Omdat Sun het niet beschikbaar stelt, stapt V&D naar de Belastingdienst. Als ze daar een aanzienlijk deel van de missende 12 miljoen kunnen vrijspelen, zijn ze al een heel eind. De rest moet dan ook wel lukken. Dan kan de accountant de jaarrekening goedkeren, denkt de top.

Maar Daccus maakt duidelijk dat het gat groter is dan 12 miljoen. Ook als ze dit bedrag overbruggen, gaat de accountant niet akkoord, laat hij weten.

Door de tegenvallende omzet in 2015 zijn de prognoses voor 2016 in V&D’s rekenmodellen gewijzigd. V&D en Sun verbinden echter verschillende conclusies aan de gevolgen. In Suns optiek heeft V&D in 2016 81,5 miljoen extra nodig – dat is inclusief de extra lening van 35,5 miljoen die Sun in september al had toegezegd. V&D moet 40 miljoen euro regelen. Anders wil Sun het bedrijf niet meer financieren.

Maar zo duidelijk komt die boodschap niet aan bij V&D, zo blijkt uit de mails op vrijdag. Die staan bomvol getallen, wat niet bijdraagt aan de helderheid. Zo heeft Daccus het vrijdagmiddag om half vijf nog over een tekort van 17 miljoen euro, twee uur later blijkt dat door een rekenfoutje 25 te zijn – „many apologies”. Nog later op de avond noemt hij het getal van 35 miljoen: zo veel heeft V&D aan het eind van 2016 minder in kas dan gepland.

Twaalf miljoen is dus hoe dan ook te weinig om V&D te redden, beklemtoont Daccus. Maar die boodschap negeren de bestuurders van V&D. Zowel topman John van der Ent als financieel directeur Rob Reichgelt houdt hardnekkig vast aan het bedrag van 12 miljoen. Dat is toch genoeg? Het resultaat van een dag mailen: iedereen houdt vast aan zijn eigen gelijk.

Aan het eind van vrijdagmiddag voert Van der Ent de druk op. Er moet nu razendsnel een oplossing komen, anders stapt hij op. Doorgaan terwijl er eigenlijk geen toekomst meer is, zou misleidend zijn voor bijvoorbeeld leveranciers. De bestuurders zijn bovendien gewaarschuwd dat ze persoonlijk aansprakelijk gesteld kunnen worden als V&D te lang wacht met het aanvragen van uitstel van betaling.

Vrijdagavond verhardt de toon van de mails. Als V&D afwijzend reageert op Daccus’ suggestie om de verhuurders om hulp te vragen, maakt Daccus duidelijk dat ze zijn advies maar beter kunnen opvolgen. Sun heeft „ruime ervaring met het succesvol herstructureren van bedrijven”, schrijft hij, wel twintig jaar. Sun heeft het „grootste respect voor de ervaring” van de top van V&D, vervolgt hij, „maar we suggereren dat het de moeite waard is om te luisteren naar Suns gedachten over herstructureringen”.

Onmogelijke opdracht

Zaterdag 19 december werkt de top door aan een deal met de Belastingdienst, ondanks de onduidelijkheid. Ook vragen ze de belangrijkste verhuurders om hulp – de suggestie van Sun. Er is goede hoop op hulp van de Belastingdienst, samen met het ministerie van Economische Zaken. Ze spreken af maandagmiddag verder te praten. Bij de verhuurders heeft V&D minder succes. Die willen alleen helpen als Sun garantstaat voor de uitgestelde huur. Daar heeft V&D niks aan – zo komt het risico alsnog bij Sun te liggen.

Zondagavond brengt V&D telefonisch verslag uit over het weekend. Daccus reageert niet erg enthousiast, zegt een betrokkene. In dit gesprek wordt V&D naar eigen zeggen pas duidelijk hoe groot het tekort volgens Sun is: 40 miljoen. Dat getal komt voor V&D „uit de lucht vallen”, zegt een betrokkene, en komt hard aan: 40 miljoen kan V&D onmogelijk verzamelen.

Daccus stelt nog een keer voor dat geld bij de verhuurders op te halen. Hij heeft alvast een briefje voor ze getikt. De verhuurders hebben ook belang bij een levend V&D, redeneert Daccus, een faillissement is voor hen veel schadelijker.

V&D vindt het een ridicuul idee. Al die verhuurders overtuigen, in die paar dagen voor Kerst? Onmogelijk. Bovendien zou direct uitlekken dat V&D weer in de problemen zit, dan houden de leveranciers er meteen mee op. Dat briefje gaat V&D dus niet versturen.

Hoewel het er slecht uitziet, hakt Daccus die zondagavond nog geen knoop door. Zijn bazen in Florida besluiten wat iedereen vreest: Sun is klaar met V&D. Maandagmiddag 21 december om vijf uur krijgt V&D dat ook te horen. Het is direct duidelijk wat dit betekent: faillissement.

Binnen V&D is er teleurstelling en frustratie. We mochten ons in 2016 toch bewijzen? Die kans wordt hun nu ontnomen, is het gevoel. „We zaten middenin de wedstrijd”, zegt een betrokkene. „Plotseling worden we van het veld gehaald en mogen we de tweede helft niet meer spelen.” De volgens ingewijden veelbelovende nieuwe voorjaarscollectie zal de winkels nooit halen.

Maar er is ook een zekere berusting. Eindelijk is V&D „bevrijd van Sun”, zegt een ander. En natuurlijk kan V&D ook ergens wel begrijpen dat voor Sun de grens is bereikt.

Op dinsdag 22 december krijgt V&D uitstel van betaling. Een week later, op Oudejaarsdag, volgt het faillissement. Het management hoopt op een doorstart met een nieuwe aandeelhouder – eentje met frisse moed.